Gedaan met laden. U bevindt zich op: naargelang / naar gelang* Taaladviezen
naargelang / naar gelang*
De correcte spelling is naargelang, in één woord. Naargelang kan als voegwoord of als voorzetsel gebruikt worden. In beide gevallen kan naargelang voorafgegaan worden door al; als voorzetsel kan naargelang nog worden gevolgd door van.
- (Al) naargelang hij ouder wordt, wordt hij sarcastischer. (voegwoord)
- Er zijn vrij grote verschillen (al) naargelang (van) de scholingsgraad. (voorzetsel)