Gedaan met laden. U bevindt zich op: verwijswoord, verbindingswoord en signaalwoord (taalkundige termen) Taaladviezen

verwijswoord, verbindingswoord en signaalwoord (taalkundige termen)

Verwijswoorden, verbindingswoorden en signaalwoorden zijn woorden die samenhang brengen in een tekst. Ze worden daarom ook structuuraanduiders genoemd. De begrippen verwijswoord, verbindingswoord en signaalwoord worden niet altijd op dezelfde manier gedefinieerd. Vooral tussen verbindingswoord en signaalwoord is er sprake van grote overlapping; veel naslagwerken beschouwen ze als synoniemen.

Verwijswoorden verwijzen terug naar iets wat eerder genoemd is, of wijzen vooruit naar iets wat kort daarna genoemd wordt. Op die manier voorkomen ze herhaling van dezelfde woorden. Als verwijswoorden treden voornaamwoorden (zoals hij, haar, ons, het, die, deze), aanwijzende voornaamwoordelijke bijwoorden (zoals erin, daartussen, waarop) en bijwoorden met verwijzende functie (zoals nu, daar, dan, zo) op.

  • Toen hij haar dat cadeau gaf, vroeg ze hem om ermee te schudden.
  • Dit zijn de winnaars van onze wedstrijd: Paul, Dave en Mick.

Verbindingswoorden of signaalwoorden verbinden zinnen of tekstdelen en geven aan wat voor verband er tussen die zinnen of tekstdelen bestaat. Ze ‘signaleren' bijvoorbeeld een volgorde in de tijd, een opsomming, een tegenstelling, een voorwaarde of een oorzaak-gevolgrelatie. Als verbindingswoorden treden voegwoorden (zoals maar, als, omdat) en bijwoorden (zoals toch, namelijk, daarna) op, maar ook bepaalde vaste combinaties en formuleringen (zoals in elk geval, dat wil zeggen) kunnen als verbindingswoorden worden beschouwd.

  • De laatste decennia is het aantal paarden in Vlaanderen sterk toegenomen. Land- en tuinbouwgronden worden bijvoorbeeld vaker gebruikt voor recreatieve en professionele paardenhouderij. Planologen spreken daarom van de verpaarding van het platteland. Verpaarding kan positieve economische gevolgen hebben, maar leidt er dikwijls toe dat het landschap een rommelige aanblik krijgt. Bovendien kan het fenomeen een bedreiging vormen voor de professionele land- en tuinbouw.