Gedaan met laden. U bevindt zich op: moraal / moreel Taaladviezen

moraal / moreel

Moreel en moraal zijn synoniemen in de betekenis ‘gevoel van zelfvertrouwen, innerlijke kracht​​​​​, wil om door te zetten’. Moreel is een het-woord, moraal een de-woord.

  • Ondanks de regen bleef het moreel / de moraal van de wielrenners erg goed.
  • Zulke negatieve opmerkingen zijn slecht voor het moreel / de moraal.

Moraal heeft daarnaast ook nog de betekenissen ‘heersende zeden en gebruiken’, ‘besef van goed en kwaad’ en ‘wijze les die uit een verhaal getrokken kan worden’.

  • Zij schreef een boek over de moraal van de nazi’s.
  • De moraal van het verhaal is dat ware schoonheid vanbinnen zit.

Voor het bijvoeglijk naamwoord wordt voor alle betekenissen moreel gebruikt.

  • Zij schreef een boek over de morele opvattingen van de nazi’s.
  • De morele sterkte van de wielrenners bleef verbazend groot.