Vlaanderen is opgebouwd uit een afwisseling van watervoerende lagen (zand, grind, krijt, vast gesteente, ...) en regionaal voorkomende niet-watervoerende lagen (bijvoorbeeld klei). De opeenvolging van deze aquifers en aquitards heeft in Vlaanderen een eigen codering: de Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen (HCOV-codering). De HCOV-codering is opgebouwd uit hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. De hoofdeenheid groepeert een opeenvolging van geologische lagen die globaal dezelfde hydrogeologische eigenschappen hebben en zo één geheel vormen. HCOV_1300 (Sokkel) omvat de geologische formaties van het Primair die de sokkel vormen. Meer in het bijzonder de lagen van het Carboon, Devoon en het Cambro-Siluur. De dataset “HCOV_1300, top van de Sokkel” geeft in een raster per rastercel de hoogtewaarde (in m TAW) weer van de bovengrens van deze hydrogeologische laag.