Fijnschilder
- Opleidingsverstrekker
Constructiv
- Registratienummer
ODB-C00034
- Geregistreerd
op: 1 september 2024
Deze opleiding komt in aanmerking voor
- Opleidingscheques
- Vlaams opleidingsverlof
Aantal uren: 272 uur
Eindbeoordeling voorzien: nee
Blended leren: nee
Mentoropleiding: nee
Doelgroep
Arbeiders PC124
Voorwaarden
Specifieke voorwaarden per opleidingsincentive
Elke opleidingsincentive heeft zijn eigen specifieke voorwaarden om te bepalen of u recht heeft. Kijk na of u voldoet aan de voorwaarden van de opleidingsincentive waarvan u gebruik wil maken (Vlaams opleidingsverlof, Vlaams opleidingskrediet en opleidingscheques voor werknemers
Opleidingscheques: beperkende voorwaarde opleidingsniveau
Deze opleiding kan u betalen met een opleidingscheque. Bent u hooggeschoold (u behaalde een graduaats-, bachelor- of masterdiploma)? Dan kan dat enkel als u een ‘attest loopbaanbegeleiding’ heeft van maximaal 6 jaar oud. In dit attest verklaart een loopbaanbegeleider dat de opleiding noodzakelijk is voor de uitvoering van uw persoonlijk ontwikkelplan (POP).
Modules
Kennis
"• Communicatietechnieken
• Vakterminologie"Vaardigheden
"* Communiceert effectief en efficiënt- Wisselt informatie uit met collega’s en verantwoordelijken
- Rapporteert aan leidinggevenden
- Werkt efficiënt samen met collega’s
- Volgt aanwijzingen van verantwoordelijken op
- Past zich flexibel aan (verandering van collega’s…)"
Kennis
• Elektrisch-, pneumatisch- en handgereedschap
• Veiligheids-, gezondheids-, hygiëne-, milieu- en welzijnsvoorschriften
• Specifieke risico’s van gevaarlijke en schadelijke stoffen, elektriciteit, lawaai, trillingen, brand, explosies, …
• Voorschriften rond afval en gevaarlijke producten (o.a. asbest, …)
• Ergonomische hef- en tiltechnieken
• Persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
• (Veiligheids)pictogrammen
• Technische voorschriften en aanbevelingen in functie van de eigen werkzaamheden
• Controle- en meetmethoden en -instrumenten
• Kwaliteitsnormen, waarden en tolerantienormen
• Algemene principes EPBVaardigheden
• Herkent en signaleert gevaarlijke situaties, neemt gepaste maatregelen bij ongelukken en meldt ongevallen en incidenten volgens interne procedures
• Herkent, voorkomt en beschermt tegen specifieke risico’s
• Maakt onderscheid tussen gevaarlijke en niet gevaarlijke producten en afvalstoffen
• Vraagt om informatie in geval van twijfel over afvalstoffen
• Sorteert afval volgens de richtlijnen
• Respecteert de regels rond energieprestaties van gebouwen
• Herkent asbesthoudende producten en reageert passend
• Houdt zich aan de regels voor traceerbaarheid van producten
• Werkt ergonomisch
• Gebruikt persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelen
• Past de voorschriften met betrekking tot netheid en hygiëne toe
• Ziet erop toe dat veiligheids- en milieuvoorschriften worden gerespecteerd
• Beperkt stofemissie
• Gebruikt (stof )afzuigapparatuur
• Evalueert zijn eigen werkzaamheden kwalitatief en kwantitatief, en stuurt desnoods bij
• Meldt problemen aan de verantwoordelijkeKennis
• Voorschriften voor het veilig werken op hoogte
• Maatregelen ter preventie van het vallen van personen en voorwerpen van een (rol)steiger en hoogwerker
• Voorwaarden om een (rol)steiger en hoogwerker te betreden
• Opbouw van rolsteigers
• Persoonlijke en collectieve beschermingsmiddelenVaardigheden
• Gebruikt ladders volgens de veiligheidsregels als toegangsmiddel
• Gebruikt (rol)steigers en hoogwerkers volgens de instructies en de veiligheidsregels
• Bouwt rolsteigers op en af volgens de voorschriften
• Gebruikt beschermingsmiddelen (PBM’s en CBM’s) aangepast aan de werkomstandighedenKennis
• Specifieke risico’s bij het gebruik van solventen, de grenswaarden voor blootstelling en de nodige preventiemaatregelen
• Controle- en meetmethoden en -instrumenten
• Vakterminologie
• Staat van het oppervlak: nieuw, oud, beschadigd, aangetast door vocht, roest, schimmel, alkaliteit, parasieten ...
• Soorten, gebruik en toepassingen van decapeer- en schuurmiddelen
• Vochtproblematiek (hoe te herkennen, op te meten en te behandelen)
• Materialen en producten in functie van de voorbereiding van ondergrond
• Principes van lucht-, water- en dampdichting
• Gebruikte isolatiematerialen
• Aard van de ondergrond en implicaties voor de schilder- en decoratiewerken en de voorbereiding
• Afwerkingsproducten en toevoegingsmiddelen: toepassingsmogelijkheden, beschikbaarheid in de handel, kwalitatieve kenmerken,
uitzicht, mengverhoudingen, pigmenten, kleurbenamingen, verenigbaarheid, neveneffecten, vuurbestendigheid of onbrandbaarheid,
veiligheids- en recyclagevoorschriften,…
• Gereedschappen en machines: kenmerken, gebruik en toepassingen
• Fysische en chemische verschijnselen i.v.m. gebouwen (porositeit, capillariteit, condensatie, salpeter, verzeping, alkaliteitsgraad, carbonatatie, chloride-indringing, corrosie, uitzetting en inkrimping van materialen, vorming van schimmels, mossen en houtziekten)
• Principes van thermische en akoestische isolatie
• Plaatsing en bevestigingsmethodes voor water-, lucht- en dampschermen
• Water-, lucht- en dampschermenVaardigheden
• Ontkorrelt nieuwe oppervlakken
• Verwijdert losse verf-film van reeds geverfd of beklede oppervlakken d.m.v. afsteken, decaperen, schuren, …
• Verwijdert oude bekledingen manueel of mechanisch
• Behandelt indien nodig scheuren
• Vult barsten en andere onvolmaaktheden op
• Plamuurt
• Egaliseert tot een glad oppervlak
• Schuurt (en ontroest indien nodig) het oppervlak mechanisch en/of manueel
• Maakt het oppervlak stofvrij
• Reinigt het oppervlak met detergenten of oplosmiddelen
• Meet de vochtigheid van de ondergrond
• Maakt de ondergrond vochtvrij
• Brengt indien nodig lucht-, water en dampdichte lagen aan (coatings, dampscherm ...)
• Plaatst eventueel vochtwerend en/of akoestisch en/of thermisch isolatiemateriaal i.f.v. schilderwerken
• Brengt fixeer-, impregneer- of aanhechtingsmiddelen aanKennis
• Specifieke risico’s bij het gebruik van solventen, de grenswaarden voor blootstelling en de nodige preventiemaatregelen
• Kleurentheorie en de internationale kleurenwaaiers
• Kleurencombinaties en kleurentoepassingen uit het verleden
• Pigmenten, hun eigenschappen en hun mogelijke combinaties
• Bindmiddelen voor pigmenten, hun eigenschappen en hun mogelijke combinaties
• Evolutie van een kleur, op zichzelf of in combinatie met andere kleuren, tijdens of na de droging
• Mengverhoudingen van pigment, medium of bindmiddel, verdunnings- of oplossingsmiddelen, siccatieven en vulmiddelen
• Afwerkingsproducten en toevoegingsmiddelen: toepassingsmogelijkheden, beschikbaarheid in de handel, kwalitatieve kenmerken,
uitzicht, mengverhoudingen, pigmenten, kleurbenamingen, verenigbaarheid, neveneffecten, vuurbestendigheid of onbrandbaarheid,
veiligheids- en recyclagevoorschriften,…Vaardigheden
• Leest de gebruiksaanwijzingen van de gebruikte producten
• Maakt het afwerkingsproduct aan
• Houdt rekening met de tussenlaag en de eindlaag en prepareert de afwerkingsproducten
• Maakt de juiste kleurtonen aan
• Filtert verven en afwerkingsproducten om de verwerking van het mengsel gemakkelijker te maken
• Past de voorbereiding aan variabelen aan zoals de temperatuur, de aard van de ondergrond (poreus of alkalisch), ...
• Voegt eventueel pigment, oliën, een verharder of een verdunner toe aan het afwerkingsproduct
• Mengt het afwerkingsproduct
• Bepaalt de viscositeit van het afwerkingsproduct
• Zet het aangemaakte afwerkingsproductklaar
• Neemt maatregelen om de grondstoffen van dag op dag te bewarenKennis
• Transparante pigmenten
• Imiteren marmersoorten
• Werkschema’s voor marmer-, hout- en andere imitaties
• Te imiteren houtsoorten
• Invloed van het groeien en zagen van een boom op de tekening van het houtVaardigheden
• Hanteert de tamponneerborstel met vaste en zekere bewegingen (patine)
• Trekt strepen in de onderlagen met behulp van een borstel en een kam (‘peinture de Paris’)
• Lakt af (lakken met een borstel)
• Voert verschillende steenimitaties uit volgens de geobserveerde structuur: gevlekt marmer, geaderd marmer, gezaaid marmer, lapis lazuli,
agaat, graniet ...
• Maakt een vlakindeling waarbinnen de marmer-, hout- of andere imitatie geplaatst zal worden, mogelijk in combinatie met andere
decoratietechnieken
• Maakt een compositie voor de imitatie, bestaande uit vormindeling, themabenadrukking, ritme en centrumpunten
• Voert verschillende houtimitaties uit volgens de geobserveerde structuur: naaldhout, eiken, esdoorn, grenen, palissander, wortelnotenhout,
mahonie, schildpad ...
• Voert opeenvolgende technieken uit volgens het werkschema en met het hiertoe bestemde materieel
• Sjabloneert patronen (sjablonen tekenen en uitsnijden)
• Bevestigt sjablonen op wanden en plafonds volgens een plan
• Hanteert sjabloneerkwasten en ander sjabloneermaterieel
• Beeldt een reliëf uit door biezen en nuances aan te brengenKennis
• Werkdocumenten
• Functionele berekeningen (oppervlakte, volume, mengverhoudingen, …)
• Controle- en meetmethoden en -instrumenten
• Decoratiestijlen, met het oog op het gevraagde type verfraaiing
• Staat van het oppervlak: nieuw, oud, beschadigd, aangetast door vocht, roest, schimmel, alkaliteit, parasieten ...
• Vochtproblematiek (hoe te herkennen, op te meten en te behandelen)
• Materialen en producten in functie van de voorbereiding van ondergrond
• Aard van de ondergrond en implicaties voor de schilder- en decoratiewerken en de voorbereiding
• Fysische en chemische verschijnselen i.v.m. gebouwen (porositeit, capillariteit, condensatie, salpeter, verzeping, alkaliteitsgraad, carbonatatie, chloride-indringing, corrosie, uitzetting en inkrimping van materialen, vorming van schimmels, mossen en houtziekten)
• Functies in een woonruimte
• Bouwplaatsorganisatie
• Signalisatievoorschriften
• Werkdocumenten
• Controle- en meetmethoden en -instrumenten
• Functies in een woonruimteVaardigheden
• Leest en begrijpt plannen, werktekeningen of werkopdrachten om te bepalen welke oppervlakken welke bekleding krijgen
• Controleert de aard en de staat van de ondergrond van de te behandelen oppervlakken
• Meet op de bouwplaats op, of berekent op plan de nodige hoeveelheden materiaal voor een bepaald werk
• Bepaalt de uitvoeringsfases en maakt een planning op van het verloop van de werkzaamheden
• Gaat zuinig om met materialen, gereedschappen en tijd
• Neemt leveringen in ontvangst en controleert op hoeveelheid en kwaliteit
• Stockeert het materieel en de materialen op de daartoe voorziene plaats
• Houdt planning en werkdocumenten bij
• Ontvangt en begrijpt de opdracht
• Richt de eigen werkplek in volgens voorschriften en/of instructies en houdt daarbij rekening met de algemene bouwplaatsorganisatie en
de logische werkvolgorde
• Plaatst de signalisatie en brengt waarschuwingstekens aan
• Beoordeelt de bereikbaarheid van de te bewerken constructies en oppervlakken en plaatst indien nodig rolstellingen of rolsteigers
• Optimaliseert de omstandigheden op de werkplek
• Controleert de klimatologische omstandigheden
• Bepaalt welk werk in open lucht uitgevoerd kan worden
• Verplaatst niet te behandelen delen
• Dekt niet te behandelen en niet-verplaatsbare delen af
• Stelt het materieel op voor de oppervlaktevoorbereiding en/of de werkenKennis
• Decoratiestijlen, met het oog op het gevraagde type verfraaiing
• Materialen en producten in functie van de afwerklaag
• De opeenvolgende stappen bij decoratief schilderwerk
• Afwerkingsproducten en toevoegingsmiddelen: toepassingsmogelijkheden, beschikbaarheid in de handel, kwalitatieve kenmerken,
uitzicht, mengverhoudingen, pigmenten, kleurbenamingen, verenigbaarheid, neveneffecten, vuurbestendigheid of onbrandbaarheid,
veiligheids- en recyclagevoorschriften,…
• Gereedschappen en machines: kenmerken, gebruik en toepassingenVaardigheden
• Zoekt kleurtonen en stelt kleuren samen volgens monsters
• Voert decoratief schilderwerk met effecten uit
• Voert gewapend, structuur- of veelkleurig schilderwerk uitKennis
• Decoratiestijlen, met het oog op het gevraagde type verfraaiingVaardigheden
• Herkent decoratiestijlen
• Selecteert de aan te brengen ornamenten en sierlijsten
• Brengt ornamenten en sierlijsten aanKennis
• Specifieke risico’s bij het gebruik van solventen, de grenswaarden voor blootstelling en de nodige preventiemaatregelen
• Oliën, oplos- en verdunnings- en verhardingsmiddelen: toepassingen en veiligheids- en recyclagevoorschriftenVaardigheden
• Test aan de hand van een staal
• Brengt de verf aan met diverse soorten borstels
• Schildert egaal met vaste hand
• Schuurt telkens fijn, na het aanbrengen van de grondlaag en tussenlaagKennis
• Methodes voor het nat reinigen (bijvoorbeeld afwassen, gebruik van detergenten ...)
• Soorten borstels in functie van de grondlaag, de tussenlaag of de eindlaag
• Soorten borstels in functie van de types eindafwerking
• Droogtijden van de vervenVaardigheden
• Test aan de hand van een staal
• Brengt de verf aan met diverse soorten borstels
• Schildert egaal met vaste hand
• Schuurt telkens fijn, na het aanbrengen van de grondlaag en tussenlaagKennis
• Lavis (gewassen tekening)Vaardigheden
• Schildert polychroom (verschillende kleur) en monochroom (verschillende tinten)
• Laat het reliëf en de inkepingen van het te beschilderen object tot hun recht komen
• Maakt overgangen tussen kleur- en tintvlakken
• Laat de structuur en de materialen van het te beschilderen object tot hun recht komen
• Voert werkschema’s voor mono- en polychroom schilderwerk uit
• Schildert de vlakken dekkend in verschillende kleuren of nuances
• Schildert vlakken met verschillende kleuren of tinten, in verschillende lagenKennis
• Verguldingstechnieken
• Wachttijden in functie van het gewenst craquelé-effect
• Technieken om te schilderen met wasVaardigheden
• Verguldt achter glas
• Verguldt mixion
• Verguldt poliment
• Verguldt bronzen en met poeders
• Brengt een patine aan om de glans en de diepte te verkrijgen die typisch zijn voor oud schilderwerk
• Glaceert decoratief: imitaties van terracotta, metaal, enz.
• Brengt craquelévernissen aan in verschillende lagen
• Werkt de barstjes af
• Brengt snel genoeg tempera aan om een gelijkmatig werk te verkrijgen
• Brengt was aan met een borstel of met oude lappenKennis
• Bronnen van technische documentatie
• Informatie- en vormingsrichtingenVaardigheden
• Onderhoudt de contacten met de klanten
• Communiceert duidelijk over de werkzaamheden (duur, hinder ...)
• Communiceert met zijn collega’s en de verantwoordelijken over het verloop van de werkzaamheden
• Adviseert de klant
Inhoud van de opleiding
Deze opleiding omvat alle modules voor de fijnschilder