Er wordt steeds meer ruimte bebouwd en verhard in Vlaanderen waardoor er minder ruimte vrij blijft om het water tijdelijk op te vangen bij hevige regenbuien. Om Vlaanderen beter te beschermen, wil de Vlaamse Regering het waterbergend vermogen van bepaalde watergevoelige gebieden vrijwaren en voldoende ruimte voorzien voor water. De Vlaamse Regering wil deze gebieden herbestemmen naar een openruimtefunctie via een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) of door aanduiding als watergevoelig openruimtegebied. Op 19 juli 2024 heeft de Vlaamse Regering ruim 710 ha verspreid over 139 watergevoelige openruimtegebieden (WORG) aangeduid. Binnen deze gebieden worden enkel nog openruimtefuncties toegestaan zoals landbouw, natuur en bos.
Filter
338 resultaten
MercatorNet
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. De methode werd gedeeltelijk bijgesteld t.o.v. eerder gepubliceerde versies van deze geodatalaag. Deze geodatalaag werd daarom in 2024 vervangen door een herwerkte versie voor toestand 2013, om conform te blijven met de bijgestelde methode die gehanteerd werd bij de opmaak van toestand 2022. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. De methode werd gedeeltelijk bijgesteld t.o.v. eerder gepubliceerde versies van deze geodatalaag. Deze geodatalaag werd daarom in 2024 vervangen door een herwerkte versie voor toestand 2013, om conform te blijven met de bijgestelde methode die gehanteerd werd bij de opmaak van toestand 2022. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. De methode werd gedeeltelijk bijgesteld t.o.v. eerder gepubliceerde versies van deze geodatalaag. Deze geodatalaag werd daarom in 2024 vervangen door een herwerkte versie voor toestand 2013, om conform te blijven met de bijgestelde methode die gehanteerd werd bij de opmaak van toestand 2022. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- Deze kaart geeft een typologische indeling van de bebouwing in Vlaanderen weer, waarbij deze wordt opgedeeld in kernen, linten en verspreide bebouwing. Bij deze indeling wordt maximaal uitgegaan van een morfologische benadering. Dit staat in contrast met een beleidsmatige afbakening, zoals bijvoorbeeld de juridisch vastgestelde gebiedsafbakeningen via ruimtelijke uitvoeringsplannen, of een afbakening die in belangrijke mate rekening houdt met het activiteitenniveau, zoals bijvoorbeeld de indeling in stedelijke, randstedelijke en landelijke gebieden. Deze indeling gebeurt volautomatisch aan de hand van een speciaal hiervoor ontwikkeld algoritme op basis van een aantal ruimtelijke variabelen. Er werd daarbij voortgebouwd op de methodiek ontwikkeld in vroegere studies die getracht hebben de lintbebouwing en kernbebouwing in detail in kaart te brengen. Het gebruikte algoritme werd bijgesteld tijdens interactieve werksessies met experten van VITO en het departement Omgeving. Als resultaat werden de volgende geodatalagen aangemaakt: een polygonenlaag met de kernen als aaneengesloten bebouwde zones met een totale omvang van minimum 5ha en waarbinnen in totaal minimum 20 gezinnen wonen, en met een voldoende hoge dichtheid aan gebouwen (aantal > 30 gebouwen binnen een straal van 100m), of een voldoende hoge oppervlakte (footprint > 9500m² binnen een straal van 100m) aan gebouwen of een voldoende hoge dichtheid aan huishoudens (aantal > 60 huishoudens binnen een straal van 100m) een lijnenlaag met linten bestaande uit straten, gelegen buiten de kern, die voor minimaal 200m aaneengesloten bebouwd zijn of waarvan minimum 80% van de totale straatlengte bebouwd is een polygonenlaag met verspreide gebouwen, zijnde gebouwen die niet in de kern liggen of niet tot linten behoren een polygonenlaag met gebieden die buiten de analyse werden gelaten, dit zijn alle militaire domeinen, alle monofunctionele bedrijventerreinen groter dan 3ha, en alle campings en vakantiedomeinen Al deze geodatalagen worden weergegeven op deze kaart. Als databron van de gebouwen en de administratieve percelen werd gebruik gemaakt van het grootschalig referentiebestand (GRB). Voor de wegen werd gebruik gemaakt van het Wegenregister. Voor het ruimtebeslag werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. Voor de huishoudensdichtheid binnen de kernen werd gebruik gemaakt van de gelijknamige indicator gepubliceerd door departement Omgeving. De militaire domeinen zijn diegene die juridisch vastgesteld zijn via de gewestplannen. De bedrijventerreinen zijn gebaseerd op het GIS-bedrijventerreinen van het Vlaams Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). De campings en vakantiedomeinen zijn afkomstig uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en de RuiTeR-databank van Toerisme Vlaanderen. De methode werd gedeeltelijk bijgesteld t.o.v. eerder gepubliceerde versies van deze geodatalaag. Deze geodatalaag werd daarom in 2024 vervangen door een herwerkte versie voor toestand 2013, om conform te blijven met de bijgestelde methode die gehanteerd werd bij de opmaak van toestand 2022. Meer details over de gehanteerde methode voor deze typologische indeling vind je in het technisch rapport: Tomas Crols, Lien Poelmans, Lorenz Hambsch, Stijn Vanacker, Peter Willems, Ann Pisman, Karolien Vermeiren en Joris Pieters (2024), Kernen, linten, verspreide bebouwing in Vlaanderen, toestand 2013-2016-2019-2022. Morfologische indeling van bebouwing in Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van het Vlaams Planbureau voor Omgeving. https://archief.onderzoek.omgeving.vlaanderen.be/OMG_RefVITO_2024_KLV_v3.2ShapeFile
- In het kader van de Energie Efficiëntie Richtlijn en de Hernieuwbare Energie Richtlijn dienden de EU-lidstaten tegen einde juni 2024 nationale cijfers en plannen te rapporteren rond warmte en koude. Dit past in de strategie van de Europese energie unie om tegen 2050 koolstofneutraliteit te bereik. De voornaamste producten zijn kaarten voor het grondgebied Vlaanderen met de warmtevraag op niveau van de gemeenten en de statistische sectoren, kaarten van de bestaande en geplande warmtenetten en tenslotte ook locaties van potentiële leveringspunten van warmte. De studie werd uitgevoerd door het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap. Het bijhorende rapport kan u hier raadplegen: https://www.vlaanderen.be/bouwen-wonen-en-energie/groene-energie/warmtekaart.GeoPackage
- In het kader van de Energie Efficiëntie Richtlijn en de Hernieuwbare Energie Richtlijn dienden de EU-lidstaten tegen einde juni 2024 nationale cijfers en plannen te rapporteren rond warmte en koude. Dit past in de strategie van de Europese energie unie om tegen 2050 koolstofneutraliteit te bereik. De voornaamste producten zijn kaarten voor het grondgebied Vlaanderen met de warmtevraag op niveau van de gemeenten en de statistische sectoren, kaarten van de bestaande en geplande warmtenetten en tenslotte ook locaties van potentiële leveringspunten van warmte. De studie werd uitgevoerd door het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap. Het bijhorende rapport kan u hier raadplegen: https://www.vlaanderen.be/bouwen-wonen-en-energie/groene-energie/warmtekaart. Voor de update van de gedetailleerde warmtevraag binnen Vlaanderen zijn de data van verbruiksjaar 2020 of 2021 niet representatief, dit omwille van de corona- crisis (lagere mobiliteit, lagere industriële activiteit) en de energiecrisis met grote impact op de energievraag. Daarom is de globale analyse opnieuw uitgevoerd op basis van de vraagcijfers 2019 en werden de verbruiksgegevens van 2022 niet opnieuw opgevraagd bij Fluvius.Om toch een indicatie te geven van de evolutie van de warmtevraag, werd ervoor gekozen om een ‘Vlaamse herschalingscoëfficiënt’ te berekenen. Deze coëfficiënt vergelijkt de totale nuttige warmte in Vlaanderen (die eerder beschreven werd in hoofdstuk 2) tussen de gegevensjaren 2022 en 2019. De herschalingscoëfficient is 0.915. Deze datalaag is het resultaat van een herschaling van de gemeentelijke warmtevraagdichtheidkaart uit 2019 met de genoemde herschalingscoëfficient, waarbij rekening werd gehouden met de gemeentefusies die gebeurden tussen 2019 en 2022.GeoPackage
- In het kader van de Energie Efficiëntie Richtlijn en de Hernieuwbare Energie Richtlijn dienden de EU-lidstaten tegen einde juni 2024 nationale cijfers en plannen te rapporteren rond warmte en koude. Dit past in de strategie van de Europese energie unie om tegen 2050 koolstofneutraliteit te bereik. De voornaamste producten zijn kaarten voor het grondgebied Vlaanderen met de warmtevraag op niveau van de gemeenten en de statistische sectoren, kaarten van de bestaande en geplande warmtenetten en tenslotte ook locaties van potentiële leveringspunten van warmte. De studie werd uitgevoerd door het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap. Het bijhorende rapport kan u hier raadplegen: https://www.vlaanderen.be/bouwen-wonen-en-energie/groene-energie/warmtekaart. Deze kaart biedt een overzicht van de actieve elektriciteitscentrales in Vlaanderen in 2022, ingedeeld in 5 klassen op basis van hun elektrisch vermogen. Het gaat om centrales die momenteel elektriciteit produceren maar niet als WKK operationeel zijn. In theorie kunnen deze omgebouwd worden naar WKK modus en restwarmte leveren. Voor meer achtergrondinformatie wordt verwezen naar het rapport van de Warmtekaart.GeoPackage