Gedaan met laden. U bevindt zich op: nuclide: de nuclide / het nuclide Taaladviezen
nuclide: de nuclide / het nuclide
Nuclide (‘atoomkern') kan in het Nederlands zowel een vrouwelijk de-woord als een het-woord zijn. Er is geen betekenisverschil. U kunt uw taalgevoel volgen, maar pas uw keuze wel consequent toe.
- Als u de nuclide zegt, zegt u ook die/deze nuclide, elke nuclide en krijgt een bijvoeglijk naamwoord altijd een buigings-e: de instabiele nuclide, een instabiele nuclide, instabiele nuclide.
- Als u het nuclide zegt, zegt u ook dit/dat nuclide, elk nuclide en krijgt een bijvoeglijk naamwoord geen buigings-e na een, geen, elk en welk: een instabiel nuclide, geen instabiel nuclide, elk instabiel nuclide. Ook als er niets aan voorafgaat, blijft het bijvoeglijk naamwoord onverbogen: instabiel nuclide.