Deze webservice ontsluit gegevens over werkzoekenden van de VDAB.
Filter
94 resultaten
Gezondheid
De geodatalaag ‘stadsdeelgroen’ bevat alle clusters van publiek toegankelijke groene ruimte met een minimale oppervlakte van 30ha.
Deze geodatalaag werd bekomen door het selectie van alle ‘groengebieden’ op basis van de landgebruikskaart (toestand 2019). Deze groengebieden werden algoritmisch geclusterd op basis van aaneengeslotenheid, waarbij ook fysieke barrières in rekening werden gebracht. Vervolgens werden enkel die groengebieden behouden die grenzen aan een te voet toegankelijke openbare weg. Op basis hiervan werden vijf rasterlagen (resolutie 10x10m²) opgemaakt waarbij clusters werden geselecteerd per functieniveau op basis van een minimale oppervlakte: buurtgroen (>1ha); wijkgroen (>10ha); stadsdeelgroen (>30ha); stadsgroen (>60ha); stadsbos (>200ha). De geselecteerde clusters met een hoger functieniveau zijn dus steeds een deelverzameling van de geselecteerde clusters van een lager functieniveau. Opgelet, door de toegepaste methode bestaat het groentype ‘stadsbos’ niet enkel uit bos, maar uit verschillende types groene ruimte. Meer informatie is terug te vinden in dit achtergronddocument: https://archief-algemeen.omgeving.vlaanderen.be/xmlui/bitstream/handle/acd/768624/Groentypo_2019.pdf
De aanwezigheid van groen heeft een positief effect op een heel aantal verschillende aspecten die een kwalitatieve leefomgeving bepalen. Het gaat hierbij o.a. om een positief effect op de fysieke, mentale en sociale gezondheid, maar ook om biodiversiteit, klimaatbestendigheid, landschappelijke kwaliteit,… Een gangbaar Vlaams referentiekader (geïntroduceerd in MIRA-S 2000) om de beschikbaarheid van groene ruimte te beoordelen stelt dat elke inwoner toegang zou moeten hebben tot buurtgroen op maximaal 400m, wijkgroen op maximaal 800m, stadsdeelgroen op maximaal 1600m, stadsgroen op maximaal 3200m en stadsbos op maximaal 5000m.
Deze datalaag laat onder andere toe het aantal inwoners te berekenen in een bepaald gebied dat toegang heeft tot stadsdeelgroen rekening houdend met eerder vermelde maximale afstand.
GeoTiff
De geodatalaag ‘stadsgroen’ bevat alle clusters van publiek toegankelijke groene ruimte met een minimale oppervlakte van 60ha.
Deze geodatalaag werd bekomen door het selectie van alle ‘groengebieden’ op basis van de landgebruikskaart (toestand 2019). Deze groengebieden werden algoritmisch geclusterd op basis van aaneengeslotenheid, waarbij ook fysieke barrières in rekening werden gebracht. Vervolgens werden enkel die groengebieden behouden die grenzen aan een te voet toegankelijke openbare weg. Op basis hiervan werden vijf rasterlagen (resolutie 10x10m²) opgemaakt waarbij clusters werden geselecteerd per functieniveau op basis van een minimale oppervlakte: buurtgroen (>1ha); wijkgroen (>10ha); stadsdeelgroen (>30ha); stadsgroen (>60ha); stadsbos (>200ha). De geselecteerde clusters met een hoger functieniveau zijn dus steeds een deelverzameling van de geselecteerde clusters van een lager functieniveau. Opgelet, door de toegepaste methode bestaat het groentype ‘stadsbos’ niet enkel uit bos, maar uit verschillende types groene ruimte. Meer informatie is terug te vinden in dit achtergronddocument: https://archief-algemeen.omgeving.vlaanderen.be/xmlui/bitstream/handle/acd/768624/Groentypo_2019.pdf
De aanwezigheid van groen heeft een positief effect op een heel aantal verschillende aspecten die een kwalitatieve leefomgeving bepalen. Het gaat hierbij o.a. om een positief effect op de fysieke, mentale en sociale gezondheid, maar ook om biodiversiteit, klimaatbestendigheid, landschappelijke kwaliteit,… Een gangbaar Vlaams referentiekader (geïntroduceerd in MIRA-S 2000) om de beschikbaarheid van groene ruimte te beoordelen stelt dat elke inwoner toegang zou moeten hebben tot buurtgroen op maximaal 400m, wijkgroen op maximaal 800m, stadsdeelgroen op maximaal 1600m, stadsgroen op maximaal 3200m en stadsbos op maximaal 5000m.
Deze datalaag laat toe het aantal inwoners te berekenen in een bepaald gebied dat toegang heeft tot stadsgroen rekening houdend met eerder vermelde maximale afstand.
GeoTiff
Deze webservice maakt de handicapgegevens van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap beschikbaar voor de afnemers.
De service PubliceerMutatieAttestArbeidsongeval 02.00 stelt gegevens ter beschikking met betrekking tot de periodes van inactiviteit of toegelaten deeltijdse werkhervatting ingeval van een arbeidsongeval.
De service PubliceerMutatieAttestBeroepsziekte 02.00 stelt gegevens ter beschikking met betrekking tot de periodes van inactiviteit ingeval van beroepsziekte.
De geodatalaag ‘wijkgroen’ bevat alle clusters van publiek toegankelijke groene ruimte met een minimale oppervlakte van 10ha.
Deze geodatalaag werd bekomen door de selectie van alle ‘groengebieden’ op basis van de landgebruikskaart (toestand 2019). Deze groengebieden werden algoritmisch geclusterd op basis van aaneengeslotenheid, waarbij ook fysieke barrières in rekening werden gebracht. Vervolgens werden enkel die groengebieden behouden die grenzen aan een te voet toegankelijke openbare weg. Op basis hiervan werden vijf rasterlagen (resolutie 10x10m²) opgemaakt waarbij clusters werden geselecteerd per functieniveau op basis van een minimale oppervlakte: buurtgroen (>1ha); wijkgroen (>10ha); stadsdeelgroen (>30ha); stadsgroen (>60ha); stadsbos (>200ha). De geselecteerde clusters met een hoger functieniveau zijn dus steeds een deelverzameling van de geselecteerde clusters van een lager functieniveau. Opgelet, door de toegepaste methode bestaat het groentype ‘stadsbos’ niet enkel uit bos, maar uit verschillende types groene ruimte. Meer informatie is terug te vinden in dit achtergronddocument: https://archief-algemeen.omgeving.vlaanderen.be/xmlui/bitstream/handle/acd/768624/Groentypo_2019.pdf
De aanwezigheid van groen heeft een positief effect op een heel aantal verschillende aspecten die een kwalitatieve leefomgeving bepalen. Het gaat hierbij o.a. om een positief effect op de fysieke, mentale en sociale gezondheid, maar ook om biodiversiteit, klimaatbestendigheid, landschappelijke kwaliteit,… Een gangbaar Vlaams referentiekader (geïntroduceerd in MIRA-S 2000) om de beschikbaarheid van groene ruimte te beoordelen stelt dat elke inwoner toegang zou moeten hebben tot buurtgroen op maximaal 400m, wijkgroen op maximaal 800m, stadsdeelgroen op maximaal 1600m, stadsgroen op maximaal 3200m en stadsbos op maximaal 5000m.
Deze datalaag laat onder andere toe het aantal inwoners te berekenen in een bepaald gebied dat toegang heeft tot wijkgroen rekening houdend met eerder vermelde maximale afstand.
GeoTiff
Het doel van deze publicatie is het beschikbaar stellen van gegevens rond de periodes van tijdelijke werkloosheid (staking, economische redenen, slecht weer).
Gestandaardiseerd aantal overlijdens aan darmkanker bij mannen per 100.000 inwoners, zorgregio subniveau 2, Vlaanderen, periode 2003-2012. Voor deze doodsoorzakengroep darmkanker met ICD-10-codes C18-C21 (sterfte door kanker colon, rectum of anus), werd een analyse gemaakt voor de periode 2003-2012. Het gaat om het gemiddeld aantal inwoners in de regio gedurende de periode 2003-2012. Alle cijfers hebben uitsluitend betrekking op inwoners van het Vlaams Gewest. Buitenlanders en inwoners van het Waals Gewest of het Brussels Hoofdstedelijk Gewest die overleden in het Vlaams Gewest zijn dus niet meegeteld. Zij komen ook niet in de populatienoemers voor. Gemiddeld jaarlijks aantal overlijdens in de regio voor de geselecteerde doodsoorzaak voor de periode 2003-2012. Het gaat hier om directe standaardisatie en deze wordt uitgedrukt als "aantal overlijdens per 100.000 personen van een standaardbevolking". Deze methode wordt in deze kaarten (ganse sterfteatlas) en bij vergelijkingen tussen Vlaanderen en Europa gebruikt. De legende is opgebouwd als volgt: het middelpunt van elk interval (groepsgrenzen) is 10% lager dan de volgende groep, en 10% hoger dan de vorige groep.https://www.zorg-en-gezondheid.be/aantal-overlijdens-per-regio-2014Definitie zorgregio subniveau 2: Een zorgregio is een geografisch omschreven gebied. Met het oog op het stimuleren en organiseren van de samenwerking tussen gezondheidsvoorzieningen en welzijnsvoorzieningen en het bepalen van de programmatie, verdeelt de Vlaamse Regering het Vlaamse Gewest in zorgregio's. Hierbij houdt ze rekening met bestaande samenwerkingsverbanden en hun specifieke kenmerken en worden de provinciegrenzen gerespecteerd. De Vlaamse regering heeft hierbij ook oog voor de bereikbaarheid en toegankelijkheid van de gezondheidsvoorzieningen of welzijnsvoorzieningen voor de gebruiker. Er zijn verschillende hiërarchische niveaus van afbakening. Zorgregiolayer Subniveau 2 deelt het gebied het Vlaamse Gewest op in 111 gebieden. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kan in bepaalde gevallen, wanneer de Vlaamse overheid bevoegdheid heeft in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, als extra gebied worden opgenomen.
Deze webservice biedt de mogelijkheid aan de openbare instellingen en aan verschillende gemachtigde organisaties om de informatie met betrekking tot onder meer de aanvragen en erkenningen wegens handicap die door de verschillende authentieke bronnen worden beheerd, te raadplegen.
Dekkingsgraad (percentage deelname) van het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker per gemeente (2014). Het gaat om het aantal screeningen binnen en buiten het bevolkingsonderzoek dwz dat ook vrouwen die zich buiten het onderzoek lieten screenen, zijn meegeteld.De teller telt steeds de screeningen van het bepaalde jaar + screeningen van de 2 voorgaande jaren voor vrouwen tussen 25 en 64 jaar. De noemer zijn alle vrouwen tussen de leeftijd 25 en 64 jaar (volledige doelgroep Heracles). Meer uitleg over teller en noemer vindt u in het jaarrapport p.98 en p.104.http://bevolkingsonderzoek.incijfers.be/ Jaarrapport 2015: https://www.bevolkingsonderzoek.be/media_processed/files/Jaarrapport2015_DEF(met%20linken).pdf https://www.zorg-en-gezondheid.be/spreiding-cijfers-bevolkingsonderzoeken-naar-borstkanker-baarmoederhalskanker-en-dikkedarmkanker
De webservice GeefLeefloonbedragen 2.0 laat toe om de perioden en de bedragen die uitgekeerd worden in het kader van het leefloon te raadplegen.