Overslaan en naar de inhoud gaan

Tips voor lokale besturen

Jongeren met een goede band met hun lokale bestuur blijken minder regulitis te ervaren dan andere. Vertrouwen is daarbij van cruciaal belang… en dat moet van twee kanten komen. Concrete regels en procedures kunnen houvast bieden, maar mogen niet als een dwangbuis aanvoelen. Daarom is het belangrijk dat beleidsmakers en jongeren in dialoog gaan: zo vergroot het draagvlak om regels en administratieve verplichtingen te respecteren. Met welke concrete stappen kunnen lokale besturen regulitis bij jongeren aanpakken? 

Frame 1 blauw

1. Focus op vereenvoudiging en digitalisering

Welke (nieuwe) regelgeving bestaat er? Is het nodig om jongeren ermee lastig te vallen? Hoe houden we de regelgeving zo eenvoudig mogelijk? Wat moet je echt weten of vragen? Ga op zoek naar een gezonde balans tussen verantwoording vragen en vertrouwen geven.

Let op:

  • Door met jonge vrijwilligers en jeugdorganisaties in dialoog te gaan, zorg je ervoor dat beslissingen van onderuit gedragen worden. Je vraagt dan wel een extra engagement, en dat heeft tijd nodig. Denk er goed over na hoe je de stem van jongeren kan laten horen, en wie die het best vertolkt. Dat kan bijvoorbeeld de jeugdambtenaar zijn.
  • Persoonlijke ondersteuning blijft belangrijk. Komt er op een overheidsdienst tijd vrij dankzij een vereenvoudigde subsidieaanvraag? Gebruik die tijd om jongeren extra ondersteuning te bieden.
  • Wanneer kan een organisatie antwoord verwachten? Waarom wordt een aanvraag niet goedgekeurd? Houd administratieve procedures transparant.

 

Enkele tips:

  • Kies voor 1 vereenvoudigd subsidiereglement dat ontdaan is van overbodige zaken.

In het nieuwe subsidiereglement van Puurs-Sint-Amands is er een basissubsidie afhankelijk van het ledenaantal van een jeugdvereniging. Extra subsidies kunnen verkregen worden via een puntensysteem. Zo kunnen punten verdiend worden dankzij buurtgerelateerde activiteiten, het aantal begeleiders met een attest van een animatorcursus …

  • Geef je een jeugdorganisatie een referentiebedrag op basis van eerdere werkingstoelagen, dan hoeft ze niet allerlei bewijsstukken in te dienen om een basistoelage te ontvangen.

In Oostkamp werd de werkingstoelage voor verenigingen veranderd in ‘engagementsverklaring’. Daarin staat vertrouwen centraal. Naast de basistoelage is er een engagementstoelage die verbonden is met thema’s die door de gemeente gekozen zijn, zoals fair trade en korte keten. Voordien werd de werkingstoelage berekend op basis van ingeleverde bewijsstukken.

  • Maak je de aanvraag voor een evenement volledig digitaal, dan kan een nieuwe aanvraag sneller en eenvoudiger gebeuren op basis van de historiek van de digitale tool.

Frame 2 blauw

2. Zet in op toegankelijkheid

Hoe ziet de leefwereld van jongeren eruit? Houd bij de regelgeving en de administratieve procedures rekening met hun perspectief. Bied toegankelijke en persoonlijke ondersteuning, en vergeet daarbij niet de diensten die niet enkel bedoeld zijn voor de jeugd.

  • Een gemeentelijke uitleendienst die enkel tijdens de schooluren open is, houdt weinig rekening met de leefwereld van jongeren. Ook de verplichting om lang op voorhand materiaal aan te vragen, kan een drempel zijn.
  • Een jeugddienst in een jeugdcentrum is veel toegankelijker dan wanneer die gevestigd is in een administratief centrum waar je je moet aanmelden.

JC Tranzit in Kortrijk is tegelijkertijd jeugddienst en jeugdcentrum. De kloof tussen professionele jeugdwerkers en jongeren die initiatieven willen nemen, werd er veel kleiner. De input van jongeren stroomt er sneller door naar het beleidsniveau.

Frame 3  blauw

3. Werk sterk(er) samen met andere beleidsniveaus

Stromen signalen van jongeren vlot door naar verschillende beleidsniveaus, dan kun je oplossingen aanreiken voor problemen die mogelijk niet (enkel) op lokaal niveau kunnen worden aangepakt. Een vlotte samenwerking op het bestuurlijke niveau en het niveau van de jeugdsector is dus wenselijk. 

Frame 4 blauw

4. Denk ook aan de niet-georganiseerde jeugd

Heel wat lokale overheden zijn erg sterk in het ondersteunen van het reguliere jeugdwerk. Tegelijk bereiken ze vaak amper de niet-georganiseerde jeugd en jongeren met een specifieke kwetsbaarheid. Het zijn net die jongeren die de hoogste drempels ervaren en het minst goed weten hoe ze met regulitis kunnen omgaan. Nieuwkomers die een vrijwillig engagement aangaan, ondervinden vaak problemen omdat ze geen identiteitskaart of bankrekeningnummer hebben. Digitale tools (denk maar aan itsme of een eID-kaartlezer) zijn vaak nodig om je als vrijwilliger te registreren op een online platform. Deze drempels kunnen een sterke rem zijn op hun engagement.

Hoe bereik je als lokale overheid een diverser publiek?

  • Zorg voor specifieke subsidiekanalen ter ondersteuning van jongeren die zich buiten het reguliere jeugdwerk willen engageren. Blijf dit echter combineren met persoonlijke begeleiding.
  • Ga samenwerkingsverbanden aan met belangenorganisaties die werken aan de inclusie van specifieke doelgroepen.

Refu Interim vzw wil via leerervaringen en netwerkverbreding de sociale en professionele zelfredzaamheid van nieuwkomers versterken. Vrijwilligers zijn daarbij de hefboom. Diversiteit wordt gezien als ‘een opportuniteit die vorm krijgt tijdens ontmoetingen met zoveel mogelijk spelers’.

  • Durf kritisch kijken naar het eigen jeugd- en vrijwilligersbeleid. Onderzoek of regelgeving en administratieve verplichtingen uitsluiting in de hand werken. Is er in jouw gemeente of stad ruimte voor experimenteel jeugdwerk of voor losse initiatieven van geëngageerde jongeren? Is het voor jongeren met een bepaalde kwetsbaarheid (een fysieke beperking, anderstaligheid...) mogelijk om een vrijwillig engagement aan te gaan?

BENIEUWD NAAR het volledige onderzoeksrapport?

Download de publicatie