Communiceren kan in de betekenis ‘(eenzijdig) meedelen, op de hoogte brengen van' met aan en naar worden gecombineerd.
- Het is de bedoeling de nieuwe richtlijn duidelijk aan / naar de burger te communiceren.
In de betekenis ‘onderling informatie uitwisselen' wordt communiceren gecombineerd met het voorzetsel met.
- Hij communiceert al jaren niet meer met zijn vader.