Gedaan met laden. U bevindt zich op: De middelentoets Inschrijven

De middelentoets

Wat is de middelentoets

De middelentoets is een nieuwe inschrijvings- en toelatingsvoorwaarde, die geldt voor nieuwe (potentiële) kandidaat-huurders vanaf 1 januari 2024. Zittende huurders moeten niet aan deze voorwaarde voldoen, ook niet als ze verhuizen naar een andere sociale woning. Wie op 1 januari 2024 al ingeschreven is als kandidaat-huurder, moet u wel toetsen bij de toewijzing van een sociale woning.

Naast het inkomen zal u ook het vermogen van een (potentiële) kandidaat-huurder moeten toetsen, namelijk de positieve saldi op spaar-, betaal-, termijn- en effectenrekeningen. Deze mogen een bepaalde grens niet overschrijden. Deze grens komt overeen met de bestaande inkomensgrens, het gaat om dezelfde bedragen die u op dezelfde wijze berekent als bij de bestaande inkomensgrens.

Het gaat om de volgende bovengrenzen:

Inkomensgrenzen (cfr. art. 6.13 BVCW 2021)BVCWGeïndexeerd (2024)
Alleenstaande zonder persoon ten laste€20.244€29.515
Alleenstaande met handicap€21.940€31.987

In alle andere gevallen

=> + verhoging per persoon ten laste

€ 30.365

=> + €1.697

€44.270

=> + €2.475

Welke middelen

De middelen die u moet toetsen zijn de middelen waarover de (potentiële) kandidaat-huurder kan beschikken. De (P)KH moet effectief rekeninghouder of mede-rekeninghouder zijn van de rekeningen. Als hij alleen een volmacht heeft op een rekening, wordt het saldo van die rekening niet meegerekend.

Ook moet de (P)KH gemachtigd zijn om de tegoeden te beheren, al dan niet met ondersteuning van een bewindvoerder, een dienst budgetbegeleiding of budgetbeheerder.

Meer informatie over de verschillende soorten rekeningen die onder de middelentoets vallen vindt u op de website van FSMA. Hieronder vindt u de links naar de betrokken webpagina’s.

Enkele voorbeelden van rekeningen die al dan niet onder de middelentoets vallen, vindt u terug bij veelgestelde vragen.

Welke middelen niet

Enkele tegoeden moet u niet toetsen omdat die – buiten de wil van de (potentiële) kandidaat-huurder om – niet beschikbaar zijn.

Bij inschrijving

Bij inschrijving in het CIR zal de potentiële kandidaat-huurder op erewoord moeten verklaren dat het bedrag op zijn rekeningen onder of boven de grens ligt van de inkomenscategorie waartoe hij behoort. Het is mogelijk dat de potentiële kandidaat-huurder zich bij twijfel tot u als primaire verhuurder zal richten voor ondersteuning bij een correcte weergave van de beschikbare middelen.

Bij toewijzing

Bij toewijzing bewijst de kandidaat-huurder dat hij voldoet aan de toelatingsvoorwaarde door bewijsdocumenten voor te leggen met het saldo op de spaar-, betaal-, termijn- en effectenrekeningen waarvan hij rekeninghouder of mede-rekeninghouder is. De kandidaat doet dit met de beide onderstaande documenten:

  • Uittreksels van alle rekeningen waarvan hij rekeninghouder of mede-rekeninghouder is. Dit kan via een attest van zijn financiële instelling, de actuele stand van zaken van zijn beleggingsportefeuille of ieder ander bewijsmiddel. De kandidaat-huurder moet enkel het saldo voorleggen, de verrichtingen zelf op die rekeningen moet hij anonimiseren.
  • Een verklaring op eer waarin de kandidaat-huurder bevestigt dat hij u rekeninguittreksels bezorgde van alle spaar-, betaal-, termijn- en effectenrekeningen waarvan hij (mede-)rekeninghouder is.

De saldi waarvan de kandidaat-huurder het bewijs voorlegt (via uittreksels van de rekeningen), moeten dezelfde datum hebben als uw aanbodbrief voor de toewijzing van de woning aan deze kandidaat. Dat biedt het voordeel van een vaste datum en verhindert dat de kandidaat de toelatingsvoorwaarde omzeilt door bijvoorbeeld nog sommen over te schrijven tijdens de toewijzingsprocedure. Zie FAQ’s onderaan als het niet mogelijk is om uittreksels van exact dezelfde datum als de aanbodbrief te bezorgen.

Veelgestelde vragen

U vindt hieronder de antwoorden op enkele veelgestelde vragen rond de middelentoets.