Opmerking: dit standpunt geldt voor overeenkomsten vanaf 01/01/2023

Voor de toepassing van het verlaagd tarief van artikel 2.9.4.2.15 VCF komen volgende onbebouwde onroerende goederen in aanmerking:

• goederen die stedenbouwkundig uitsluitend en volledig bestemd zijn voor landbouw (het begrip “bestemd voor landbouw” wordt gebruikt voor onroerende goederen in een gewestplan, algemeen of bijzonder plan van aanleg, enz. gelegen zijn);

OF

• goederen die uitsluitend of volledig gelegen zijn in een categorie of subcategorie van de gebiedsaanduiding landbouw (het begrip gebiedsaanduiding wordt gebruikt in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) waaronder valt agrarisch gebied, agrarische bedrijvenzone en bouwvrij agrarisch gebied) én in de bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009 waarbij een onderzoek per regio noodzakelijk is.

Indien het onroerend goed valt onder één van deze categorieën zal het verlaagd tarief worden toegepast. De grondkleur op het gewestplan is niet bepalend.

Percelen waarop stedenbouwkundig enige andere bestemming dan landbouw mogelijk is of die in een andere gebiedsaanduiding dan landbouw liggen, worden uitgesloten van het tarief van 10%.

Voor percelen die deels bestemd zijn voor landbouw of in een gebiedsaanduiding, dan wel subcategorie van deze gebiedsaanduiding liggen en deels een andere stedenbouwkundige bestemming hebben of deels in andere gebiedsaanduiding dan wel subcategorie van deze gebiedsaanduiding liggen, kan na opsplitsing van het kadastraal perceel (prekadastratie) het verlaagd tarief van 10% wel toegepast worden voor het opgesplitste deel dat uitsluitend en volledig bestemd is voor landbouw. Er is geen opsplitsing mogelijk op basis van artikel 2.9.7.0.5 VCF.

Voor de kwalificatie “onbebouwd” wordt verwezen naar artikel 1.1.0.0.2, 12^de lid, 5° VCF: gebouwen en de grond waarop deze gebouwen zich bevinden worden uitgesloten van het toepassingsgebied.