Voltooide deelwoorden van werkwoorden met her-
Voltooide deelwoorden van werkwoorden die beginnen met het voorvoegsel her-, krijgen soms ge- vooraan, soms -ge- in het midden en soms helemaal geen ge-.
Met ge- vooraan
Als her- voor een werkwoord op -eren (uitgesproken als [eerən]) of -ieren staat, wordt het voorvoegsel ge- voor her- geplaatst.
- hercatalogiseren – gehercatalogiseerd
- herdefiniëren – geherdefinieerd
- herexamineren – geherexamineerd
- herfinancieren – geherfinancierd
- herformuleren – geherformuleerd
- hergroeperen – gehergroepeerd
- herinterpreteren – geherinterpreteerd
- herintroduceren – geherintroduceerd
- herinvesteren – geherinvesteerd
- heroriënteren – geheroriënteerd
- herpagineren – geherpagineerd
- herstructureren – geherstructureerd
Ook: herhuisvesten – geherhuisvest
Met ge- in het midden
Als her- voor een werkwoord staat dat is samengesteld met een scheidbaar voorzetsel, wordt het voorvoegsel -ge- tussen de samenstellende delen van het werkwoord geplaatst.
- heraanmelden – heraangemeld
- heraanstellen – heraangesteld
- herindelen – heringedeeld
- herinrichten – heringericht
- herintreden – heringetreden
- herinvoeren – heringevoerd
- heropbouwen – heropgebouwd
- heroprichten – heropgericht
- heropvoeden – heropgevoed
- heruitbrengen – heruitgebracht
- heruitgeven – heruitgegeven
- heruitzenden – heruitgezonden
Zonder ge-
Als her- voor een werkwoord staat dat begint met het onbeklemtoonde voorvoegsel be-, ge-, ont- of ver-, komt er geen voorvoegsel ge- in het voltooid deelwoord.
- herbeginnen – herbegonnen
- herbeleggen – herbelegd
- herbeleven – herbeleefd
- herberekenen – herberekend
- herbewapenen – herbewapend
- hergebruiken – hergebruikt
- herontdekken – herontdekt
- herontwikkelen – herontwikkeld
- herverdelen – herverdeeld
- herverkavelen – herverkaveld
- herverkiezen – herverkozen
- herverzekeren – herverzekerd
Als her- voor een niet-samengesteld werkwoord staat, dat ook niet eindigt op -eren (uitgesproken als [eerən]), komt er geen voorvoegsel ge- in het voltooid deelwoord.
- herdenken – herdacht
- herdrukken – herdrukt
- herenigen – herenigd
- herhalen – herhaald
- herijken – herijkt
- herinneren – herinnerd
- herkauwen – herkauwd
- herkennen – herkend
- herkiezen – herkozen
- herladen – herladen
- herleiden – herleid
- herlezen – herlezen
- hernieuwen – hernieuwd
- heropenen – heropend
- heroveren – heroverd
- herpakken – herpakt
- herrijzen – herrezen
- herroepen – herroepen
- herscheppen – herschapen
- herschrijven – herschreven
- herstellen – hersteld
- herstemmen – herstemd
- hertellen – herteld
- hervallen – hervallen
- hervatten – hervat
- hervinden – hervonden
- hervormen – hervormd
- herwerken – herwerkt
- herwinnen – herwonnen
- herzien – herzien