Zoekresultaten voor B 태국 축구{WWW,RT33,TOP}코드b77}트루아acぐnba보는곳ㆆ시에라리온 경기⍎타짜슬롯ం홀짝토토사이트ィyouwinŹ동행로또파워볼৵파워볼최반장🩲.oip/

Proeven enanalysesProefmethodeAccreditatieNormatievereferentieToegepastemethodeMeestrecentenormversieBepalingkorrelverdelingZeving EN 933-1:2012tot 22 mei 2018 Zeving NBN EN ISO 17892-4:2016jaja Hydrometer BS 1377-part 2: 1990 - met ijkingsmethode geotechniektot 22 mei 2018 Hydrometer NBN EN ISO 17892-4:2016jaja Laserdiffractie ISO 13320-1:1999jaISO 13320:2020Bepaling van hetgehalte aanorganische stoffenChemische reactie met waterstofperoxide NBN 589-207:1969tot 15 oktober 2018 Chemische reactie met waterstofperoxide NBN B 11-256:2016jajaBepaling van hetgehalte aankalkachtige stoffenChemische reactie met waterstofchloride NBN 589-209:1970jajaBepaling vanconsistentiegrenzenBepaling van de plasticiteitsindex, vloeigrens bepaald dmv het apparaat van Casagrande DIN 18122 Teil 1:1997 met Casagrande apparaat conform BS 1377 - Part 2:1990jaNBN EN ISO 17892-12:2018 Bepaling van de plasticiteitsindex, vloeigrens bepaald dmv de valconus NBN EN ISO 17892-12:2018jaja Bepaling van de vloeigrens dmv het apparaat van Casagrande DIN 18122 Teil 1:1997 met Casagrande apparaat conform BS 1377 - Part 2:1990jaNBN EN ISO 17892-12:2018 Bepaling van de vloeigrens dmv de valconus NBN EN ISO 17892-12:2018jaja Bepaling van de uitrolgrens NBN EN ISO 17892-12:2018jajaBepalingvolumemassaVolumieke massa door weging NBN CEN ISO/TS 17892-2:2004tot 14 februari 2017 Volumieke massa door wegingNBN EN ISO/IEC 17025:2017NBN EN ISO 17892-2:2015 (meer specifiek de ‘Linear measurement method’ §1,§2,§3,§4.1, §5.1 en §6.1)jajaBepalingwatergehalteGewichtsverlies na drogen in droogstoof NBN CEN ISO/TS 17892-1:2004tot 14 februari 2017 Gewichtsverlies na drogen in droogstoofNBN EN ISO/IEC 17025:2017NBN EN ISO 17892-1:2015jajaBepalingkorrelvolumemassaGaspycnometer Methode Geotechniek afgeleid van ASTM D5550:2009jaNBN EN ISO 17892-3:2016Bepaling van destijfheid en hetconsolidatiegedragSamendrukkingsproef / oedometerproef BS 1377 - part 5:1990tot 12 juni 2019 Samendrukkingsproef / oedometerproefNBN EN ISO/IEC 17025:2017NBN EN ISO 17892-5:2017jaja Kruipproef NBN EN ISO 17892-5:2017jaja Constant Rate of Strain (=CRS) ASTM D4186/D4186M-12-e1jaASTM D4186/ D4186M - 20e1 Zwelproef ASTM D4546-14 methode BjaASTM D 4546-21 Zwelproef XP P94-091:1995jaja Benderproef: glijdingsmodulus bij kleine vervormingen Methode GeotechniekjajaBepaling van deniet-gedraineerdeschuifweerstandTriaxiaal UC (=vrije prisma)NBN EN ISO/IEC 17025:2017Methode Geotechniek afgeleid van en met apparatuur volgens BS 1377 - part 7:1990 §1, §2, §3, §7 en §8jaja Triaxiaal UC (=vrije prisma)NBN EN ISO/IEC 17025:2017Vrijstaande drukproef (UC- of vrije prisma proef genoemd) voor de bepaling van niet gedraineerde schuifweerstand volgens NBN EN ISO 17892-7:2018 jaja Triaxiaal UUNBN EN ISO/IEC 17025:2017Methode Geotechniek afgeleid van en met apparatuur volgens BS 1377 - part 7:1990 §1, §2, §3, §7 en §8jaja Triaxiaal UUNBN EN ISO/IEC 17025:2017Standaard triaxiaalproef voor de bepaling van niet-gedraineerde triaxiaal schuifweerstand in druk volgens NBN EN ISO 17892-8:2018jaja Vinproef BS 1377 - part 7:1990 §1, §2, §3, §7 en §8jajaBepaling van degedraineerdeschuifweerstandTriaxiaal - CU - standaardNBN EN ISO/IEC 17025:2017Methode Geotechniek afgeleid van en met apparatuur volgens BS 1377 - part 8:1990 §1, §2, §3, §4, §5 (uitgezonderd §5.4), §6 en §7 (§8, CD triaxiaalproef niet in scope)jaja Triaxiaal - CU - standaardNBN EN ISO/IEC 17025:2017Standaard triaxiaalproef voor de bepaling van gedraineerde triaxiaal schuifweerstand in druk volgens NBN EN ISO 17892-9:2018jaja Triaxiaal - CU - extension Methode Geotechniek afgeleid van en met apparatuur volgens NBN EN ISO 17892-9:2018jaja Triaxiaal - CD - standaardNBN EN ISO/IEC 17025:2017Standaard triaxiaalproef voor de bepaling van gedraineerde triaxiaal schuifweerstand in druk volgens NBN EN ISO 17892-9:2018jaja Triaxiaal - CD - U/R Methode Geotechniek afgeleid van en met apparatuur volgens NBN EN ISO 17892-9:2018 jaja Cyclische triaxiaalproef ASTM D5311/5311M-13jaja Directe schuifproef - CD NBN CEN ISO/TS 17892-10:2005jaNBN EN ISO 17892-10:2019Bepaling van dedichtheidProctor ASTM D1557-07 (procedure C) + Annex voor de versterkte proctorproef en ASTM D698-07 (procedure B) + annex voor de standaard proctorproeftot 25 april 2017 ProctorNBN EN ISO/IEC 17025:2017 EN 13286-2:2010 (+AC:2012) (met apparatuur conform Annex A) voor de standaard proctor en EN 13286-2:2010 (+AC:2012) (met apparatuur conform Annex A) voor de versterkte proctorjaja Proctor + IPI ASTM D1557-07 (procedure C) + Annex voor de versterkte proctorproef en ASTM D698-07 (procedure B) + annex voor de standaard proctorproef + NF P 94-078 (1992) (norm bepaling IPI)tot 25 april 2017 Proctor + IPI EN 13286-2:2010 (+AC:2012) (met apparatuur conform Annex A) voor de standaard proctor en EN 13286-2:2010 (+AC:2012) (met apparatuur conform Annex A) voor de versterkte proctor + NF P 94-078 (1992) (norm bepaling IPI)jaNBN EN13286-47:2012 Meest losse pakking Methode Geotechniek afgeleid van ASTM D4254:2000(2006)e1jaASTM D4254-16Bepaling van dedoorlatendheidVeranderlijk verval in permeameter NBN CEN ISO/TS 17892-11:2005 (meer specifiek de ‘Falling head’ §1, §2, §3, §4.1, §4.2 en §5.1)jaNBN EN ISO 17892-11:2019 Constant verval in doorlatendheidscelNBN EN ISO/IEC 17025:2017NBN CEN ISO/TS 17892-11:2005 (meer specifiek de ‘Constant head in permeameter’ §1,§2,§3,§4.1, §4.3 en §5.2)jaNBN EN ISO 17892-11:2019 Doorlatendheid in tx cel NBN CEN ISO/TS 17892-11:2005 (meer specifiek de ‘Constant head in triaxial cell’ §1,§2,§3,§4.1, §4.4 en §5.3)tot 31 mei 2022NBN EN ISO 17892-11:2019 Doorlatendheid in tx cel NBN EN ISO 17892-11:2019 (meer specifiek de ‘Flexible wall permeameter’ §1-§4, §5.2.1, §5.2.3, §5.3-§5.6, §6.1; §6.2.1; §6.2.3 en §6.3.3; §6.4-§6.5)jajaBepaling van hetchloridegehalteGehalte aan in water oplosbare chloriden BS 1377 - part 3:1990jaBS 1377-3:2018(+A1: 2021)Bepaling van dekleihoudendheidMethyleenblauwproef NF P 94-068:1998jaja Methyleenblauwproef NBN EN 933-9+A1:2013jaja

Het ontstaan van Geopunt . Sinds 28 november 2013 is www.geopunt.be het unieke geoportaal van de Vlaamse overheid waarop alle mogelijke beschikbare geografische informatie voor burger, bedrijf en overheid wordt gebundeld. Het laagdrempelige gebruik van geografische informatie staat centraal. Dat kan door het online samenbrengen van geografische gegevens over Vlaanderen op een slimme en gebruiksvriendelijke manier. Geopunt kan dan ook terecht een innovatieknooppunt worden genoemd. Kris Peeters . Toenmalig Minister-president . Kris Peeters, toenmalig Minister-president, bij de release in 2013: . Geopunt had meteen een flinke primeur door de zeer recent afgewerkte ‘basiskaart’ toegankelijk te maken voor elke burger in Vlaanderen. Wie deze erg gedetailleerde kaart online raadpleegt op Geopunt, vindt behalve luchtfoto’s vooral betrouwbare en actuele informatie over percelen, gebouwen, adressen, wegen, waterlopen. De nauwkeurigheid van die informatie gaat véél verder dat wat de burger nu kent onder de vorm van een stafkaart, commerciële initiatieven of bv. het kadasterplan. Naast de Vlaamse overheden is de nutsector, die dit mee mogelijk maakte door middel van cofinanciering, de belangrijkste gebruiker van de basiskaart voor het nauwkeurig positioneren van hun kabels en leidingen. De lancering van deze gloednieuwe Geopunt-site sluit nauw aan bij de doelstellingen van Vlaanderen In Actie (VIA), waarbij onder meer wordt gestreefd naar een gericht innovatiebeleid. De lancering van deze site toont aan dat de Vlaamse overheid niet alleen innovatie stimuleert, maar er ook actief in participeert. Geopunt is een innovatieve website die een maatschappelijk en economisch hefboomeffect kan genereren, waardoor er ook realisaties kunnen volgen in andere beleidsdomeinen. Historiek, organisatie en wettelijk kader . Sinds 1995 bestaat er een samenwerkingsverband voor geografische informatie binnen de Vlaamse overheid. Dit is het samenwerkingsverband GDI-Vlaanderen (GDI = Geografische Datainfrastructuur). Dit is meer dan een samenwerking tussen enkele grote GIS-spelers binnen de overheid. Het samenwerkingsverband GDI-Vlaanderen beschikt immers over een volwaardig wetgevend kader dat vorm geeft aan het geografische databeleid binnen de Vlaamse overheid. Binnen het samenwerkingsverband GDI-Vlaanderen worden zowel de overheid (via de stuurgroep), de nutssector (via de GRB-raad) als de private en academische sector (via de GDI-raad) betrokken bij de aansturing. Omdat sturen en coördineren niet hetzelfde is werd vanaf het begin een uitvoerend orgaan verantwoordelijk gesteld voor het operationaliseren en het coördineren van GDI-Vlaanderen. Dat was het Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen (AGIV). Gedurende de laatste 19 jaar heeft het AGIV tal van partners geholpen bij het opbouwen en ontsluiten van hun geodata. Sinds 1 januari 2016 maakt het AGIV deel uit van het nieuwe Agentschap Informatie Vlaanderen. PortaalGeopunt is het portaal van het samenwerkingsverband voor geografische informatie binnen de Vlaamse overheid en GDI-Vlaanderen. Het portaal biedt de gebruiker de mogelijkheid om geografische informatie, die door de verschillende data- en dienstenleveranciers in Vlaanderen wordt aangeboden, te zoeken, te visualiseren en af te laden. In de rol van geografische dienstenintegrator en als uitvoerend orgaan van het samenwerkingsverband GDI-Vlaanderen staat het Agentschap Informatie Vlaanderen in voor de realisatie en het onderhoud van Geopunt. De opdracht van het Agentschap Informatie Vlaanderen om Geopunt uit te bouwen is decretaal vastgelegd in het GDI-decreet (B.S. 28 april 2009). INSPIREDe Vlaamse Regering realiseerde met het GDI-decreet ook de omzetting van de Europese INSPIRE-richtlijn. Deze richtlijn voorziet in de uitbouw van een grensoverschrijdende Europese geografische data-infrastructuur. Het is belangrijk dat de geografische informatie die noodzakelijk is voor het algemene belang ter beschikking wordt gesteld aan en vlot raadpleegbaar is voor alle bestuursniveaus: zowel binnen Vlaanderen en België als binnen de Europese Unie. Bovendien is een brede toegang tot die geografische gegevens voorzien voor de burger. Op het vlak van de uitbouw van geografische gegevens is de Vlaamse overheid trouwens één van de pioniers in Europa. Het belang van geografische gegevens voor overheid, bedrijven en de burger neemt almaar toe. Verantwoorde besluitvorming inzake grondgebonden materies slaagt alleen als ze kan steunen op tijdige, volledige, actuele, juiste en betrouwbare informatie. Het plannen van een nieuwe woonwijk, het uitstippelen van een fietsroutenetwerk, het bepalen van de milieu-impact bij belangrijke infrastructuurwerken, de gezondheidsindicatoren in een ruimtelijk verband,… het zijn slechts enkele voorbeelden van toepassingen waarbij de beschikbaarheid van accurate geografische gegevens onmisbaar is bij de ondersteuning van beleidskeuzes. Het GDI-decreet is opgebouwd rond het concept “authentieke geografische gegevens”. Dit zijn gegevens waarvan de Vlaamse Regering de actualiteit, nauwkeurigheid en volledigheid heeft gecertificeerd. Twee andere cruciale concepten van het GDI-decreet zijn het “decentrale beheer” en de “meervoudige” toegang. Dit betekent dat geografische gegevens beheerd worden op het bestuurlijke niveau waar dat het meest efficiënt kan, maar dat de gegevens vervolgens wel maximaal worden gedeeld via een netwerkmodel. Dit moet leiden tot een grotere efficiëntie bij de werking van de overheid en de contacten met de burger. Vernieuwing van Geopunt in 2022 . In 2022 werkte het team van Geopunt binnen Digitaal Vlaanderen aan een grote vernieuwing van het portaal. Geopunt bestond op dat moment 9 jaar en was dringend aan evolutief onderhoud toe om de bedrijfszekerheid te blijven garanderen. Daarom werden in de loop van 2020 en 2021 de betrokken stakeholders bevraagd door middel van verschillende interventies (interviews, business werkgroepen, klankbordgroepen). Dit leidde tot een gedragen visie en strategie voor een evolutief onderhoud aan het geoportaal. Hierbij werd rekening gehouden met de gewijzigde noden sinds het ontstaan van Geopunt, het evoluerende technische landschap en de ontwikkeling van nieuwe complementaire diensten van Digitaal Vlaanderen en een duurzame financiering. Met het vernieuwde Geopunt zal: het uitgebreid centraal aanbod van locatiegebonden data van de Vlaamse overheid op Geopunt behouden blijven en versterkt worden; een vernieuwd Geopunt gebouwd worden dat gebaseerd is op een technologie die beter geïntegreerd is met architectuurcomponenten van Digitaal Vlaanderen en dit met een duurzaam financieringsmodel; een aanbod ter beschikking staan dat toegankelijk gemaakt wordt voor nieuwe doelgroepen en nieuwe domeinen (via de integratie met Datavindplaats-catalogus); de gebruikers een geïntegreerde ervaring aan te bieden, door in te zetten op wisselwerking met (domeinspecifieke) oplossingen van onze partners en Digitaal Vlaanderen.

“We zijn bijzonder fier dat Cegeka als grootste Vlaamse onafhankelijke IT-dienstenleverancier op lange termijn mee aan het stuur zit van de verdere digitalisering van Vlaanderen en de Vlaamse administratie. Cegeka heeft samen met de overheid de ambitie om Vlaanderen te laten groeien tot een top-3 digitale regio in Europa. De structurele samenwerking met de Vlaamse overheid is een cruciale stap in de verdere groei van Cegeka binnen Vlaanderen." . Stijn Bijnens . CEO Cegeka . Cegeka is een ambitieuze en toonaangevende Europese aanbieder van IT-oplossingen. Onder het motto ‘in close cooperation’ streven wij naar optimale klantgerichtheid en ondersteunen wij onze ruim 2.500 klanten in de volle breedte in hun digitaliseringsreis. Cegeka biedt end-to-end oplossingen in de domeinen Data, Applications en Infrastructure, met een sterke onderlinge connectie. Binnen de Cegeka-organisatie is Citymesh de mobiele connectiviteitsspecialist voor de business-to-business markt. Nexuzhealth ontwikkelt specifieke oplossingen voor de gezondheidszorg en Cegeka Business Solutions is het Europese Dynamics-huis, de partner voor Microsoft D365-oplossingen. Cegeka telt meer dan 5.000 medewerkers met vestigingen in de Benelux, Duitsland, Oostenrijk, Roemenië, Moldavië, Italië, Tsjechië, Slovakije en Zweden, met een geconsolideerde omzet van 640 miljoen euro. Cegeka is een Europees familiebedrijf dat in 1992 werd opgericht door André Knaepen, huidig voorzitter van de raad van bestuur. Anno 2020 staat CEO Stijn Bijnens aan de leiding van de onderneming vanuit het hoofdkantoor in het Belgische Hasselt. RaamovereenkomstCegeka is gekozen tot partner voor de uitrol van de digitale werkplekken bij de Vlaamse overheid en de lokale besturen. De initiële focus ligt op de overname en continuïteit van de bestaande dienstverlening. Daarnaast staat de uitvoering van een transformatieplan, met een sterke focus op eindgebruikerservaring en user adoptie hoog op de agenda. Gegevens:Website: https://www.cegeka.comContact pers/communicatie: Sergio Destino – sergio.destino@cegeka.com | +32 473 49 08 32 Contact klanten: Kim Peeters – kim.peeters@cegeka.com | +32 495 24 31 32

Beschikbare informatie . De energiekaart bundelt de meest recente officiële gegevens in grafieken, kaarten en tabellen. Bekijk de energiekaart voor de meest recente cijfers in uw gemeente, in de provincie of in Vlaanderen. Groene energie . De productie van groene stroom en groene warmte, het opgestelde vermogen en aantal installaties (opgesplitst per energiebron).Zonnepanelen en windturbines: scorekaart voor elke gemeente en provincie, top-30 gemeenten en sterkste stijgers van het afgelopen jaar.Overzicht van de projecten van de energiecoöperaties.Rechtstreeks naar de info ‘groene energie in Vlaanderen’ op de energiekaart. Energiepremies . Het aantal energiepremies toegekend en het bedrag uitbetaald voor residentiële en niet-residentiële gebouwen (opgesplitst per maatregel). Rechtstreeks naar de info op de energiekaart: energiepremies voor residentiële gebouwen in Vlaanderenenergiepremies voor niet-residentiële gebouwen in VlaanderenMijn VerbouwPremie voor residentiële en niet-residentiële gebouwen in Vlaanderen . Mijn VerbouwPremie . Rapportering over Mijn VerbouwPremie via de energiekaart. EPB bij nieuwbouw en ingrijpende energetische renovaties . Het aantal aangiften (opgesplitst volgens aanvraag- en indienjaar, bestemming, woonvorm, bouwvorm).Kwalitatieve informatie uit de aangiften, zoals E-peil, S-peil, isolatiewaarden (opgesplitst volgens dak, muur, vloer, vensters), luchtdichtheid, ventilatie (opgesplitst volgens systeemtype en woonvorm), netto-energiebehoefte voor verwarming, aandeel hernieuwbare energie en systeemkeuze.Het aandeel BEN-woningen.Rechtstreeks naar de info ‘EPB-cijferrapport in Vlaanderen’ op de energiekaart. Energieprestatiecertificaten (EPC) van residentiële en niet-residentiële gebouwen . Aantal, score, energielabel, welk aandeel van de EPC’s behaalt nu al de doelstelling 2050 (opgesplitst per indien- en bouwjaar, bestemming, gebouwtype, reden van opmaak).Gemiddeld beschermd volume en vloeroppervlakte per bestemming.Rechtstreeks naar de info ‘EPC bestaande bouw in Vlaanderen’ op de energiekaart. Energieprofessionals . Energiedeskundigen: EPC-type A, C en D.EPB-verslaggevers.Aannemers spouwmuurisolatie.Aannemers na-isolatie buitenmuren via binnenzijde met certificaat van bekwaamheid (niet op energiekaart).Rechtstreeks naar ‘Zoek een energieprofessional in Vlaanderen’ op de energiekaart. Hoe werkt de energiekaart . De cijfers worden in grafiek- en tabelvorm en waar mogelijk op kaart aangeboden. Ze worden jaarlijks geactualiseerd. Voor de categorieën zonnepanelen en windturbines onder het luik groene energie is er een maandelijkse update.De achterliggende databank bepaalt tot op welk niveau cijfers beschikbaar zijn. Bepaalde cijfers (zonnepanelen en windturbines, energiepremies, EPB, EPC) zijn beschikbaar op gemeentelijk niveau en worden samengevoegd tot het provinciale en het Vlaamse niveau. Andere cijfers zijn enkel op Vlaams niveau beschikbaar (o.a. productie van groene warmte en groene stroom) en kunnen dus niet opgesplitst worden. Gegevens selecteren en downloaden . Uw selectie maken:Vlaanderen staat als standaardlocatie ingesteld.Via de knop helemaal bovenaan kunt u het rapporteringsniveau provincie of gemeente kiezen. Tik vervolgens uw provincie- of gemeentenaam in het tekstvak of klik aan op de kaart.Scroll omlaag voor het overzicht van alle beschikbare rapporten op het geselecteerde niveau.​​​Rapporten op maatDe functie Selfservice laat u toe om een rapport op maat te maken. U kunt uw selectie filteren op een of meerdere jaartallen, postcodes, gebouwtypes,… Gegevens exporterenUit de tabellen en grafieken: beweeg uw cursor over de tabel of grafiek. Klik in de rechterbovenhoek op de drie puntjes (dat staat voor ‘Meer opties’).Deze xls-bestanden kunt u rechtstreeks downloaden:de evolutie van de zonnepanelen in Vlaanderen: vermogen en aantal, met opsplitsing per provincie en gemeente (versie augustus 2023)de vermelde vermogens zijn omvormersvermogens (AC-vermogen)de evolutie van de windturbines in Vlaanderen: vermogen en aantal, met opsplitsing per provincie en gemeente (versie augustus 2023)de evolutie van de benuttingsgraad van het zonnepotentieel van de Vlaamse daken, met opsplitsing per provincie en gemeente (versie oktober 2022) de evolutie van het finaal energieverbruik berekend volgens de methodologie van de Europese richtlijn hernieuwbare energie. Correctheid . Alle cijfers van de energiekaart zijn gevalideerd. Toch is er sprake van onderschattingen. Bij zonnepanelen en windturbines:nieuwe installaties zijn in vele gevallen pas enkele maanden na hun indienstname in de cijfers van de netbeheerders opgenomen. Data van het recentste kwartaal zijn dus per definitie onvolledig en een onderschatting van de werkelijkheid. De energiekaart geeft eerste tussenstand voor het afgelopen jaar (x), pas tegen eind april van het volgende jaar (x+1) mag u de resultaten als enigszins definitief beschouwen.Bij zonnepanelen wordt het opgestelde vermogen uitgedrukt als omvormersvermogen (AC-vermogen), dat ligt standaard lager dan het opgestelde paneelvermogen.Projecten van de energiecoöperaties:u ziet enkel de projecten die door de erkende energiecoöperaties en crowdfundingplatformen aan het VEKA gemeld zijn. NRC-erkende energiecoöperaties kunnen aan de hand van de handleiding hun projecten registreren.Bij energiepremies:alleen de uitbetaalde premies zijn in de cijfers opgenomen. Het aantal uitgevoerde energiebesparende maatregelen ligt veel hoger dan wat het premiecijfers doen vermoeden. Vaak gebeuren er investeringen waar geen premie aan toegekend is: de investering voldoet niet aan alle premievoorwaarden, werd te laat of niet aangevraagd.

Wat denk je over onze plannen voor mobiliteit in Vervoerregio Kortrijk? BEKENDMAKING OPENBAAR ONDERZOEK . Wil u graag opmerkingen of suggesties meegeven over de plannen van uw vervoerregio? Dat kan! Tijdens het openbaar onderzoek dat loopt van 17 augustus tot en met 15 oktober 2023 kunt u het voorlopig Ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan en het Ontwerp plan-MER voor de vervoerregio Kortrijk inkijken: Op www.vlaanderen.be/openbaar-onderzoek-vervoerregio-kortrijkOp de websites van de gemeenten die deel uitmaken van de vervoerregio: Anzegem, Avelgem, Deerlijk, Harelbeke, Kortrijk, Kuurne, Lendelede, Menen, Spiere-Helkijn, Waregem, Wervik, Wevelgem en Zwevegem.In het gemeentehuis van bovenvermelde gemeenten, of op de locatie die de bovenvermelde gemeenten hiertoe aanwijzen. Opmerkingen kunt u uiterlijk tegen 15 oktober 2023 bezorgen: Via mail aan de vervoerregio Kortrijk op het mailadres vervoerregio.kortrijk@vlaanderen.be.Via schriftelijke aflevering tegen ontvangstbewijs op het gemeentehuis van de hierboven vermelde gemeenten. De regio Kortrijk werkt aan de nieuwe visie op mobiliteit. Om de doelstellingen van de regio te realiseren is een heuse mobiliteitstransitie nodig, beschreven in het voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan dat in de tweede helft van 2023 in openbaar onderzoek gaat. Proces en participatie . De vervoerregioraad bepaalt zijn werking en hoe bedrijven, organisaties, kennisinstellingen en burgers betrokken worden in het regionaal mobiliteitsbeleid. Het mobiliteitsforum in februari 2020 was voor de mobiliteitsactoren, het middenveld, de bedrijven en kennisinstellingen het startevent van de vervoerregiowerking. Hun verdere inbreng vond vervolgens plaats via mobiliteitsateliers en thematische werksessies, zowel voor het openbaar vervoerplan 2021 als voor het regionaal mobiliteitsplan. Naast verschillende initiatieven van de individuele partners vond voor de hele regio tijdens de jaarwissel 2020-2021 ook een burgerbevraging plaats. Bekijk hier de lijst van stakeholders . 2020 . januari: opmaak website en digitaal platformfebruari: mobiliteitsforum met 115 aanwezigen van mobiliteitsactoren, het middenveld, bedrijven en kennisinstellingenmaart: thematische werksessie logistiek met 26 (boven)lokale mobiliteitsactoren, relevant middenveld, bedrijven en kennisinstellingenapril: terugkoppeling met gemeenteraadsleden uit de regiomei:enquête gemeenteraadsleden met 82 deelnemersmobiliteitsatelier openbaar vervoerplan, met 90 uitnodigingen vertrokken naar (boven)lokale mobiliteitsactoren, relevant middenveld, bedrijven en kennisinstellingenjuli: 2de terugkoppeling met gemeenteraadsleden uit de regioseptember: 2de thematische werksessie logistiekoktober:thematische werksessie ruimte en knooppunten3de terugkoppeling met gemeenteraadsleden uit de regionovember: thematische werksessie fietsdecember:thematische werksessie openbaar vervoercommunicatie lokale infokanalen en burgerbevraging . 2021 . maart: thematische werksessie gedragapril: thematische werksessie wegenoktober: 4de terugkoppeling met gemeenteraadsleden uit de regio . 2022 . maart: 3de thematische werksessie logistiekjuni: infovergadering in functie van MERoktober: mobiliteitsatelier regionaal mobiliteitsplan . 2023 . februari : 5de terugkoppeling met gemeenteraadsleden uit de regioInformatiecampagne gemeentelijke infobladen regionaal mobiliteitsplan . Plan-MER . In het kader van de opmaak van het Regionaal Mobiliteitsplan (RMP) voor de vervoerregio Kortrijk wordt een plan-MER opgemaakt krachtens het ‘Besluit van de Vlaamse Regering van 20 november 2020 over de regionale mobiliteitsplannen met integratie van de milieueffectrapportage’. De milieubeoordeling verloopt in verschillende fases. Nota Inhoudsafbakening (NIA) voor adviesronde . De Nota Inhoudsafbakening (NIA) brengt de adviesinstanties op de hoogte van het voornemen om een strategisch plan-MER voor het Regionaal Mobiliteitsplan (RMP) voor de vervoerregio Kortrijk op te stellen en vormt ook een uitnodiging om mee te denken over de gewenste inhoud van het milieueffectrapport, over de effecten die kunnen samenhangen met het plan, en over de manier waarop de effecten bestudeerd worden. De Nota Inhoudsafbakening beschrijft kort de opzet en ambities van het Regionaal Mobiliteitsplan en de verschillende alternatieven voor dat plan. De inhoudsafbakening geeft op hoofdlijnen aan wat zal onderzocht worden in het plan-MER, en hoe dat zal gebeuren. Het opmaken en voorstellen van deze inhoudsafbakening is de eerste formele stap in de MER-procedure. Raadpleeg hier de Nota Inhoudsafbakening (NIA) voor de adviesronde van Vervoerregio Kortrijk (klik hier voor de Franstalige versie) . Adviesronde NIA: adviezen van de adviesinstanties . Vervoerregio Kortrijk verstuurde de Nota inhoudsafbakening (NIA) op 24 juni 2022 naar de verschillende adviesinstanties. Raadpleeg hieronder de ontvangen adviezen op de NIA per adviesinstantie. NIAKortrijk_advies_Agentschap Natuur en BosNIAKortrijk_advies_Agentschap Zorg en GezondheidNIAKortrijk_advies_Departement Landbouw en VisserijNIAKortrijk_advies_Departement Omgeving (Afdeling GOP en Afdeling BJO & Vlaamse Milieumaatschappij (Team Luchtbeleid) met bijlagenNIAKortrijk_advies_Departement Omgeving (Team Mer)NIAKortrijk_advies_InfrabelNIAKortrijk_advies_IzegemNIAKortrijk_advies_KuurneNIAKortrijk_advies_MenenNIAKortrijk_advies_NMBSNIAKortrijk_advies_Vlaamse LandmaatschappijNIAKortrijk_advies_Wortegem-PetegemNIAKortrijk_advies_Zwevegem . Bundeling en verwerking van de adviezen . Raadpleeg hier het document met de bundeling en verwerking van de adviezen op de NIA. Nota Inhoudsafbakening (NIA) na adviesronde . Na de adviesronde werd de Nota Inhoudsafbakening (NIA) bijgewerkt, rekening houdend met de binnengekomen adviezen. Raadpleeg hier de Nota Inhoudsafbakening (NIA) voor de vervoerregio Kortrijk na de adviesronde . Kwaliteitsbeoordeling door Team Mer . Het Team Mer (Departement Omgeving van de Vlaamse overheid) deed een kwaliteitsbeoordeling van het voorstel tot inhoudsafbakening van het plan-MER (NIA) en de wijze waarop is omgegaan met de adviezen die daarop zijn verleend in het kader van opmaak van het Regionaal Mobiliteitsplan (RMP) voor de vervoerregio Kortrijk. Raadpleeg hier de kwaliteitsbeoordeling door Team Mer . Plan-MER . In opmaak. Officiële documenten . Werking vervoerregio Kortrijk . Elke vervoerregio heeft een vervoerregioraad die de taken bewaakt, stuurt en evalueert. Naast elke gemeente uit de regio, is ook het ministerie Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse overheid en de Provincie stemgerechtigd lid van de raad. Huishoudelijk reglement . Regionaal mobiliteitsplan . De vervoerregioraad staat in voor de opmaak van een geïntegreerd regionaal mobiliteitsplan. Dat beleidsdocument samenstellen, verloopt via verschillende fases en resulteert respectievelijk in verschillende deelnota’s. In de regio Kortrijk is, naast de opmaak van het netwerk openbaar vervoer 2021, in de 2de helft van 2019 ook de opmaak van het regionaal mobiliteitsplan gestart. Oriëntatienota - Hoofdstuk 1Oriëntatienota - Hoofdstuk 2Oriëntatienota - Hoofdstuk 3Oriëntatienota - Hoofdstuk 4Oriëntatienota - Hoofdstuk 5Oriëntatienota - Hoofdstuk 6Oriëntatienota - BijlagenVisienotaSynthesenota met bijlageBrochure synthesenotaInfographic . Openbaar vervoerplan . Eén van de eerste taken van de vervoerregioraad bestond uit het opmaken van een netwerk voor openbaar vervoer 2021, gedurende de periode september 2019 - mei 2020. De definitieve goedkeuring van dit plan vond plaats op de vervoerregioraad van 2 oktober 2020. De Voorbereidingen voor de operationalisering ervan door de verschillende actoren zijn volop lopende. Ontdek met deze video wat de nieuwe visie op mobiliteit voor u betekent. Openbaar vervoerplan 2020Openbaar vervoerplan 2020 - bijlagenbundel A: van initieel naar definitief voorstelOpenbaar vervoerplan 2020 - bijlagenbundel B: voorstel KN en ANOpenbaar vervoerplan 2020 - bijlagenbundel C: voorstel ‘vervoer op maat’Openbaar vervoerplan 2020 - bijlagenbundel D: kaarten A3Unieke verantwoordingsnota Hoppinpunten met Hoppinfietsen . Verslagen vervoerregioraad Kortrijk . Verslagen vervoerregioraad van 2019 . Verslag VVR Kortrijk - 18 oktober 2019Verslag VVR Kortrijk - 29 november 2019 . Verslagen vervoerregioraad van 2020 . Verslag VVR Kortrijk - 17 januari 2020Verslag VVR Kortrijk - 21 februari 2020Verslag VVR Kortrijk - 29 mei 2020Verslag VVR Kortrijk - 26 juni 2020Verslag VVR Kortrijk - 2 oktober 2020Verslag VVR Kortrijk - 4 december 2020 . Verslagen vervoerregioraad van 2021 . Verslag VVR Kortrijk - 5 maart 2021Verslag VVR Kortrijk - 18 juni 2021Verslag VVR Kortrijk - 1 oktober 2021 . Verslagen vervoerregioraad van 2022 . Verslag VVR Kortrijk - 18 februari 2022Verslag VVR Kortrijk - 17 juni 2022Verslag VVR Kortrijk - 28 oktober 2022 . Verslagen vervoerregioraad van 2023 . Verslag VVR Kortrijk - 17 februari 2023Verslag VVR Kortrijk - 31 maart 2023Verslag VVR Kortrijk - 26 mei 2023 . Hebt u vragen voor ons? Stel uw vraag via vervoerregio.kortrijk@vlaanderen.be . Contact . VERVOERREGIO KORTRIJK VAC BruggeKoning Albert I-laan 1-28200 Bruggevervoerregio.kortrijk@vlaanderen.be Voorzitters Ruth Vandenbergheruth.vandenberghe@kortrijk.be Stad KortrijkVoorzitterSofie De Meulenaeresofie.demeulenaere@mow.vlaanderen.beDepartement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW)VoorzitterTeam MOW Davy Willaertdavy.willaert@mow.vlaanderen.beDepartement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW)Mobiliteitsbegeleiderxregiomanager.kortrijk@wegenenverkeer.beAgentschap Wegen en Verkeer (AWV)RegiomanagerBjörn Coolbjorn.cool@delijn.beDe LijnVervoerregiomanagerPeter De Meyerpeter.demeyer@vlaamsewaterweg.beDe Vlaamse Waterweg nv

Uw elektrische wagen als thuisbatterij . Een elektrische wagen kan niet alleen energie opnemen, maar ook teruggeven aan het elektriciteitsnet. Dit wordt bidirectioneel laden genoemd. U kan uw wagen ook gebruiken als thuisbatterij en er de energie van uw zonnepanelen in opslaan. U kan dan kiezen om de opgewekte stroom op het net te zetten, zelf te gebruiken voor uw huishouden of uw wagen. Om bidirectioneel te kunnen laden heeft u naast een bidirectionele laadpaal ook een wagen nodig, die bidirectioneel kan laden. Momenteel kan slechts een handvol elektrische wagens bidirectioneel laden. ‘Vehicle-to-Grid’, ‘Vehicle-to-Home’, ‘Vehicle-to-Load’, ‘Vehicle-to-X’, ‘Vehicle-to-B’ . Bidirectioneel laden kan voor twee verschillende toepassingen worden gebruikt. De eerste is ‘Vehicle-to-Grid’ of V2G, ontworpen om energie naar het elektriciteitsnet te exporteren wanneer de vraag hoog is.Het tweede is ‘Vehicle-to-Home’ of V2H, ontworpen om de elektrische wagen te gebruiken zoals een thuisbatterij om overtollige zonne-energie op te slaan en uw woning van stroom te voorzien.Momenteel zijn er slechts een handvol elektrische wagens die beschikken over V2G en bidirectionele laadcapaciteit. Dit zijn onder meer het nieuwere Nissan Leaf model, de Hyundai Iqonic 5 en de Kia EV6. Een deel van het probleem bij het uitrollen van V2G-technologie zijn de regelgevende uitdagingen en het gebrek aan een standaard bidirectioneel EV-laadprotocol. Momenteel kunnen bidirectionele laders alleen werken met specifieke elektrische wagens. ‘Vehicle-to-Load’ of V2L-technologie is veel eenvoudiger omdat er geen bidirectionele lader nodig is om te werken. Voertuigen met V2L hebben een ingebouwde omvormer van gelijkstroom naar wisselstroom en standaard plug-in stopcontacten die kunnen worden gebruikt om gewone huishoudelijke apparaten aan te sluiten, bijvoorbeeld onderweg of in noodgevallen. Opgelet: Deze toestellen mogen enkel rechtstreeks (of via een verlengkabel) ingeplugd worden op de wagen. Er mag namelijk in geen enkel geval een verbinding gemaakt worden tussen de wagen en de vaste huishoudelijke installatie. ‘Vehicle-to-Everything of V2X is een term die wordt gebruikt om het algemene concept van een voertuig te beschrijven dat is verbonden met zijn omgeving. ‘Vehicle-to-Building’ of V2B tenslotte heeft betrekking op de uitwisseling van energie tussen een voertuig en een gebouw, vergelijkbaar met V2H, maar dan een bedrijf of werkplek. Wat is een bidirectionele laadpaal? Een bidirectionele laadpaal is in staat is om energie op te laden en te ontladen van de batterij van een elektrische wagen. Dit is een complex proces waarvoor een omvormer van gelijkstroom (DC) naar wisselstroom (AC) nodig is, in tegenstelling tot een gewone normale laadpaal die met wisselstroom oplaadt. Bidirectionele laadpalen kunnen echter alleen werken met compatibele voertuigen, die in twee richtingen gelijkstroom kunnen opladen. Ze zijn veel gesofisticeerder en dus duurder dan gewone laadpalen omdat ze geavanceerde elektronica bevatten om de energiestroom van en naar de wagen te beheren. De producenten van bidirectionele laadpalen dienen deze te homologeren bij Synergrid. Bij de installatie van een bidirectionele laadpaal is Fluvius als distributienetbeheerder verplicht om na te gaan of er een aanpassing van de aansluiting of het distributienet noodzakelijk is. Voor kleine installaties volstaat een melding van uw installatie aan Fluvius.Voor een andere installatie is een voorafgaandelijke netstudie noodzakelijk.Het Fluvius portaal Bidirectionele laadpalen helpt u te bepalen of uw installatie klein is of niet. Via het overeenkomende stappenplan kunt u meteen uw installatie correct melden of een netstudie aanvragen. Heeft bidirectioneel laden invloed op de batterij? Wat bidirectioneel laden met de batterij doet, is nog niet helemaal duidelijk. Aan de ene kant wordt de batterij intensiever gebruikt als gevolg van meer laadbeurten. Aan de andere kant kan bidirectioneel laden met het meergebruik de batterij juist langer in goede conditie houden. Huidig en toekomstig onderzoek zal hierin duidelijkheid bieden. Wat is het verschil tussen bidirectioneel en slim laden? Slim laden verwijst naar elke vorm van elektrisch laden waarbij de oplaadtijd en -snelheid kunnen worden geregeld door een “slim” apparaat, in plaats van door een handmatige aan/uit-schakelaar. Dit gebeurt via dataverbindingen tussen de elektrische wagen en de laadpaal. Met slim laden kunnen wagens worden aangesloten aan het elektriciteitsnet, maar hoeven ze niet de hele tijd daadwerkelijk op te laden. Eigenaars van een elektrische wagen of energiebedrijven kunnen in dat geval beslissen wanneer het het meest efficiënt is om energie op te laden. Welke fiscale stimuli bestaan er voor bidirectionele en slimme laadpalen? De federale overheid voorziet een fiscale stimulans om de uitrol van laadpalen te ondersteunen. Deze fiscale stimuli beperken zich tot laadpalen die slim en stuurbaar zijn. Op de website van de FOD Economie staat een lijst met laadpalen die hiervoor in aanmerking kunnen komen.

60% van alle beginnende bestuurders die het terugkommoment moeten volgen vóór 1 augustus heeft dat ondertussen gedaan. Er komen steeds meer locaties waar je het terugkommoment kunt volgen, ook in de provincie Oost-Vlaanderen. De Vlaamse overheid lanceert nu een campagne om beginnende bestuurders aan te sporen om zich tijdig in te schrijven. “Je kunt het terugkommoment nu volgen op 19 locaties in Vlaanderen”, zegt Filip Boelaert, secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. “Schrijf je op tijd in, want anders riskeer je extra kosten.” . Extra leermoment . Beginnende bestuurders moeten vanaf 6 tot uiterlijk 9 maanden na het behalen van hun definitieve rijbewijs B een verplicht terugkommoment volgen om zich bewust te worden van hun rijgedrag. Na een paar maanden met een rijbewijs op zak durven jonge bestuurders hun rijkunsten immers te overschatten en risico’s in het verkeer te onderschatten. Bij 1 op 5 ongevallen is een jonge chauffeur betrokken. Het terugkommoment moet dat cijfer naar beneden halen door middel van een extra opleiding van 4 uur in een groep van 6 tot 18 personen. De kostprijs bedraagt 102 euro. Wie na die termijn van 9 maanden de cursus nog niet heeft gevolgd, heeft nog 2 maanden de tijd, maar betaalt 51 euro extra. Wie dat niet doet, riskeert een boete die kan oplopen tot 4000 euro. Oproep: schrijf je tijdig in! Op dit moment hebben al iets meer dan 10.000 Vlamingen een herinneringsbrief voor het terugkommoment gekregen. Van de groep die vóór 1 augustus 2019 het terugkommoment moet volgen, heeft zo’n 60% dat al gedaan. Bij de bestuurders die nog tot tijd hebben tot het najaar, ligt dat percentage op minder dan 20%. “Daarom roepen we iedereen nu op om zich tijdig te schrijven en zo onnodige kosten te vermijden. De erkende instellingen verwachten veel inschrijvers tijdens de zomer en zijn voorbereid”, aldus Filip Boelaert, secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. 16 erkende instellingen op 19 locaties . Op 8 juli starten in Gent de eerste sessies in de provincie Oost-Vlaanderen. Beginnende bestuurders kunnen het terugkommoment nu volgen bij 16 erkende instellingen op 19 verschillende locaties: 6 in West-Vlaanderen, 6 in Antwerpen, 4 in Limburg, 2 in Vlaams-Brabant en 1 in Oost-Vlaanderen. Communicatie langs verschillende kanalen . De Vlaamse overheid zal de komende weken en maanden extra communiceren om mogelijke misvattingen weg te nemen en mensen aan te sporen zich tijdig in te schrijven. “Naast de herinneringsbrieven zullen we ook via sociale media en via een folder bij de examencentra en de lokale besturen wijzen op het terugkommoment”, zegt Filip Boelaert van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. “Beginnende bestuurders krijgen zo extra informatie als ze voor hun praktijkexamen slagen en ook nog eens als ze hun definitief rijbewijs bij de gemeente ophalen.” . Praktijkoefeningen en een groepsgesprek . Het terugkommoment bestaat uit een praktisch gedeelte en een groepsgesprek over verkeersattitude. Tijdens de praktische oefeningen op een afgesloten terrein ervaren de deelnemers verschillende verkeersrisico’s zoals het effect van sms’en achter het stuur en de invloed van alcohol en drugs op je rijvermogen. Tijdens het groepsgesprek delen de chauffeurs ervaringen en krijgen ze tips mee om zich veilig in het verkeer te begeven. Hoe ga je bijvoorbeeld om met groepsdruk als je BOB bent en waarom rij je soms (on)bewust te snel? Meer informatie? Alle praktische informatie en de lijst met erkende instellingen vind je op www.vlaanderen.be/nl/terugkommoment.

In opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en Departement Omgeving (VPO), werd een regionale workflow ontwikkeld voor het vervaardigen van een hydrologisch gecorrigeerde versie van het Digitaal Hoogtemodel Vlaanderen II (DHMV II). De resultaten vinden sinds 2020 hun toepassing enerzijds in de erosiemodellering en anderzijds de neerslag-afvoermodellering en droogtekartering binnen Vlaanderen. De dataset van het Flow accumulatie raster, dat een overlandse afstroming visualiseert, en zijn toepassing kent in de neerslag-afvoermodellering in Vlaanderen, is visualiseerbaar in het Open Lidar Portaal. Meer info : voorbeelden van water en droogtemodelleringsprojecten en studies waarbij de resultaten uit dit project worden gebruikt Lopende modeltoepassingen bij de VMM: (laagwater)modelleringen, waarvan de resultaten ontsloten worden via https://www.waterinfo.be/droogtefrequentiekaarten.Zie ook rapport “Kwantificering en kartering van droogte in Vlaanderen met hydrologische modeltoepassing“VMM/IMDC studie over droogtekartering in Vlaanderen: Publicatie/presentatie door IMDC op IAH 2021 Belgium | 48th International Congress, (https://iah2021belgium.org/wp-content/uploads/2021/10/IAH-2021-Book-of-Abstracts-FINAL.pdf). Referentie: “Pannemans, B., Van Uytven, E., Claus, J., Walravens, J., Adams, R., Wolfs V., Vansteenkiste (2021). Mapping drought severity over Flanders for policy purposes. IAH 2021 Belgium, Brussels, 6-10 September 2021: oral presentation. “

Wilt u (ook) aansluiten op andere domeinen binnen MAGDA Online? U vindt het aansluitingsproces hier. Belangrijk: u kunt de Documentendienst gebruiken via MAGDA Online, via een koppeling (API) met een softwarepakket, of allebei.Voor een aansluiting via MAGDA Online volgt u de procedure op deze pagina. Voor een aansluiting via een softwarepakket volgt u de stappen die u hier vindt.Allebei de opties gebruiken kan zeker ook, maar dien dan bij voorkeur twee aparte aansluitingsaanvragen in. Het aansluitingsproces verloopt dan vlotter. Voor wie? Overheidsinstanties in Vlaanderen kunnen gebruik maken van de Documentendienst: Entiteiten van de Vlaamse overheidLokale besturenOCMW’sAutonome gemeentebedrijvenIntergemeentelijke samenwerkingsverbandenSociale huisvestingsmaatschappijenPublieke nutsbedrijvenVoorzieningen zoals ziekenhuizen, woonzorgcentraGeen toegang: Commerciële bedrijven. Kostprijs? Om de MAGDA Documentendienst te gebruiken via MAGDA Online is er een eenmalige aansluitkost van 1000 EUR. Per aansluiting kunt u, indien gewenst, meerdere profielen laten opzetten. Een profiel betekent dat u kunt verzenden onder een verschillende naam (bijvoorbeeld “Dienst A” en “Dienst B”). Voor alle profielen wordt hetzelfde logo gebruikt. De verschillende profielen kunnen elkaars verzendingen niet zien in MAGDA Online. Alle gebruikers van een bepaald profiel kunnen het overzicht zien van alle verzendingen via dat profiel. Wilt u aparte logo’s gebruiken voor bepaalde profielen, dan betaalt u 1000 EUR per bijkomende branding. Indien u papieren verzendingen doet via de Documentendienst, dan wordt het verbruik gefactureerd. Voor verzendingen naar de eBox burger of de eBox onderneming zijn er geen kosten. Een aansluiting is geldig voor een onbeperkt aantal gebruikers en een onbeperkt aantal verzendingen. Adresverrijking . Bij papieren verzendingen naar burgers of ondernemingen, kunt u de adresgegevens automatisch laten invullen op basis van het INSZ- of KBO-nummer van de bestemmeling.Wanneer u reeds aangesloten bent op het domein persoon binnen MAGDA Online, is deze optie voor INSZ-nummers automatisch beschikbaar. Bent u nog niet aangesloten op het domein persoon, maar wenst u toch gebruik te maken van adresverrijking voor natuurlijke personen, dan kunt u een aansluitingsaanvraag indienen voor het domein persoon.Er is dan een aansluitkost van 1000 EUR voor het domein persoon, waarvoor een inkooporder dient te worden voorzien.In de aansluitingsaanvraag vermeldt u als verwerkingsdoeleinde “Opzoeking van het rijksregisternummer voor het aanvullen van het adres bij het verzenden per post via de Documentendienst” en verwijst u naar uw juridische machtiging voor het opvragen van persoonsgegevens.Als lokaal bestuur volstaat het te verwijzen naar volgende machtigingen en regelgeving: RR nr 13/2013 - Verbintenis tot instemming met eenmalige machtiging tot toegang bep gegevens vh Rijksregister zoals geformuleerd in de beraadslaging RR nr. 13/2013 van 13 februari 2013 van het Sectoraal comité van het RijksregisterRR036/2020 - ALGEMENE MACHTIGINGKB 4 april 1988 http://www.ejustice.just.fgov.be/eli/besluit/1988/04/14/1988025127/justel KB 9 december 1987 http://www.ejustice.just.fgov.be/eli/besluit/1987/12/09/1987025415/justelVoor ondernemingsnummers is de adresverrijking automatisch beschikbaar, zonder aansluitingsaanvraag. Aansluitingsprocedure stap voor stap . Vooraf: Verzenden via de Documentendienst . Rechtsgeldig verzenden naar eBoxOok als de regelgeving er nog niet op voorzien is, kan een Vlaamse of lokale overheidsinstantie er voor kiezen om via de eBox te communiceren met de burger of een onderneming. De uitwisseling van berichten via de eBox, mits voldaan aan de voorwaarden van de equivalentiebepalingen, brengt dezelfde rechtsgevolgen tot stand als de uitwisseling via wettelijk voorziene weg en voldoet tevens aan een vereiste voor gebruik van aangetekende post. Op deze pagina vindt u meer toelichting over rechtsgeldig verzenden.Zorg ervoor dat de bestemmelingen op uw website geïnformeerd worden over de te volgen procedures en de rechtsgevolgen die de elektronische verzending van documenten naar de eBox heeft.Toegelaten volumes voor papieren verzendingenIndien er meer dan 20.000 papieren verzendingen per dag zullen gebeuren, dient dit min. 5 dagen op voorhand aangekondigd worden aan de operationele contactpersonen bij IPEX die binnen de 24 uur de planning bevestigen: Miranda Simons (msimons@ipexgroup.com) – back up: customersservices@ipexgroup.com / 02/641.12.06. Graag ook MAGDA inlichten bij grote verzendingen: helpdesk.magda@vlaanderen.be. In geval van grote volumes is een gespreide aflevering bespreekbaar: dit houdt in dat u alles in 1 keer verzendt, maar dat IPEX (de achterliggende partner voor het versturen van documenten via papier) dit kan verwerken over meerdere dagen. Vooraf: Optioneel introductiegesprek . Wil u meer weten over de mogelijkheden van de Documentendienst? Over de keuze tussen het gebruik via MAGDA Online of via een softwarekoppeling? Of is de aansluitingsprocedure nog niet helemaal duidelijk? Dan kunt u zich inschrijven voor een introductiesessie, of ons contacteren voor een individueel introductiegesprek in.Dat is echter zeker geen verplichting. Indien u reeds de nodige informatie hebt, dan kunt u zonder introductiegesprek meteen een aansluitingsaanvraag indienen. Stap 1: Welke aansluiting(en) heb ik nodig? Bepaal of u wenst aan te sluiten via MAGDA Online, via een softwarekoppeling of allebei (zie helemaal bovenaan deze pagina).Voor een aansluiting via MAGDA Online gaat u na of u één of meerdere profielen nodig hebt, en of er eventueel met verschillende logo’s zal worden gewerkt (zie “Kostprijs?” eerder op deze pagina).Gaat het om een aansluitingsaanvraag van een lokaal bestuur? Hou er dan rekening mee dat elke aparte juridische entiteit die de Documentendienst wenst te gebruiken (gemeente, OCMW, autonoom gemeentebedrijf) een aparte aansluitingsaanvraag dient in te dienen. Check of de functiehouders van uw organisatie correct geregistreerd staan in de KBO en geef indien nodig aanpassingen door. Als de functiehouders nog niet correct zijn, kan dit voor vertraging zorgen in het aansluitproces. Stap 2: Inkooporder voor aansluiting MAGDA Online . Bij het indienen van de aansluitingsaanvraag dient u een inkooporder voor de aansluitkost voor MAGDA Online mee te sturen. Het gaat om een bedrag van 1000 EUR, tenzij u gebruik wenst te maken van verschillende logo’s (zie eerder op deze pagina onder “Kostprijs?”). Dan is er een kost van 1000 EUR per branding.Eigen Vermogen Digitaal VlaanderenHavenlaan 88 bus 301000 BrusselBTW : BE 0643 634 986BE86 3751 1175 0850 . Stap 3: Inkooporder voor papieren verzendingen . Deze stap is enkel van toepassing indien u papieren verzendingen wenst te doen via de Documentendienst. Is dat niet het geval, dan kunt u doorgaan naar stap 4.Om papieren verzendingen te kunnen doen, dient u een inkooporder voor de verzendingspartner IPEX mee te sturen. Wanneer het voorziene budget van het inkooporder bijna opgebruikt is, zal IPEX u contacteren om een nieuw inkooporder te vragen.Het bedrag van het initiële inkooporder kunt u zelf kiezen. Hou hierbij rekening met het verwachte aantal papieren verzendingen. Wenst u in eerste instantie een beperkt aantal brieven te versturen als test, dan kan een inkooporder van 1000 EUR zinvol zijn. Plant u om meteen enkele honderden brieven aangetekend te versturen, dan zal een hoger bedrag noodzakelijk zijn als u wilt vermijden dat het voorziene budget meteen opgebruikt is.IPEX nvLandaslaan 51480 Sint-ReneldeBTW : BE 0429 119 090BE94 0018 7638 8814 . Stap 4: Vul de nodige overeenkomsten aan . Er zijn twee overeenkomsten die u dient aan te vullen met de gegevens van uw organisatie en de naam van de persoon/personen die deze zullen ondertekenen. Gelieve deze overeenkomsten echter nog niet te laten ondertekenen. Later tijdens het aansluitingsproces zult u deze overeenkomsten te ondertekening ontvangen. Samenwerkingsovereenkomst met Digitaal Vlaanderen voor het gebruik van de Documentendienst via MAGDA Online. Deze overeenkomst is specifiek voor het gebruik van de Documentendienst en dient ook te worden ondertekend indien u reeds een samenwerkingsovereenkomst hebt afgesloten voor het gebruik van MAGDA Online voor andere domeinen. Verwerkersovereenkomst met Digitaal Vlaanderen voor het verzenden via de Documentendienst. Stap 5: Vul het aanvraagformulier in . Nu u alle documenten hebt voorbereid en bij de hand hebt, kunt u het aanvraagformulier invullen.De overeenkomsten (stap 4) en één of twee inkooporders (stap 2 en 3) dienen als bijlage opgeladen te worden bij het invullen van het formulier.Daarnaast dienen ook twee logo’s te worden opgeladen (of meer, indien u met meerdere logo’s wenst te werken (zie “Kostprijs” bovenaan deze pagina): Voor gebruik van de eBox voor burgers (max. 3MB, jpeg of png).Voor gebruik bij papieren verzending (600x315px, jpeg of png).Zijn bepaalde velden van het formulier niet duidelijk? Dan kan het toelichtingsdocument handig zijn. Stap 6: Ontvang e-mail van het aansluitingsteam over het verloop van uw aanvraag . Het aansluitingsteam controleert uw aanvraag en de bijlagen op volledigheid. U wordt via e-mail op de hoogte gehouden. Mocht er nog iets ontbreken, dan verneemt u het van hen.Indien u wenst te verzenden naar de eBox burger en/of de eBox onderneming, dient u een registratie bij respectievelijk de FOD BOSA en de RSZ uit te voeren. Ons aansluitingsteam bezorgt u hiervoor instructies. Stap 7: Ontvang de overeenkomsten ter ondertekening . Na ondertekening door Digitaal Vlaanderen zelf, zal het secretariaat van Digitaal Vlaanderen u de overeenkomsten ter ondertekening bezorgen via het in het aanvraagformulier opgegeven e-mailadres. Stap 8: Aan de slag! U ontvangt een e-mail van het aansluitingsteam wanneer u de Documentendienst in MAGDA Online kunt gebruiken. U kunt meteen gebruikersrechten toekennen (zie de volgende stappen) en aan de slag gaan. We raden wel aan om eerst een paar testverzendingen uit te voeren, zoals in de e-mail van het aansluitingsteam wordt toegelicht. Stap 9: Contacteer uw lokaal beheerder voor het toekennen van het recht 'MAGDA Online' . Download Handleiding Gebruikersbeheer Vlaamse Overheid MOPRO.pdf. Weet uw niet wie uw lokaal beheerder is, neem dan contact op met de Vlaamse Infolijn (bel het nummer 1700 of gebruik de chat- of mailfuncties).Uw lokaal beheerder kan de medewerkers toegangsrechten tot MAGDA Online toekennen op volgende wijze: Zoek de medewerker op in Gebruikersbeheer.Selecteer de optie ‘Ken gebruikersrecht toe’.Selecteer het gebruikersrecht ‘”MAGDA Online” (niet “MAGDA Online Publiek”).Geef de begin- en einddatum op. Stap 10: Ken het juiste profiel toe aan de medewerkers . Koos u voor één profiel voor uw organisatie voor verzendingen met de Documentendienst, of voor meerdere profielen? Afhankelijk van deze keuze kan uw lokaal beheerder aan de medewerkers van uw organisatie het juiste profiel of de juiste profielen toekennen om de Documentendienst te kunnen gebruiken.Gebruikers die meerdere rollen vervullen, dienen bij gebruik van MAGDA Online steeds het juiste profiel te selecteren. Nadien: Verdere ondersteuning . Hebt u bij het gebruik van de Documentendienst vragen, problemen of suggesties? Neem dan eerst een kijkje op de helppagina’s. Is het antwoord op uw vraag daar niet te vinden, neem dan gerust contact op met onze service desk. Nadien: Ontvang de factuur van Digitaal Vlaanderen . Na oplevering van de aansluiting door Digitaal Vlaanderen zal u een factuur ontvangen via het in het aanvraagformulier opgegeven e-mailadres.

Voorbeeldtoepassingen van DHMV II . Hoogtemodellering gebouwen VlaanderenZonnepotentieel en zonnekaart VlaanderenNiet-invasieve landschapsarcheologie van de Groote OorlogEen interdisciplinair team van de Universiteit Gent maakt gebruik van de hoogte-informatie uit het DHMV II om bovengronds bewaarde sporen uit de Eerste Wereldoorlog in kaart te brengen. Hierbij komt ongeziene en zeer gedetailleerde informatie naar boven. Uit het hoogtemodel blijkt heel duidelijk dat in de microtopografie nog ontzettend veel sporen van de Eerste Wereldoorlog bewaard zijn. Veel beboste percelen zijn 100 jaar lang grotendeels onaangeroerd gebleven. Nadat de vegetatie uit de LiDAR brondata is gefilterd, duiken tal van sporen op. Ook op weidegronden, die in tegenstelling tot akkers niet of weinig bewerkt en genivelleerd zijn, zijn er veel meer restanten bewaard dan op het eerste zicht te verwachten is. Binnen het project is het DHMV II van enorme waarde en zal volledig geïntegreerd worden met alle andere onderzoeksgegevens waaronder luchtfoto’s en geofysische bodeminformatie. Voor meer informatie over dit project kan je terecht op www.wo1.ugent.be . Voorbeeldtoepassingen van DHMV I . Een voorbeeld van een mogelijke toepassing van de LIDAR-hoogtepunten – brondata is het Eindrapport fase 1 van de studie Mens en landschap in het Dijlebekken (Vanmontfort B., Van Hove D., Verstraeten G., Van Rompaey A., De Man J. & Van Peer P. 2004; Mens en landschap in het Dijlebekken, Eindrapport fase 1, Studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Gewest, Afdeling Monumenten & Landschappen). > Mens en landschap in het Dijlebekken Een tweede voorbeeld is het onderzoek dat werd uitgevoerd in verband met het opstellen van een archeologisch beschermingsdossier voor het plateau van Caestert nabij de plaats Kanne in de gemeente Riemst, waarbij het DHM Vlaanderen basisbestand en de LIDAR-hoogtepunten - brondata zijn gebruikt. Dit plateau, spectaculair gelegen op een hoge landtong tussen de Maas in het oosten en het Albertkanaal in het westen is archeologisch vooral bekend vanwege de aanwezigheid van een grote hoogteversterking uit de Late IJzertijd en Romeinse tijd. (Verhoeven, M.P.F. 2008; Studieopdracht naar een archeologische evaluatie van het plateau van Caestert (Riemst, provincie Limburg), onuitgegeven rapport, RO-Vlaanderen). > Studieopdracht naar een archeologische evaluatie van het plateau van Caestert