Gedaan met laden. U bevindt zich op: schrikken (vervoegen) Taaladviezen

schrikken (vervoegen)

Schrikken in de betekenis ‘door een plotseling angstgevoel bevangen worden' wordt onregelmatig vervoegd. Schrikken is dan een onovergankelijk werkwoord. Het wordt in die betekenis dus zonder lijdend voorwerp gebruikt.

  • ik schrik, jij schrikt, wij schrikken
  • ik schrok, wij schrokken
  • ik ben geschrokken
  • de geschrokken vrouw

In de andere betekenissen heeft schrikken een regelmatige vervoeging. Het gaat onder meer om de betekenis ‘(iets) plotseling afkoelen'. Schrikken is dan een overgankelijk werkwoord. Het heeft in die betekenissen dus een lijdend voorwerp bij zich.

  • ik schrik, jij schrikt, wij schrikken de gekookte eieren
  • ik schrikte, wij schrikten de eieren
  • wij hebben de eieren geschrikt
  • de geschrikte eieren