heffen (vervoegen)
Vervoeging:
- ik hef, jij heft, hij heft (zoals ik til, jij tilt, hij tilt)
bij inversie: hef ik, wat heft je broer, heft hij (zoals til ik, wat tilt je broer, tilt hij)
bij inversie met je/jij als onderwerp: wat hef jij, wat hef je zoal (zoals wat til jij, wat til je zoal) - gebiedende wijs: hef het glas (zoals til de gewichten)
- ik hief, wij hieven
- ik heb geheven
- de geheven belastingen
Hebt u een taalvraag?
-
078 15 20 25
-
zoek de spelling van woorden op Woordenlijst.org