Een geldezel of money mule is een persoon die zijn of haar bankrekening laat misbruiken voor criminele activiteiten. De geldezel sluist, al of niet bewust, frauduleus verkregen geldsommen door naar criminelen. In ruil mag hij of zij een klein bedrag zelf houden. Welke module? Zij kunnen terecht in de training ‘vaardigheden’. Thema’s die aan bod zullen komen zijn: Aanleren van assertiviteit Opmaken van de balans draagkracht/draaglast Stilstaan bij maatschappelijke waarden en normen Gevolgen van de feiten voor zichzelf en voor de slachtoffers Valkuilen bij communicatie Als er voldoende doorverwijzingen zijn, kan een homogene groep van geldezels samengesteld worden. Anders zullen de geldezels aansluiten bij de algemene vaardigheidstraining waar de opgesomde thema’s aan bod zullen komen. Agressie tegen hulp- en dienstverleners . Voor wie? Voor plegers van verbale en/of fysieke agressie tegen hulp -en dienstverleners zoals brandweer, artsen, spoeddiensten, OCMW-medewerkers, politie enz. Welke module? Zij kunnen terecht in de module Agressie. In deze training wordt standaard stilgestaan bij welbepaalde thema’s: Wat is agressie? Hoe komt agressie tot stand? Wat is de invloed van gevoelens en gedachten op het gedrag? Hoe wordt spanning opgebouwd? Hoe reageren zonder escaleren? Assertieve communicatie ipv agressieve communicatie Zitten er bij de cursisten ook plegers van agressie tegen hulpverleners dan worden twee specifieke thema’s toegevoegd: Omgaan met machtsverhoudingen Rol van de hulpverlener in crisissituaties Waarom deze thema’s? Een brand, een verkeersongeval of een andere noodsituatie trekt vaak een grote groep nieuwsgierigen aan. Zij bemoeilijken het werk van de hulpdiensten. Hulpverleners bevelen hen kordaat opzij te gaan wat bij sommige omstaanders verbale of fysieke agressie uitlokt. Vaak is er sprake van verdovende middelen of groepsdruk. Als er voldoende doorverwijzingen zijn, kan een homogene groep samengesteld worden. Wat is het doel van een gedragstraining?Voorkomen dat deelnemers nieuwe strafbare feiten zouden plegen door overtuigingen en houdingen die antisociaal gedrag bevorderen aan te pakken. Starre denkpatronen doorbreken.Ombuigen van negatief gedrag.Aanleren en inoefenen van sociale en probleemoplossende vaardigheden. Voor wie?Voor justitiabelen die: vastzitten in rigide denkbeelden die tot verkeerde keuzes en strafbare feiten leiden;bereid zijn tot kritische zelfreflectie;geen nood hebben aan een individueel en diepgaand zorgtraject;door het justitiehuis worden opgevolgd, met uitzondering van de hersteltrajecten. UitsluitingscriteriaDe gedragstraining is niet geschikt voor: justitiabelen die te kampen hebben met dieperliggende psychologische, psychiatrische of zeer ernstige verslavingsproblematieken;justitiabelen die onvoldoende Nederlands spreken.Motivatie is geen uitsluitingscriterium. Als een justitiabele niet echt gemotiveerd is om deel te nemen aan een gedragstraining zullen zowel de justitieassistent als de gedragstrainer trachten om de motivatie te verhogen. Wat doet de justitieassistent?De justitieassistent verwijst een justitiabele naar een gedragstraining door omdat het volgen van een gedragstraining in de opgelegde voorwaarden staat. De justitieassistent bespreekt op voorhand de leerdoelen met de justitiabele. De justitieassistent houdt de vinger aan de pols over het verloop van de gedragstraining. De justitieassistent ondersteunt de justitiabele om wat die geleerd heeft in de gedragstraining dagdagelijks toe te passen. Samenwerking justitie en hulpverleningDe bestaande partners hulp- en dienstverlening (CAW, groep Intro, Vias en verschillende stadsdiensten) vormen een samenwerkingsverband om de gedragstrainingen vorm te geven. Zij zorgen ervoor dat alle dossiers vlot kunnen worden opgenomen. De gedragstrainer houdt de justitieassistent op de hoogte bij de opstart en op het einde van de gedragstraining. InformatiedelingTussentijds overleg dient om bepaalde moeilijkheden te melden. Een driehoeksoverleg tussen gedragstrainer, justitieassistent en cliënt om werkpunten te bespreken is dus altijd mogelijk. Als de gedragstraining is afgerond maakt de gedragstrainer een eindverslag over aan de justitieassistent. De informatiedeling gebeurt met standaardformulieren. Meer weten over gedragstrainingen?Lees onze FAQ of neem contact op met onze netwerkbeheerders. Zij helpen u graag verder. Regio Provinciale netwerkbeheerders Generieke mailbox West-Vlaanderen Liselot Van Assche: 0496/56 32 78 Jaak Debbaut: 0496/56 39 61 nwb.westvlaanderen@vlaanderen.be Oost-Vlaanderen Geert Steyaert: 0496/56 33 57 Kristel Declerck: 0492/34 88 63 nwb.oostvlaanderen@vlaanderen.be Antwerpen Annick Huybrechts: 0492/34 87 18 nwb.antwerpen@vlaanderen.be Limburg Daphné Plessers; 0492/34 88 16 Sandra Aerts: 0492/34 87 69 nwb.limburg@vlaanderen.be Vlaams-Brabant-Brussel Katleen Demol: 0492/34 87 27 Ellen Vandenbosch: 0496/56 34 82 nwb.vlaamsbrabantbrussel@vlaanderen.be Administratie beleid An-Sofie Versypt Martine Van Gierdeghom Ansofie.versypt@vlaanderen.be Martine.vangierdeghom@vlaanderen.be Voor info over de praktische organisatie van de gedragstrainingen kunt u contact opnemen met de teamverantwoordelijke van het samenwerkingsverband van de trainers, per regio Teamverantwoordelijken trainers West-Vlaanderen Lut Gellynck CAW Noord-West-Vlaanderen Lut.gellynck@cawnoordwestvlaanderen.be 0472/36 06 00 Oost-Vlaanderen Rosi Vervaet CAW Oost-Vlaanderen rosivervaet@cawoostvlaanderen.be 0499/75 07 46 Antwerpen Steve Van Veldhoven CAW Antwerpen Steve.vanveldhoven@cawantwerpen.be 0476 88 22 73 Limburg Joke Vanhoof CAW Limburg joke.vanhoofl@cawlimburg.be 0489/836610 Vlaams-Brabant-Brussel Lieve Vandenbrande CAW Oost-Brabant Lieve.vandenbrande@cawoostbrabant.be 0485/ 21 17 84 . FAQ . Waarom gedragstraining in groep? Gedragstraining in groep is een mooie aanvulling op het werk dat de justitieassistent en de zorgverlener één op één levert. De groepsdynamica biedt de opportuniteit dat deelnemers van elkaar kunnen leren. In de groep worden verschillende verhalen en ervaringen binnengebracht die verrijkend kunnen zijn. Horen hoe een ander met een gelijkaardig probleem omgaat (en daar misschien wel al succesvol in is) kan zeer ondersteunend werken (ik ben niet alleen) en de bereidheid tot veranderen vergroten. Tegelijkertijd wordt er gestimuleerd (morele) dilemma’s te bespreken en ‘kleur te bekennen’ wat het opnemen van verantwoordelijkheid bevordert. De kracht van tussen ‘gelijken’ te vertoeven schuilt in het feit dat de deelnemers gemakkelijker aanvaarden dat hun collega-deelnemers hun gedrag becommentariëren. Elkaars waarden en normen kunnen als het ware op ‘een gelijkwaardige manier’ in vraag worden gesteld. Daarenboven wordt met de nieuwe gedragstrainingen sterk ingezet op het inoefenen van gedragsalternatieven, wat beter werkt in groepsverband dan in een één op één relatie. Naast de groepswerking is er ook een individueel aanbod in functie van ondersteuning, bijsturing en evaluatie van het groepsproces. Welke instanties organiseren de gedragstraining? De diensten die instaan voor het organiseren van de gedragstrainingen zijn: CAWGroep IntroViasCGGSteden en gemeentenZe vormen samen één samenwerkingsverband en staan gezamenlijk in voor het aanbieden van alle modules binnen de gerechtelijke arrondissementen West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Antwerpen en Limburg. Brussel en Leuven worden als één regio gezien. Kunnen justitiabelen worden geweigerd? Gedragstrainers kunnen geen justitiabelen weigeren. De justitieassistent zal de justitiabele daarom optimaal voorbereiden op de gedragstraining. De justitieassistent zal: de justitiabele duidelijk informeren over de inhoud van de gedragstraining;de justitiabele uitleggen wat verwacht wordt tijdens de gedragstraining.Op die manier is de justitiabele goed voorbereid en kan eventuele weerstand tegen een doorverwijzing aangepakt worden. Gedragstrainingen zijn een groepsaanbod. Kan er dan nog steeds ‘op maat’ van de justitiabele gewerkt worden? Het is vooral de justitieassistent die zal begeleiden op maat van de justitiabele. Welke noden heeft de justitiabele? Welke problematiek ligt aan de basis van de feiten? Welke voorwaarden zijn er opgelegd? De justitieassistent verzamelt, volgens eigen methodieken, antwoorden op deze vragen. Dankzij deze informatie zal de justitieassistent op maat van de justitiabele kunnen doorverwijzen naar de meest geschikte module of organisatie. Wanneer de justitiabele naar een gedragstraining wordt doorverwezen, zal de trainer in groep rond vastgelegde thema’s werken. Binnen die thema’s is er nog een marge om te differentiëren en te verdiepen, als dit voor de groep deelnemers een meerwaarde zou hebben. Naast de 20 uur groepsvorming worden telkens drie individuele gesprekken met de trainer* voorzien. De reden voor deze individuele gesprekken zijn: ondersteunen van de justitiabele;bijsturen als er moeilijkheden zouden zijn;evaluatie van het groepsproces.Individuele gesprekken houden in dat er uiteraard op maat van de justitiabele wordt gewerkt. *Voor IFG gaat het om 18 uur groepsvorming en vijf individuele gespreksuren . Gedragstrainingen moeten toegankelijk zijn voor iedereen. Wat wil dat zeggen? Gedragstrainingen worden per provincie gegroepeerd. Iedere cliënt moet op een redelijke afstand van zijn woonplaats aansluiting kunnen vinden bij een gedragstraining. In de mate van het mogelijke wordt er rekening gehouden met de werksituatie van de cliënt. Trainingen kunnen gegeven worden overdag of ’s avonds. De partners in het samenwerkingsverband engageren zich om nieuwe dossiers vlot op te nemen. De netwerkbeheerder van het Agentschap Justitie en Handhaving volgt de afstemming vraag en aanbod lokaal op. Hoeveel deelnemers en trainers zitten er in één gedragstraining? Gedragstrainingen worden in gesloten groep gegeven. In één groep zitten acht tot twaalf deelnemers. Per groep worden er twee trainers ingezet. Vanaf drie personen mag een groep opstarten. Kan er nog gesleuteld worden aan de formule van de gedragstrainingen? De inhoud en organisatie van gedragstrainingen zijn een dynamisch gegeven. We evalueren voortdurend en sturen bij als dat nodig is. Iedere wijziging zal steeds uniform toegepast worden over heel Vlaanderen, na overleg met de afdeling Beleid van het Agentschap Justitie en Handhaving.