Gedaan met laden. U bevindt zich op: schorsen / opschorten Taaladviezen

schorsen / opschorten

Schorsen en opschorten kunnen allebei de betekenis ‘(een vergadering of zitting) onderbreken' hebben.

  • De voorzitter heeft de zitting even geschorst / opgeschort om de experts de tijd te geven om zich over de tekst te beraden.

Daarnaast komen schorsen en opschorten allebei in juridische en beleidscontexten voor in de betekenis ‘(de werking) onderbreken, opheffen' ofwel ‘(de inwerkingtreding) uitstellen'. In sommige formuleringen is schorsen de gebruikelijkste vorm, in andere combinaties opschorten.

  • Als u de premie niet op tijd betaalt, wordt de verzekering geschorst / opgeschort.
  • De omgevingsvergunning voor het nieuwe zwembad is geschorst.
  • Als je een huis of bouwgrond koopt, is het belangrijk om opschortende voorwaarden te laten opnemen in je contract.

Opschorten heeft ook de betekenissen ‘ergens mee wachten', in de zin van ‘er nog niet mee beginnen', ‘het begin van iets naar een later tijdstip verplaatsen'.

  • De start van de opnames is opgeschort tot begin mei.
  • Schort je oordeel op tot je voldoende argumenten hebt.

Schorsen heeft ook de betekenis ‘(iemand) voorlopig of tijdelijk verbieden zijn ambt waar te nemen, aan wedstrijden mee te doen of naar school te gaan'.

  • In Antwerpen is een agent geschorst nadat hij hardhandig had opgetreden tegen een groep jongeren.
  • De voetballer werd geschorst omdat hij de scheidsrechter had beledigd.
  • Als een leerling de leefregels van een school overtreedt, kan de school die leerling preventief schorsen.