Gedaan met laden. U bevindt zich op: degene / diegene / die (voor zaken) Taaladviezen
degene / diegene / die (voor zaken)
De aanwijzende voornaamwoorden degene en diegene verwijzen in de regel naar personen.
- Een beloning voor diegene die de misdadiger aanbrengt!
- Ben jij degene die me had gebeld?
- Degenen die dat willen, mogen meteen naar huis gaan.
Het is niet duidelijk of degene en diegene ook gebruikt kunnen worden om naar zaken te verwijzen. Dat gebruik komt geregeld voor. Toch is er een niet te verwaarlozen groep taalgebruikers die dat gebruik afkeurt. Correct is in elk geval die. Vaak is ook een andere formulering mogelijk, waarbij het zelfstandig naamwoord waarnaar verwezen wordt, herhaald wordt.
- Van de parfums vond hij die met etherische oliën het aangenaamst.
- De nieuwe verklaring stemt niet overeen met die / de verklaring die eergisteren werd afgelegd.