In zelfstandige naamwoorden als reuzenboom, reuzenrad, reuzenslalom, reuzenhagedis en reuzensprong schrijven we een tussen-n omdat er een duidelijk verband is met het zelfstandig naamwoord reus. Het geheel betekent telkens: ‘iets van zeldzame grootte'.
In zelfstandige naamwoorden als reuzemop, reuzefilm of reuzefeest heeft het element reuze een meer figuurlijke betekenis (‘geweldig, fantastisch, heel goed'). Reuze slaat dan niet op het zelfstandig naamwoord reus, maar op het bijvoeglijk naamwoord reuze. Daarom schrijven we geen tussen-n in zulke samenstellingen. In zulke gevallen is het ook mogelijk om reuze los te schrijven, zoals andere bijvoeglijke naamwoorden. Dat is vooral gebruikelijk bij langere (samengestelde) zelfstandige naamwoorden. Voorbeelden zijn een reuze schooljaar, een reuze verjaardagsfeest.
De betekenissen van reuzen- en reuze- liggen dicht bij elkaar. Daarom zijn soms twee spellingen mogelijk. Voorbeelden zijn reuzenkans (‘een erg grote kans') / reuzekans (‘een erg goede of een erg mooie kans'), reuzenhonger (‘een erg grote honger') / reuzehonger (‘een enorme honger') en reuzenflater (‘een erg grote flater') / reuzeflater (‘een geweldige flater').