Gedaan met laden. U bevindt zich op: meewillen / mee willen Taaladviezen

meewillen / mee willen

Meewillen wordt aan elkaar geschreven in de betekenissen ‘volgen, gehoorzamen' en 'meezitten, gunstig zijn'.

  • Mijn tante komt haast niet meer buiten omdat haar benen niet goed meer meewillen.
  • Als het weer meewil, gaan we morgen een lange boswandeling maken.

Mee willen wordt in twee woorden geschreven in de betekenis ‘mee willen gaan'.

  • We gaan later vertrekken omdat de kinderen ook mee willen.