werkwoordspelling - 5. Engelse werkwoorden
1. HOOFDREGEL 1: De stam van een Engels werkwoord is in het Nederlands gelijk aan de stam van het oorspronkelijke Engelse werkwoord. De stam van het oorspronkelijke Engelse werkwoord is de infinitief zonder to. Behoud de e in de spelling van de stam als de Engelse stam eindigt op -e.
cruise, delete, fax, lease, outsource, save, shampoo, upgrade |
2. UITZONDERING 1: Schrijf een enkele medeklinker als de Engelse stam eindigt op een dubbele medeklinker.
flos (Engels floss), gril (Engels grill), volleybal (van het Engelse zelfstandig naamwoord volleyball) |
3. MAAR: Behoud de dubbele medeklinker als de voorafgaande klinker op zijn Engels wordt uitgesproken.
baseball (van het Engelse zelfstandig naamwoord baseball), pass (Engels pass) |
4. UITZONDERING 2: Verdubbel de o en verwijder de eind-e als de Engelse stam in de laatste uitgesproken lettergreep een lange /oo/ heeft.
promoot (Engels promote), quoot (Engels quote), scoor (Engels score) |
5. UITZONDERING 3: Schrijf -el als de Engelse stam eindigt op -le.
|
|
6. HOOFDREGEL 2: Vervoeg Engelse werkwoorden zoals regelmatige Nederlandse werkwoorden. Een regelmatig werkwoord is een werkwoord dat in de verleden tijd dezelfde stam heeft als in de tegenwoordige tijd (dweil - dweilde, hark - harkte).
- ik barbecue, jij barbecuet, wij barbecueën, hij barbecuede, zij hebben gebarbecued |
7. Als de eindmedeklinker van de stam zowel stemloos als stemhebbend kan worden uitgesproken, is in de verleden tijd en het voltooid deelwoord zowel de vorm met -t als die met -d correct.
- bridgen (stam = /britsj/ of /bridzj/) - ik bridge, wij bridgeten/bridgeden, wij hebben gebridget/gebridged |
werkwoordspelling - 1. stam en tegenwoordige tijd
werkwoordspelling - 2. verleden tijd
werkwoordspelling - 3. voltooid deelwoord
werkwoordspelling - 4. gebiedende wijs
Hebt u een taalvraag?
-
078 15 20 25
-
zoek de spelling van woorden op Woordenlijst.org