Wie kan Mijn VerbouwPremie aanvragen?

De eigenaar-bewoner is de meest aangewezen persoon om de premieaanvraag in te dienen. Enkele voorbeelden:

• Een partner of huisgenoot die geen eigenaar is, valt onder de doelgroep ‘niet eigenaar-bewoner’ of ‘andere investeerder’ en heeft recht op een lagere premie. In dit geval doet best de partner die wel eigenaar is de aanvraag.
• Als een naakte eigenaar en vruchtgebruiker in de woning wonen, doet de vruchtgebruiker best de aanvraag om de premie als eigenaar-bewoner te kunnen krijgen. Een naakte eigenaar is geen houder van het zakelijk recht en valt niet onder de doelgroep eigenaar-bewoner.
• Als een van de partners die beiden eigenaar zijn niet in de woning gedomicilieerd is, is deze ook geen eigenaar-bewoner. De partner die wel in de woning woont doet dan best de aanvraag.

Als eigenaar-bewoner moet u een voldoende zakelijk recht hebben in de woning. Deze zakelijke rechten kunnen zijn volle eigendom, vruchtgebruik (inclusief recht van gebruik en recht van bewoning), recht van opstal of erfpacht. Als naakte/blote eigenaar hebt u geen voldoende zakelijk recht in de woning om in aanmerking te komen als eigenaar-bewoner. Een naakte eigenaar komt wel in aanmerking voor Mijn VerbouwPremie onder de doelgroep ‘andere investeerder’.

Nee, een ‘beschermde afnemer’ heeft geen recht meer op een hogere premie.

Neen, er is geen overkoepelend maximum premiebedrag voor alle categorieën van werken samen. De bedragen binnen elke categorie van werken verschillen en zijn wel begrensd (bv. dak, buitenmuur, vloer, ...).

Het premiebedrag waarvoor u per categorie in aanmerking komt zal afhangen van de doelgroep en/of de inkomenscategorie waartoe u behoort. Aansluitend zijn er ook premies voor investeringen in hernieuwbare energie. Deze premies hangen ook af van het type investering.

Voor de exacte premiebedragen per categorie van werken en per doelgroep neemt u best een kijkje bij de categorie van werken.

Voor de meeste categorieën van werken kunt u slechts om de 5 jaar Mijn VerbouwPremie krijgen in dezelfde categorie en voor eenzelfde woning. In de categorieën warmtepomp, warmtepompboiler en zonneboiler is deze termijn 10 jaar.

Eerdere aanvragen bij Fluvius en de renovatiepremie bij Wonen-Vlaanderen tellen niet mee. Als u in de categorieën dak, ramen en deuren, elektriciteit en sanitair de voormalige renovatiepremie aanvroeg tussen 7 mei 2022 en 30 juni 2022, dan telt die renovatiepremie wel mee en begint de periode van 5 jaar dan al te lopen.

Deze voorwaarde is woning- en persoonsgebonden (dus door dezelfde aanvrager en voor dezelfde woning):

• Bij verandering van eigenaar kan de nieuwe eigenaar wel opnieuw een aanvraag doen, ook al zijn de 5 jaren nog niet verstreken.
• U kunt wel voor een andere woning of gebouw een aanvraag doen binnen de 5 jaar.

Neen, u heeft niet automatisch recht. U moet eerst Mijn VerbouwPremie aanvragen, waarbij u moet voldoen aan de specifieke voorwaarden per categorie van werken.

Bij de aanvraag van Mijn VerbouwLening gaat men na tot welke inkomenscategorie u behoort. Mijn VerbouwLening kan enkel aangevraagd worden door mensen die in de laagste of middelste inkomenscategorieën van Mijn VerbouwPremie zitten (categorie 2, 3 en 4).

Op het moment van uw aanvraag van Mijn VerbouwPremie wordt opnieuw bekeken tot welke inkomenscategorie u behoort. Dit gebeurt op basis van het meest recente aanslagbiljet. Als uw inkomen of gezinstoestand ondertussen gewijzigd is, kan het dus zijn dat u in een andere inkomenscategorie belandt.

De toegekende Mijn VerbouwPremie zal worden aangewend voor de terugbetaling van Mijn VerbouwLening.

Een kind is ten laste als het op de aanvraagdatum bij de bewoner gedomicilieerd is of er regelmatig verblijft en dat minderjarig is of waarvoor een Groeipakket wordt uitbetaald. Een minderjarig of meerderjarig kind met een ernstige handicap, al dan niet inwonend, telt als 2 personen ten laste, zolang men een Groeipakket voor het kind ontvangt (tot minimum 21 jaar en maximum 25 jaar).

Een andere bewoner met een ernstige handicap telt als 1 persoon ten laste.

Bij overlijden van de aanvrager van de Mijn VerbouwPremie, kunt u als nabestaande een e-mail sturen naar mijnverbouwpremie@vlaanderen.be. U voegt daar de volgende documenten aan toe:

• de akte van overlijden
• het attest van erfopvolging
• het nieuwe bankrekeningnummer met een akkoord van de verschillende erfgenamen voor storting van de premie op dit rekeningnummer

De premies en subsidies zijn voor ondernemingen in het kader van de vennootschapsbelasting principieel steeds belastbaar als inkomen tenzij die subsidie wettelijk uitgezonderd is. De vrijgestelde gewestelijke subsidies zijn limitatief opgelijst in het WIB (Wetboek van de inkomstenbelasting). Mijn VerbouwPremie (en subsidies van de netbeheerder) vallen daar niet onder. Als er geen uitdrukkelijke wettelijke vrijstelling voorzien is voor de steunmaatregel in kwestie, moet worden teruggevallen op het voormelde algemeen principe van de belastbaarheid van subsidies.

Als overheden steun willen verlenen aan ondernemingen, kan die steun de concurrentieverhoudingen scheeftrekken en dus het handelsverkeer verstoren. Daarom legt Europa beperkingen op aan de mogelijkheden om overheidssteun te geven aan ondernemingen.

Maar voor bepaalde steunmaatregelen oordeelt de Europese Commissie via de de-minimisverordening(opent in nieuw venster) dat ze niet concurrentieverstorend zijn, op voorwaarde dat ze onder een bepaalde drempel blijven. Met de zogenoemde 'verklaring de-minimissteun' geeft u aan dat met de huidige subsidieverlening aan uw onderneming die steundrempel niet wordt overschreden.

Concreet betekent dat dat aan dezelfde onderneming over een periode van drie belastingjaren niet meer dan 300.000 euro de-minimissteun mag worden toegekend. Die periode bestaat uit het belastingjaar waarin de subsidie wordt toegekend en de twee voorafgaande belastingjaren

Meer informatie over de steunmaatregelen die onder de-minimisverordening vallen(opent in nieuw venster) vindt u op de VLAIO-website.