Gedaan met laden. U bevindt zich op: Belastingen voor startende ondernemers

Belastingen voor startende ondernemers

Als zelfstandige betaalt u, net als een werknemer, jaarlijks een belasting op uw inkomen.

Inkomstenbelasting

Vrouw werkt aan laptop.
© Joris Casaer

Personenbelasting voor de eenmanszaak

Wie een eenmanszaak heeft, doet elk jaar een aangifte van de personenbelasting. Als startende zelfstandige moet u voor uw eerste belastingaangifte deel 2 van uw aangifte, het bijkomende aangifteformulier voor zelfstandigen(opent in nieuw venster), aanvragen. Als u uw aangifte via tax-on-web indient, kunt u dat formulier met een eenvoudig vinkje opvragen.

De belastingen worden berekend op uw netto beroepsinkomen: dat zijn uw ontvangen beroepsinkomsten min uw beroepskosten (de aftrekbare uitgaven). Als u behalve zelfstandige bijvoorbeeld ook nog werknemer bent, dan worden uw loon als werknemer en uw inkomsten als zelfstandige samengeteld en worden de belastingen berekend op het totaal.

Zodra uw inkomen hoger is dan het belastingvrije minimum, moet u belastingen betalen.

  • Naarmate u meer verdient, komt u in een hoger belastingtarief terecht. Dat noemt men de ‘progressiviteit van de belasting’: de percentages stijgen per inkomensschijf.
  • Het belastingvrije minimum kan verhoogd worden naargelang van uw gezinstoestand. Er zijn vijf inkomensschijven en dus ook vijf belastingtarieven.

Vennootschapsbelasting voor de vennootschap

Als u een vennootschap hebt, bijvoorbeeld een bv, nv of vof, dan valt u onder de vennootschapsbelasting(opent in nieuw venster). De vennootschapsbelasting wordt berekend op de winst van uw vennootschap. Die belasting kijkt dus alleen naar de inkomsten en uitgaven van uw vennootschap, niet naar de financiële situatie van de vennoten zelf. Naast de vennootschapsbelasting, die van toepassing is op de vennootschap, dienen de vennoten elk jaar ook een eigen personenbelasting in.

In een vennootschap worden de belastingen berekend op basis van de winst van de vennootschap. Om die winst te bepalen, worden de bewezen uitgaven afgetrokken van de inkomsten.

Terwijl bij de personenbelasting de tarieven progressief stijgen, werkt de vennootschapsbelasting met een eenvormig tarief. Globaal gezien liggen de tarieven van de vennootschapsbelasting een stuk lager dan die van de personenbelasting. Hoe hoger de winsten, hoe interessanter de vennootschapsstructuur dus is.

Op de website van VLAIO ziet u de tarieven van de personenbelasting en de vennootschapsbelasting(opent in nieuw venster).

Aanvullende belastingen

Eenmanszaken en vennootschappen moeten naast de directe belastingen nog aanvullende belastingen (gemeentebelasting, provinciebelasting, milieuheffing ...) betalen. Voor provinciebelastingen gelden per provincie andere reglementen en procedures. Neem daarvoor contact op met de dienst belastingen van uw provincie.

Voordeel van alle aard

Als u een eigen zaak hebt, dan koopt u via de zaak bepaalde dingen aan die u misschien ook privé gebruikt. Het gaat bijvoorbeeld om een bedrijfswagen, een mobiele telefoon, een laptop … Hoewel u die zaken dus niet privé aankocht, kunt u ze toch ook voor privédoeleinden gebruiken. Het voordeel dat u op die manier hebt, wordt een ‘voordeel van alle aard’ genoemd. Op dat voordeel moet u ook belastingen betalen.

Voorafbetalingen

Zowel voor eenmanszaken als vennootschappen is het voordelig om de verschuldigde belasting vooraf te betalen. Voorafbetalingen zijn geen verplichting, maar als u het niet doet, riskeert u een belastingvermeerdering. Daarvoor is het heel belangrijk dat u de voorafbetalingen tijdig en op de juiste manier doet.

De voorafbetalingen worden berekend op basis van de vermoedelijke winsten van het lopende jaar. De voorafbetalingen gebeuren vier keer per jaar, met als vervaldata:

  • 10 april
  • 10 juli
  • 10 oktober
  • 20 december.

In principe betaalt u dus elke keer een vierde van de belastingen die u voor dat jaar verschuldigd bent. U kunt zelf bepalen welke bedragen u wilt voorafbetalen. U schat het bedrag van uw voorafbetalingen in op basis van de vermoedelijke winsten van het lopende jaar. Uw boekhouder of accountant kan u helpen bepalen hoeveel u het beste kunt voorafbetalen.

U hebt er alle belang bij om een bedrag te betalen dat het bedrag van de uiteindelijk verschuldigde belasting zo dicht mogelijk benadert:

  • Op die manier zal u, als dat nodig blijkt, op een zo klein mogelijk bedrag een vermeerdering moeten betalen.
  • Het is het voordeligst als u zoveel mogelijk op de eerste vervaldag betaalt, want hoe sneller u aan de fiscus betaalt, hoe meer u daarvoor beloond wordt.
  • Als u meer voorafbetalingen doet dan nodig is om de belastingvermeerdering te vermijden, dan krijgt u op het gedeelte dat u meer betaalde een belastingvoordeel.

De Federale Overheidsdienst Financiën geeft meer informatie over:

Vrijstelling voor de eerste drie jaar

Zelfstandigen, vrije beroepen en kleine ondernemingen die voor het eerst met een eigen zaak beginnen, zijn drie jaar vrijgesteld van voorafbetalingen(opent in nieuw venster). Dat betekent niet dat u geen belastingen hoeft te betalen, wel dat u de boete die u normaal zou krijgen als u geen voorafbetalingen deed, niet zult krijgen. Als u als beginnend zelfstandige wel voorafbetalingen doet, dan kunt u een belastingvoordeel krijgen.

Beroepskosten

Bij de uitoefening van uw beroep maakt u kosten. Die beroepskosten mag u aftrekken van uw inkomen, waardoor uw belastbare inkomen daalt en u dus minder belastingen betaalt. Om weinig belastingen te betalen, probeert u uw belastbare inkomen dus zo laag mogelijk te houden.

De kosten die u in mindering brengt:

  • moeten altijd verband houden met uw zaak.
  • moet u kunnen bewijzen met facturen of ontvangstbewijzen.

Bepaalde kosten zijn sowieso niet aftrekbaar. Het gaat onder meer om:

  • giften aan politieke partijen
  • belastingen en nalatigheidsintresten
  • verkeersboetes
  • niet-specifieke werkkleren, enz …

Sommige beroepskosten zijn deels aftrekbaar:

  • restaurantkosten
  • kosten aan uw wagen (onderhoud, herstellingen, autokeuring, pechverhelping, carwash, parkingkosten, verkeersbelasting)
  • relatiegeschenken
  • representatiekosten (zoals kosten voor recepties, traiteurs, dranken, voedingswaar,bloemen, ... )

In sommige gevallen zullen kosten zowel een beroepsmatig als een privékarakter hebben. Voor zulke ‘gemengde’ kosten moet er een verhouding tussen beroep en privé worden vastgelegd. Een boekhouder of accountant kan u daar zeker bij helpen.

Investeringen afschrijven

In tegenstelling tot beroepskosten mag u grote investeringen niet onmiddellijk van uw winst aftrekken. Investeringen hebben een langere levensduur (meer dan een jaar): het gaat om een gebouw, een auto, een machine, een computer ... De kosten die aan een investering zijn verbonden, mag u afschrijven. Dat betekent dat u die kosten in de tijd spreidt. Dat doet u door elk jaar een stukje van de aanschafkosten af te trekken. Hoe groot dat stukje is, hangt af van de vermoedelijke gebruiksduur van het bedrijfsmiddel.