In de meeste gevallen is het aan te bevelen om na zoals de vorm zij te gebruiken, omdat de zin een onderwerpsvorm vereist. U kunt die vorm vinden door in constructies van het type doen zoals de zin aan te vullen met een werkwoordsvorm. In constructies van het type mensen zoals kunt u de vergelijking parafraseren met het koppelwerkwoord zijn. Constructies als Hij wil geen acteurs zoals hen komen in de praktijk geregeld voor, maar zijn niet algemeen aanvaard.

• Doe toch niet zoals zij! (= zoals zij doen)
• Wij zingen niet zoals zij. (= zoals zij zingen)
• Hij wil geen acteurs zoals zij. (= acteurs zoals zij er zijn)
• Hij zou het aan ouderen zoals zij moeten tonen. (= ouderen zoals zij zijn)
• Ze zijn niet op zoek naar introverte mensen zoals zij. (= introverte mensen zoals zij zijn)

In sommige gevallen is niet alleen zij, maar ook hen of hun mogelijk na zoals, maar dan is er een betekenisverschil. Als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult, is zij de correcte vorm. Als het om een lijdend voorwerp gaat, is hen correct. Als het om een meewerkend voorwerp gaat, is hun (of aan hen) correct. Die verschillende mogelijkheden zijn er bijvoorbeeld bij werkwoorden die een oordeel of waardering uitdrukken (zoals vinden, appreciëren, achten) en in zinnen met een meewerkend voorwerp.

• Wij appreciëren jou wel zoals zij. (= zoals zij jou appreciëren)
• We appreciëren jou wel zoals hen. (= zoals we hen appreciëren)
• Hij gaf ons positieve feedback, net zoals zij. (= zoals zij aan ons positieve feedback gaven)
• Hij gaf ons positieve feedback, net zoals hun. (= zoals hij hun (of aan hen) positieve feedback gaf)