De uitvoering van Europese programma’s in Vlaanderen gebeurt binnen een duidelijk wettelijk kader. Deze regelgeving bepaalt hoe de fondsen worden beheerd, gecontroleerd en verantwoord. Hieronder vind je een overzicht van de belangrijkste Europese en nationale regels die van toepassing zijn.
Europese Structuur- en Investeringsfondsen (ESIF) 2021–2027
Het Europese cohesiebeleid is het belangrijkste investeringsbeleid van de Europese Unie. Het heeft als doel de economische, sociale en territoriale ongelijkheden tussen regio’s te verkleinen en zo de samenhang (cohesie) binnen de Unie te versterken. Via de fondsen van het cohesiebeleid ondersteunt de EU investeringen in werkgelegenheid, innovatie, duurzaamheid, opleiding en infrastructuur.
De basisregels voor het EFRO(opent in nieuw venster), het ESF+(opent in nieuw venster), Interreg VI(opent in nieuw venster) en het AMIF (opent in nieuw venster)zijn vastgelegd in de Verordening (EU) 2021/1060(opent in nieuw venster) van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021. Deze verordening bepaalt de algemene voorschriften voor de programmering, het beheer, de monitoring en de controle van de Europese fondsen.
De algemene financiële regels voor het beheer van EU-middelen zijn vastgelegd in de Verordening (EU, Euratom) 2018/1046(opent in nieuw venster) (het Financieel Reglement).
Naast de gemeenschappelijke bepalingen gelden per fonds specifieke regels:
Verordening (EU) 2021/1058(opent in nieuw venster) – de EFRO-verordening
Verordening (EU) 2021/1057(opent in nieuw venster) – de ESF+-verordening
Verordening (EU) 2021/1059(opent in nieuw venster) – de ETS-verordening
Verordening (EU) 2021/1147(opent in nieuw venster) – de AMIF-verordening
De Europese Commissie heeft deze verordeningen verder uitgewerkt via uitvoerings- en gedelegeerde handelingen en richtsnoeren. Daarnaast hanteert elk fonds zijn eigen nationale subsidiabiliteitsregels, die de concrete toepassing op Vlaams niveau bepalen.
Recovery and Resilience Facility (RRF)
De Recovery and Resilience Facility (RRF) is het centrale instrument van het Europese NextGenerationEU-herstelplan. Met dit fonds ondersteunt de Europese Unie de lidstaten bij het economisch en sociaal herstel na de COVID-19-pandemie. Tegelijk stimuleert de RRF investeringen en hervormingen die bijdragen aan een groene, digitale en veerkrachtige toekomst.
De RRF is vastgelegd in de Verordening (EU) 2021/241(opent in nieuw venster) van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021.
Deze verordening bepaalt de regels voor de toekenning, uitvoering, monitoring en controle van de financiële steun die de lidstaten ontvangen via hun nationale herstel- en veerkrachtplan (National Recovery and Resilience Plan – NRRP).
Het instrument loopt tot eind 2026 en maakt deel uit van het bredere NextGenerationEU-pakket.
Brexit Adjustment Reserve (BAR)
De Brexit Adjustment Reserve (BAR)(opent in nieuw venster) is een tijdelijk Europees solidariteitsinstrument dat de lidstaten helpt de negatieve gevolgen van het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie op te vangen.
De reserve ondersteunt regio’s, sectoren en ondernemingen die het zwaarst werden getroffen door handelsverstoring, verlies aan markten of economische onzekerheid als gevolg van de Brexit.
De BAR is vastgelegd in Verordening (EU) 2021/1755(opent in nieuw venster) en heeft een looptijd van 2021 tot 2023.
De middelen worden achteraf toegewezen op basis van de werkelijke economische impact van de Brexit.
In Vlaanderen wordt de BAR gebruikt om bedrijven, vissers en lokale gemeenschappen te ondersteunen bij de aanpassing aan de nieuwe handels- en douaneomstandigheden, met aandacht voor werkgelegenheid, innovatie en economische veerkracht.