Het zekeren van een lading betekent het vastmaken van een lading tijdens een transport waardoor die niet kantelt of schuift door normale invloeden tijdens het vervoeren, zoals remmen of uitwijken. Gezien het schuiven of verliezen van lading een groot risico voor de verkeersveiligheid vormt, bevat de wetgeving ook heel wat strikte regels over de manier waarop ladingen moeten gezekerd worden. Deze gaan zowel over geschiktheid van het voertuig om bepaalde ladingen te vervoeren als de eisen voor de bevestigingsmethoden en apparatuur voor diverse soorten ladingen. Daarnaast gebeuren er ook controles door de politiediensten en VLABEL.

Dit onderzoek brengt voor het eerst in Vlaanderen én Europa de problematiek van het niet correct zekeren van lading in kaart. Dat gebeurde aan de hand van een combinatie van literatuuronderzoek, data-analyse en een kleinschalige observatiestudie. De onderzoekers analyseerden bestaande gegevens, onder andere van de federale wegpolitie en VLABEL, en namen daarnaast interviews af op tien willekeurig gekozen locaties op het terrein. Van de vracht- en bestelwagenbestuurders die de wegpolitie uit het verkeer haalden, namen 143 bestuurders vrijwillig deel aan het interview. Het doel was om een eerste indicatie te krijgen van de problematiek rond ladingzekering.

Uit de nationale controleacties van de federale wegpolitie blijkt dat in 2024 44% van de gecontroleerde voertuigen in overtreding waren met ladingzekering. Opvallend is bovendien dat 33% van de bevraagde chauffeurs wist dat zij het afgelopen jaar minstens één keer reden met een lading die niet correct was gezekerd. 20% gaf toe occasioneel (minder dan één keer per maand) lading te voeren die niet correct gezekerd was. 14% gaf toe maandelijks of zelfs wekelijks of dagelijks met niet correct gezekerde lading rond te rijden. De controles richtten zich enerzijds op willekeurig geselecteerde voertuigen, maar vooral op wagens waarvan de lading volgens de inschatting van de politie mogelijk in overtreding was. Overtredingen komen ook vaker voor bij minder ervaren bestuurders en bij personen die de opleiding als onvoldoende ervaren.

Deze studie is een eerste verkenning van de problematiek in Vlaanderen en de beperkte steekproef laat niet toe om de resultaten te veralgemenen. Verder onderzoek blijft noodzakelijk. Toch kunnen enkele aanbevelingen opgesteld worden. De resultaten tonen in eerste instantie aan dat er in de hele keten kennis ontbreekt rond ladingzekering. Regelmatige bijscholing en bewustmaking van chauffeurs is essentieel om het probleem aan te pakken: chauffeurs overschatten vaak hun kennis, terwijl een correcte zekering een complexe en permanente vorming vereist. Maar het bewustzijn over ladingzekering mag niet beperkt blijven tot de bestuurders alleen. Iedereen die betrokken is bij het verpakken, verzenden, verladen en vervoeren van goederen, heeft een verantwoordelijkheid. Ook magazijniers en vorkheftruckchauffeurs moeten hun kennis regelmatig bijspijkeren, en bedrijven dienen voldoende middelen en tijd te voorzien. Tot slot moet ook verder ingezet worden op handhaving om het probleem aan te pakken. Dat kan onder meer door politiediensten en andere inspecteurs verder te trainen én door nog meer in te zetten op informatie-uitwisseling en gerichte controles. Alleen als de volledige keten meewerkt aan een correcte ladingzekering, wordt transport veiliger.

Download het volledige rapport: Impact van ladingzekering op de verkeersveiligheid in Vlaanderen​​​​​​​(PDF bestand opent in nieuw venster).