Toezicht ter plaatse
Om de kwaliteit van de beroepskwalificerende trajecten te waarborgen voert een onafhankelijk team van toezichthouders het toezicht ter plaatse uit.
Elke erkenningsaanvraag voor een beroepskwalificerend opleidingstraject of EVC-traject wordt onderworpen aan een inhoudelijk kwaliteitsonderzoek.
Twee beoordelaars bezorgen een gezamenlijk advies aan de erkenningscommissie. De erkenningscommissie beslist op basis daarvan of het traject al dan niet wordt erkend. Bij erkenning kan de aanbieder het traject in praktijk brengen.
Zodra het traject in de praktijk wordt georganiseerd, wordt het toezicht ter plaatse opgestart om de kwaliteit van het beroepskwalificerend traject te beoordelen.
- De eerste keer wordt het toezicht ter plaatse georganiseerd binnen het jaar nadat een traject een eerste keer volledig werd doorlopen.
- Nadien vindt het toezicht ter plaatse ten minste om de zes jaar plaats.
Wie voert het toezicht ter plaatse uit
Het toezichtteam bestaat uit twee toezichthouders. Het team wordt samengesteld uit toezichthouders van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB), Vlaamse Sociale Inspectie – team kwaliteitstoezicht en de Vlaamse Onderwijsinspectie. Daarnaast kan een observator van VDAB of de Vlaamse Sociale Inspectie het toezicht bijwonen.
Eventueel neemt ook een externe deskundige deel aan het toezicht.
Waar wordt het toezicht ter plaatse georganiseerd
Het toezicht vindt plaats bij de aanbieder en op de locaties waar observaties van lesmomenten (in geval van een beroepskwalificerende opleiding) of assessments (in geval van een beroepskwalificerend EVC-assessment) mogelijk zijn.
Hoe verloopt het toezicht ter plaatse
Het toezicht ter plaatse gebeurt inhoudelijk volgens het gemeenschappelijk kwaliteitskader en doorloopt de volgende stappen.