Regel 1 - Dagen, maanden en seizoenen
Schrijf woorden waarmee we de tijd indelen, zoals dagdelen, dagen, maanden en seizoenen, klein.
Ze worden als soortnamen beschouwd.
Regel 2 - Feestdagen
Schrijf de officiële naam van feestdagen en andere bijzondere dagen met een hoofdletter.
Niet-officiële en informele namen krijgen een kleine letter.
Regel 3
Schrijf samenstellingen met namen van feestdagen en andere bijzondere dagen klein.
Een samenstelling is een woord dat bestaat uit twee delen die beide ook zelfstandig kunnen voorkomen (moederdagcadeau = Moederdag en cadeau).
Regel 4 - Historische periodes
Schrijf namen van historische, geologische en andere periodes klein.
In wetenschappelijke literatuur kunnen die woorden een hoofdletter krijgen.
Regel 5 - Religieuze periodes
Schrijf namen van jaarlijks terugkerende religieuze periodes klein.
Regel 6 - Historische gebeurtenissen
Schrijf namen van historische gebeurtenissen met hoofdletters, voor zover ze als uniek in de geschiedenis worden beschouwd.
Ze worden dan behandeld als eigennamen.
Zie ook
Hoofdletters - 01. Hoofdregels (hoofdletter of kleine letter)
Hoofdletters - 02. Persoonsnamen
Hoofdletters - 03. Aanspreekvormen, functiebenamingen en titulatuur
Hoofdletters - 04. Heilige namen en begrippen
Hoofdletters - 05. Aardrijkskundige namen
Hoofdletters - 06. Namen van talen en dialecten
Hoofdletters - 07. Namen van volkeren, etnische en religieuze groepen
Hoofdletters - 08. Namen van artistieke, culturele, maatschappelijke en religieuze stromingen
Hoofdletters - 10. Namen van instanties, bedrijven, organisaties, gebouwen en merken
Hoofdletters - 11. Titels van boeken, films, artistieke onderscheidingen en evenementen
Hoofdletters - 12. Duitse woorden
Hoofdletters - 13. Letteraanduidingen