Zowel de opzet als het opzet is correct. In België wordt meestal het opzet gebruikt, in Nederland de opzet. Dat geldt zowel voor de betekenis ‘bedoeling, intentie' als voor de betekenissen ‘het op touw zetten, organiseren van iets' en ‘de wijze van organiseren'.
- Het / de opzet van dit project is om jonge werklozen sneller aan het werk te krijgen.
- Ze zijn geslaagd in het / de opzet om kinderen op een originele manier in aanraking te brengen met kunst.
- Het / de opzet is in drie dagen tijd 400 kilometer te fietsen.
Als in de betekenis van ‘intentie' een negatief aspect (opzettelijkheid) vervat zit, kan opzet ook in Nederland een het-woord zijn. Dat is het geval in de vaste combinaties (met) kwaad opzet en (met) boos opzet, maar opzet komt in die combinaties ook als de‑woord voor in Nederland: (met) kwade/boze opzet. In België wordt opzet in die context alleen als het-woord gebruikt: (met) kwaad/boos opzet.
- Er is kwaad opzet in het spel.
- Zou het met boos opzet gebeurd zijn?