Gedaan met laden. U bevindt zich op: Uitleg over schermscherm 6.D.1. Emissie als gevolg van niet-geleide emissie bij fakkels Uitleg over schermen van deel Lucht in online IMJV-loket

Uitleg over schermscherm 6.D.1. Emissie als gevolg van niet-geleide emissie bij fakkels

Hoofdpagina

Deze pagina geeft een overzicht van de niet geleide emissies van de fakkels. De volgorde waarin de emissies worden weergegeven is de volgorde waarin de emissiepunten (fakkels) werden ingegeven in hoofdstuk 3. Wanneer er meerdere activiteiten gekoppeld zijn aan een fakkel worden deze gegroepeerd weergegeven per fakkel.

Via de link in de kolom ‘benaming emissiepunt’ wordt een detailpagina geopend waarin de abnormale emissie gewijzigd kan worden.

Het verwijderen van een niet geleide emissie gebeurt via het rode verwijdericoontje naast de benaming van het emissiepunt.

Via de link ‘nieuwe niet geleide fakkelemissie’ kan een nieuwe niet geleide emissie toegevoegd worden aan de lijst.

Het verwijderen van een verontreinigende stof gebeurt via het rode verwijdericoontje rechts naast de benaming van de verontreinigende stof of broeikasgas. Het toevoegen van een verontreinigende stof gebeurt via het groene toevoegicoontje rechts naast de benaming van de verontreinigende stof of broeikasgas. Het wijzigen van de emissie van een verontreinigende stof kan door te klikken op de link in de kolom verontreinigende stof of broeikasgas.

Detailpagina

Via dit scherm kan een niet geleide emissie gewijzigd of toegevoegd worden of een nieuwe verontreinigende stof toegevoegd worden.

De boomstructuur ‘emissiebronnen’ bevat alle emissiepunten die gekoppeld zijn aan een activiteit van het type ‘D’ en die gedefinieerd werden in hoofdstuk 3. Er kunnen meerdere activiteiten geselecteerd worden. Meerdere activiteiten selecteren, doet u door de eerste activiteit aan te duiden en dan uw Ctrl of Shift toets ingedrukt te houden om een volgende activiteit aan te duiden.

De autofill-lijst ‘behandeld afgas’ en ‘benaming brandstof’ bevat alle (brand)stoffen die reeds in de (brand)stoffenlijst aanwezig zijn. Indien een bepaalde stof niet in de lijst voorkomt kan deze als vrije tekst worden ingegeven.

Voor de eenheid van verbruik per jaar aan brandstof kiest u uit gigajoule, ton of kubieke meter.

De autofill-lijst ‘emissieritme’ bevat alle emissieritmes die eerder werden ingegeven. Wanneer een bepaald emissieritme niet voorkomt in de lijst, kan dit als vrije tekst worden ingegeven. Geef aan hoeveel er respectievelijk per minuut, uur, dag, week, maand of jaar geëmitteerd wordt, bv. 8 uur/dag, 220 dagen/jaar.

De autofill-lijst ‘emissieperiode’ bevat alle emissieperiodes die eerder werden ingegeven. Indien een bepaalde emissieperiode niet in de lijst voorkomt kan deze als vrije tekst worden ingegeven. Geef aan wanneer er geëmitteerd wordt, bv. van maandag 6 uur doorlopend tot vrijdag 22 uur.

De keuzelijst ‘verontreinigende stof’ bevat alle verontreinigende stoffen die aanwezig zijn in de stoffenlijst van het deel lucht van het IMJV.

Vermeld de wijze waarop de emissie bepaald werd. Indien de bepalingsmethode een meting is en indien voor de geselecteerde verontreinigende stof meer dan één meetmethode werd opgegeven in hoofdstuk 5, geef dan aan welke meetmethode hier van toepassing is.

Wanneer u enkel een nieuwe verontreinigende stof toevoegt, zal het bovenste deel van de detailpagina vooraf ingevuld zijn. U kunt deze vooraf ingevulde gegevens van de emissie niet wijzigen. Hiervoor moet u gebruik maken van de link onder ‘benaming emissiepunt’.

Via de ‘Vorige’ en de ‘Volgende’ knop kunt u van het ene (voor)ingevulde gegeven naar het volgende navigeren om uw gegevens aan te vullen/aan te passen, zonder telkens terug te moeten keren naar het hoofdscherm. Na het ingeven van de nodige gegevens drukt u op ‘Opslaan’ waardoor u terugkeert naar het hoofdscherm en alle ingegeven data opgeslagen zijn in de databank.

Via de ‘Toevoegen’ knop kunt u na het ingeven van een eerste emissie en verontreinigende stof of broeikasgas ook al de volgende emissie, verontreinigende stof of broeikasgassen ingeven, zonder telkens te moeten opslaan en terug te keren naar het hoofdscherm. U geeft dus alle nodige emissies na elkaar in het detailscherm in en klikt op de knop ‘Opslaan’, waardoor u terugkeert naar het hoofdscherm en alle ingegeven data opgeslagen zijn in de databank. Daar krijgt u een volledig overzicht van de emissies die u ingegeven hebt.

Via de knop ‘Opslaan’ worden de gegevens bewaard in de databank.

Opmerking

U kunt de knop ‘Opslaan’ enkel gebruiken in een (dialoog)scherm met gegevens. Opslaan vanuit een blanco scherm gaat niet. Gebruik in dit geval de knop ‘Annuleren’.