'Beschouw agressie nooit als normaal, het hoort niet bij onze job'
Begin april 2024 kreeg een jobstudent van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek te maken met agressie tijdens een vogeltelling. Helaas is dit geen alleenstaand geval. Wat doe je als je te maken krijgt met agressie? Doe melding. Pas dan kan je werkgever actie ondernemen.
Fysiek en verbaal geweld
De afgelopen jaren komt er steeds meer agressie door externen voor tegen medewerkers van de Vlaamse overheid. Die feiten zijn vaak ernstiger dan vroeger en dat is natuurlijk geen goede evolutie. Agressie heeft een zware en zelfs traumatische impact op slachtoffers.
An Schelpe (preventieadviseur bij de Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming): ‘Een groot deel van de medewerkers van de Vlaamse overheid krijgt regelmatig te maken met agressie. Denk bijvoorbeeld aan inspecteurs dierenwelzijn die controles aan huis doen of medewerkers van de Vlaamse Belastingdienst die voertuigen in beslag nemen omdat de bestuurder openstaande boetes heeft. Agressie vormt dus een belangrijk psychosociaal risico.’
Ann Meeuwssen (vertrouwenspersoon bij Opgroeien en begeleider in Gemeenschapsinstelling De Kempen): ‘In de Gemeenschapsinstelling hebben we dagelijks te maken met agressie. Niet alleen door geplaatste jongeren, maar ook door hun ouders, externe hulpverleners of leveranciers. Het gaat niet altijd om fysieke agressie, maar ook bijvoorbeeld om verbale agressie. Dat moeten we als medewerkers niet als normaal zien, zo’n zaken horen niet bij onze job.’
Agressie vormt een belangrijk psychosociaal risico.
Doe melding
An: ‘Krijg je als medewerker van de Vlaamse overheid te maken met agressie door een externe? Dan is de eerste en belangrijkste stap melding doen. Zo geef je het signaal dat men over je grens is gegaan en dat er iets gebeurd is. Je maakt het bespreekbaar, zodat je werkgever je de nodige zorg kan geven. Elk incident moet terechtkomen in het register ‘Feiten door derden’, dat elke werkgever volgens de welzijnswet moet hebben. Wanneer je het slachtoffer bent van geweld, pesterijen of ongewenst gedrag door een derde, laat je een verklaring opnemen in het register. In die verklaring geef je aan wat er wanneer is gebeurd.’
Ann: ‘Als vertrouwenspersoon horen we vaak dat medewerkers geen melding doen. Slachtoffers krijgen soms zelfs te horen dat een melding niets oplevert, behalve extra belasting en papierwerk. Maar dat klopt niet: registratie is superbelangrijk en zo gebeurd.’
Preventieve maatregelen en agressiebeleid
An: ‘Het doel van het register is uiteindelijk om preventieve maatregelen uit te werken voor feiten die zich herhalen. Zo kan de werkgever gepast reageren op ongewenst gedrag door derden en erop anticiperen. Het register is dus een instrument voor de werkgever om een agressiebeleid op te maken. Is er ondanks de preventiemaatregelen toch een incident? Dan weet je als medewerker bij wie je terechtkunt en welke zorg je krijgt. Dat is bij elk departement of agentschap anders.’
Ann: ‘Bij Opgroeien is er een uitgewerkt agressiebeleid. Het register feiten van derden is beschikbaar op ons intranet, zodat mensen het eenvoudig kunnen invullen als ze iets hebben meegemaakt. Als vertrouwenspersonen beheren wij het register feiten van derden. Doet iemand een melding? Dan zullen we het slachtoffer conform het agressiebeleid benaderen om te polsen waar die nood aan heeft. Dat kan gaan van een luisterend oor bieden, helpen bij de administratieve afhandeling of zelfs juridische ondersteuning. In de Gemeenschapsinstelling waar ik werk neemt het TEST-team (trauma- en stressteam) deze taak op zich.’
Geef een signaal
Ann: ‘Alle meldingen in het register feiten van derden komen bij de vertrouwenspersonen terecht. Dus zelfs als je departement of agentschap geen specifiek agressiebeleid heeft, helpt de vertrouwenspersoon je verder. Maar ik benadruk nog eens dat het enorm belangrijk is om elk incident te melden in dat register. Pas dan kan je de gepaste ondersteuning krijgen.’
An: ‘Weet jij als medewerker niet waar je het register feiten voor derden kunt vinden? Vraag ernaar bij je vertrouwenspersoon. Zo geef je ook al een signaal. En door dat feitenregister effectief in te vullen geef je een nog belangrijker signaal: je maakt duidelijk dat grensoverschrijdend gedrag niet kan en je pakt mee de normvervaging aan.’