Gedaan met laden. U bevindt zich op: Combinaties met bijvoeglijke naamwoorden (aaneenschrijven) Taaladviezen

Combinaties met bijvoeglijke naamwoorden (aaneenschrijven)

Combinaties van een bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord vormen in het Nederlands meestal een woordgroep. De woorden worden los geschreven; ze krijgen beide een klemtoon en hebben doorgaans allebei een letterlijke betekenis. Het bijvoeglijk naamwoord wordt verbogen als dat uit de gewone buigingsregels volgt.

  • actieve man, leuk huis, tegendraadse houding, (een) plat land, (het) platte land

Het Nederlands kent ook een beperkt aantal samenstellingen waarin het linkerdeel een bijvoeglijk naamwoord is en het rechterdeel een zelfstandig naamwoord. Het gaat om combinaties die een zodanig vast geheel vormen dat ze aaneen zijn gegroeid en als één woord in de woordenboeken staan. De meeste van die samenstellingen hebben een betekenis die niet meer (precies) overeenkomt met de som van de delen. In een deel van de gevallen ligt daarbij de klemtoon vooraan of is de buigings-e weggevallen.

  • hogeschool, platteland, kleinkind, passiefwoning

Bij sommige samenstellingen van een bijvoeglijk en een zelfstandig naamwoord is er geen betekenisverschil opgetreden, soms wel een verandering in de klemtoon of in het gebruik van de buigings-e. De meeste van deze samenstellingen kunnen ook als woordgroep worden geschreven.

  • rodekool / rode kool, dubbelepunt / dubbelpunt / dubbele punt, bruinbrood / bruin brood, zwartwerk / zwart werk