Gedaan met laden. U bevindt zich op: Romeinse cijfers (notatie) Taaladviezen

Romeinse cijfers (notatie)

Getallen volgens het Romeinse getallensysteem worden met de volgende Romeinse cijfers gevormd:

I1
V5
X10
L50
C100
D500
M1000

De letters I, X, C en M kunnen in twee- of drievoud voorkomen en geven dan twee of drie keer de waarde van de individuele letter aan.

II2
XX20
CCC300

Romeinse cijfers kunnen achter een cijfer staan dat een hogere waarde vertegenwoordigt en worden dan bij die waarde opgeteld.

VII7
MMXIII2013
CXXVII127

De I kan vóór een V of een X staan en vermindert de waarde daarvan dan met één. Op dezelfde manier kan een X vóór een L of een C staan, en een C vóór een D of een M. Er staat maximaal één zo'n cijfer voor het hogere getal.

IV4
IX9
CD400
CM900
XL40
XC90