Het zoneringsplan geeft tot op huisniveau weer wat de maatregelen zijn die burger en gemeente moeten treffen voor de behandeling van huishoudelijk afvalwater. Hiervoor deelt het zoneringsplan het grondgebied van de gemeente op in het reeds gerioleerde gebied, het gebied waar nog een collectieve zuivering zal worden voorzien en het gebied waar geen collectieve, maar een individuele zuivering zal worden voorzien.
De lozingsvoorwaarden huishoudelijk afvalwater zijn opgenomen in Vlarem titel II en zijn verschillend naargelang de zone waarin de lozing van huishoudelijk afvalwater kan ondergebracht worden.
Deze laag geeft de afbakening van het centraal gebied – woonkernen binnen de zoneringsplannen. Centraal gebied betekent dat er al geruime tijd riolering aanwezig is en die is aangesloten op een waterzuivering.
Filter
1461 resultaten
Milieu
- WMS
- Aslijnen van de wegen in de Atlas der Buurtwegen waar een wijzigingsdossier van toepassing is. De gegevens bevatten de wijzigingen tot 31 augustus 2019. Dossiers vanaf 1 september 2019 vallen onder de bevoegdheid van de steden en gemeenten.WMSWFS
- De huishoudens verbruiken voor hun dagelijkse activiteiten belangrijke hoeveelheden water. Dit is vooral leidingwater, ook wel ‘kraanwater’ genoemd, maar ook hemelwater en grondwater.CSV
- Naast de neerslag wordt de waterbeschikbaarheid voor mensen, dieren en planten ook bepaald door de evapotranspiratie. Die evapotranspiratie is een verzamelterm voor de waterafgifte door de bodem en de vegetatie aan de atmosfeer. Dit omvat alle neerslag die rechtstreeks in de atmosfeer komt door verdamping of onrechtstreeks via ecosystemen. De ‘potentiële evapotranspiratie' of PET wordt uitgedrukt in mm neerslag per jaar. Dit is de maximaal mogelijke evapotranspiratie die optreedt indien er steeds voldoende water beschikbaar zou zijn aan de oppervlakte of in de bodem. Indien dit laatste niet het geval is, zoals tijdens droge zomerperiodes, is de werkelijk optredende evapotranspiratie lager dan de potentiële. Toch beschrijft deze indicator de potentiële en niet de werkelijke evapotranspiratie omdat deze laatste erg moeilijk te kwantificeren is. Redenen daarvoor zijn dat de evapotranspiratie sterk gebiedsafhankelijk is en functie is van de waterbeschikbaarheid aan de oppervlakte en in de bodem. Een bosgebied of een sterk verstedelijkt gebied hebben daardoor een sterk verschillende evapotranspiratie.CSV
- De relatie tussen temperatuur en sterfte is U-vormig: de mortaliteit neemt toe bij temperaturen die ver boven of onder de optimale temperatuur liggen. Dat optimum is trouwens locatiespecifiek: de bevolking van Zuid-Europese landen is beter bestand tegen hoge temperaturen dan inwoners van onze regio.Hogere temperaturen verhogen vooral de sterfte bij bejaarden, bij mensen met hart- en vaatziekten en ademhalingsproblemen, en bij kinderen jonger dan 4 jaar. De impact van hitteperiodes is vaak minder zichtbaar dan de schade door bijvoorbeeld overstromingen of orkanen. Nochtans blijkt de blootstelling aan hitte toch beduidend meer slachtoffers te maken: vergelijk bijvoorbeeld de 1 500 slachtoffers van orkaan Katrina van 2005 in de VS met de ruim 70 000 slachtoffers van de Europese hittegolf in de zomer van 2003.Deze indicator gaat daarom na tot welke oversterfte hittegolven leiden in België, en is gebaseerd op analyses uitgevoerd door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid. Een hittegolf is hierbij gedefinieerd als een periode van minstens vijf dagen waarin de maximale dagtemperatuur te Ukkel 25 °C of meer bedraagt (zomerdagen), en waarin bovendien drie dagen lang de temperatuur er boven de 30 °C stijgt (tropische dagen). En ook andere gezondheidseffecten van hittegolven komen aan bod.CSVPNG
- Overzicht van het aandeel van de sectoren in de verzurende emissie in Vlaanderen.CSV
- PM2,5-stofdeeltjes zijn kleiner dan 2,5 µm (= 0,025 mm). Er is een grote verscheidenheid in de deeltjes naar grootte en samenstelling. Stofdeeltjes worden ofwel rechtstreeks uitgestoten (primair stof) ofwel ontstaan ze in de atmosfeer (secundair stof).CSVHTML
- fijn stof is schadelijk voor de gezondheid; dit geldt zowel voor PM10 als voor PM2,5CSVPNG
- De kwaliteit van het zwemwater bepaalt het risico voor de gezondheid. In 2012 werd de zwemwaterkwaliteit voor het eerst gerapporteerd volgens de criteria van de nieuwe zwemwaterrichtlijn (2006/7/EG). Deze richtlijn voorziet een indeling van de zwemwaters in vier kwaliteitsklassen op basis van de bacteriologische resultaten van de afgelopen vier badseizoenen, namelijk ‘uitstekend', ‘goed', ‘aanvaardbaar' of ‘slecht'. Deze geven de gemiddelde zwemwaterkwaliteit weer over de vier voorbije badseizoenen. Deze indicator slaat enkel op de bemonsterde binnenwateren en niet op het strandwater aan de kust.CSVPNG
- De zuiveringsgraad is het theoretische percentage van de inwoners waarvan het afvalwater, na transport via het riolerings- en collecteringsnetwerk, effectief gezuiverd wordt in een openbare rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI).De aansluitingsgraad RWZI geeft het percentage van de inwoners waarvan het afvalwater gezuiverd wordt op een RWZI ten opzichte van het totaal aantal inwoners dat volgens de zoneringsplannen voorzien is om aangesloten te worden op een RWZI.CSVPNG
- Huishoudens, industrie, energie en landbouw verbruiken belangrijke hoeveelheden water. Het verbruik van water voor menselijke activiteiten oefent een aanzienlijke druk uit op de grond- en oppervlaktewatervoorraden en kan leiden tot een daling van de watervoorraad en van de kwaliteit van het beschikbare water voor mens en natuur.Om dubbeltellingen te vermijden, zit het water gebruikt voor de productie van leidingwater niet in deze cijfers.CSV
- Drinkwater kan zowel uit grond- als oppervlaktewater geproduceerd worden. Het water waaruit drinkwater gewonnen wordt, wordt “ruwwater” genoemd. Deze indicator geeft aan hoeveel ruwwater de drinkwatermaatschappijen in Vlaanderen gebruiken, voornamelijk om er drinkwater van te maken (een klein deel wordt ook verkocht als ruwwater of gaat verloren tijdens de productie) en wat daarbij de aandelen van grond- en oppervlaktewater zijn. Het drinkwater dat in Vlaanderen verbruikt wordt, wordt echter niet enkel in Vlaanderen zelf geproduceerd. Zo wordt drinkwater aangekocht in Wallonië, Nederland, Frankrijk … Ook verkopen de watermaatschappijen actief in Vlaanderen drinkwater voor gebruik buiten Vlaanderen. Om de impact van drinkwaterproductie op de waterhuishouding in Vlaanderen in beeld te brengen, wordt hier enkel rekening gehouden met het ruwwater dat in Vlaanderen zelf gewonnen wordt.CSV