Gedaan met laden. U bevindt zich op: Uitleg over scherm 1.B. overzicht activiteiten met emissies naar lucht Uitleg over schermen van deel Lucht in online IMJV-loket

Uitleg over scherm 1.B. overzicht activiteiten met emissies naar lucht

Deze pagina geeft een overzicht van alle activiteiten met emissies naar lucht van de plichtige.

Indien u reeds eerder een IMJV indiende staan hier de door VMM gevalideerde gegevens.

De installaties worden links en de apparaten rechts uitgelijnd om een duidelijk onderscheid te maken over welk apparaat bij welke installatie hoort. Voor installaties wordt tussen haakjes een ‘(I)’ weergegeven en voor apparaten een ‘(A)’.

Via het rode verwijdericoontje kan een activiteit uit de lijst verwijderd worden. Indien de activiteit een installatie betreft kan deze slechts verwijderd worden indien de installatie geen apparaten meer bevat. Wanneer de activiteit gevalideerd werd door de VMM, kan deze niet verwijderd worden door de plichtige, maar kan deze enkel geïnactiveerd worden. Het rode verwijdericoontje zal voor dergelijke rijen niet zichtbaar zijn. U kunt dan in de detailpagina de activiteit als ‘niet van toepassing’ aanduiden. In plaats van een rood bolletje zal in dezelfde kolom ‘nvt’ getoond worden om aan te geven of de activiteit al dan niet nog actief is. Alleen activiteiten die definitief buiten werking zijn zet u op ‘nvt’. Voor activiteiten die tijdelijk buiten werking zijn geeft u geen emissies op.

Via de link in de kolom ‘benaming activiteit’ kunt u de detailpagina met de detailgegevens van een activiteit openen. In de detailpagina kunt u de activiteit wijzigen.

Het toevoegen van een activiteit gebeurt via de link ‘nieuwe activiteit toevoegen’ onderaan de tabel. Dan wordt een detailpagina geopend voor het ingeven van de nieuwe activiteit.

Via deze pagina kan de geselecteerde activiteit gewijzigd worden, of kan een nieuwe activiteit toegevoegd worden.

Via de ‘Vorige’ en de ‘Volgende’ knop kunt u van het ene (voor)ingevulde gegeven naar het volgende navigeren om uw gegevens aan te vullen/aan te passen, zonder telkens terug te moeten keren naar het hoofdscherm. Na het ingeven van de nodige gegevens drukt u op ‘Opslaan’ waardoor u terugkeert naar het hoofdscherm en alle ingegeven data opgeslagen zijn in de databank.

Via de ‘Toevoegen’ knop kunt u na het ingeven van een eerste activiteit ook al de volgende activiteit ingeven, zonder telkens te moeten opslaan en terug te keren naar het hoofdscherm. U geeft dus alle nodige activiteiten na elkaar in het detailscherm in en klikt op de knop ‘Opslaan’, waardoor u terugkeert naar het hoofdscherm en alle ingegeven data opgeslagen zijn in de databank. Daar krijgt u een volledig overzicht van de activiteiten die u ingegeven hebt.

Via de knop ‘Opslaan’ worden de gegevens bewaard in de databank.

    Opmerking

    U kunt de knop ‘Opslaan’ enkel gebruiken in een (dialoog)scherm met gegevens. Opslaan vanuit een blanco scherm gaat niet. Gebruik in dit geval de knop ‘Annuleren’.

      Wanneer als type wordt aangegeven dat de activiteit een apparaat betreft, moet er verplicht een installatie geselecteerd worden waartoe het apparaat behoort. De keuzelijst naast het keuzerondje ‘Apparaat’ bevat alle installaties die reeds werden ingegeven. De keuzelijst is ook enkel toegankelijk wanneer het keuzerondje ‘Apparaat’ geselecteerd is.

      • Afhankelijk van het type van de activiteit (A, B, C, D of E) dat geselecteerd wordt zijn een aantal dingen mogelijk of niet mogelijk:
        Indien type A geselecteerd wordt in de keuzelijst ‘type’ mag het vermogen uitgedrukt worden in ‘ton/jaar’ of MW. Ingeval ton/jaar is het opgeven van een geproduceerde stof verplicht.
      • Indien type B geselecteerd wordt in de keuzelijst ‘type’ dan mag de eenheid van het vermogen enkel uitgedrukt worden in MW.
      • Indien type C, D of E geselecteerd wordt in de keuzelijst ‘type’ dan kan het vermogen niet ingevuld worden.

      Wanneer de activiteit een door de VMM gevalideerde activiteit betreft, zal er ook nog een aankruisvakje ‘niet van toepassing’ zichtbaar zijn waarmee de gebruiker kan aangeven dat de activiteit niet meer gebruikt wordt. Zet alleen activiteiten op ‘nvt’ die definitief buiten werking zijn.

      Opmerking

      Wanneer een pas aangemaakte activiteit gewijzigd wordt en het betreft een installatie, dan kan deze activiteit enkel gewijzigd worden naar een apparaat (wijziging van de soort activiteit) indien de installatie nog geen apparaten bevat.
      Voor activiteiten die gevalideerd werden door de VMM mag het type van de activiteit (A, B, C, D of E) en de soort van activiteit (‘installatie’ of ‘apparaat’) niet gewijzigd worden. Indien u dit desgevallend toch liever zou doen, kunt u contact opnemen met VMM via imjv.luchtemissie@vmm.be of telefonisch op het nummer 053 72 66 61 of 0477 16 17 71.