Gedaan met laden. U bevindt zich op: wij / ons Taaladviezen

wij / ons

Wij (of we) is de onderwerpsvorm van de eerste persoon meervoud. Die wordt gebruikt als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult. Ons is de voorwerpsvorm. Die vorm wordt bijvoorbeeld gebruikt als het voornaamwoord de functie van lijdend voorwerp of meewerkend voorwerp vervult of na een voorzetsel staat.

  • Wij hebben stijl. (onderwerp)
  • Ze zoeken ons. (lijdend voorwerp)
  • Hij gaf ons een cadeau. (meewerkend voorwerp)
  • Ze doet het voor ons. (na een voorzetsel)

Twijfel tussen wij en ons is mogelijk na dan, als en zoals. In de meeste van die gevallen is het aan te bevelen om de vorm wij te gebruiken, omdat de zin een onderwerpsvorm vereist.

  • Zij zijn jonger dan wij. (= dan wij zijn)
  • Jullie hebben een andere auto dan wij.
  • Stijn is net zo belangrijk als wij.
  • Koen verdient evenveel als wij.
  • Zij denken hetzelfde als wij.
  • Zij zingen niet zoals wij.
  • Ze zijn op zoek naar acteurs zoals wij. (= acteurs zoals wij er zijn)

In sommige gevallen is zowel wij als ons mogelijk na dan, als of zoals, maar dan is er een betekenisverschil. Als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult, is wij de correcte vorm. Als het om een lijdend of meewerkend voorwerp gaat, is ons correct. Die dubbele analyse is bijvoorbeeld mogelijk bij werkwoorden die een oordeel of waardering uitdrukken (zoals vinden, appreciëren, achten).

  • Zij apprecieert jullie meer dan wij. (= meer dan wij jullie appreciëren)
  • Zij apprecieert jullie meer dan ons. (= meer dan ze ons apprecieert)

Twijfel tussen wij en ons is ook mogelijk na behalve. Behalve wij is correct als er een band is met het onderwerp van de zin. Behalve ons is correct als er een band is met een ander zinsdeel dan het onderwerp.

  • Niemand weet dit, behalve wij. (niemand = onderwerp)
  • Hij had de hele groep uitgenodigd, behalve ons. (de hele groep = lijdend voorwerp)
  • Hij gaf iedereen goede raad, behalve ons. (iedereen = meewerkend voorwerp)

Twijfel is ten slotte ook mogelijk in zinnen met een meewerkend voorwerp dat als onderwerp kan worden aangevoeld, zoals passieve zinnen met het werkwoord vragen. In zulke zinnen zijn er vaak twee grammaticale analyses mogelijk, waardoor beide vormen te verdedigen zijn.

  • Ons werd niet gevraagd om daar rekening mee te houden. (ons = meewerkend voorwerp; om-zin = onderwerp)
  • Wij werden niet gevraagd om daar rekening mee te houden. (wij = onderwerp; om-zin = lijdend voorwerp)