In de rechte lijn en tussen partners worden de tarieven berekend: per erfgenaamafzonderlijk op het roerende gedeelte en op het onroerende gedeelte.Erfenissen in rechte lijn en tussen partners worden aan het laagste tarief belast: Schijf in euro%vanaf 0.01 tot en met 50.0003vanaf 50.000,01 tot en met 250.0009vanaf 250.000,0127 . Wie wordt beschouwd als partner? de persoon die op dag van het openvallen van de nalatenschap met de erflater gehuwd is;de persoon die op de dag van het openvallen van de nalatenschap met de erflater wettelijk samenwoont,de persoon die op de dag van het openvallen van de nalatenschap ten minste één jaar ononderbroken met de erflater samenwoont en met de erflater een gemeenschappelijke huishouding voert. Wat is verwantschap in rechte lijn? Verwantschap is de band tussen personen waarbij de één van de ander afstamt of waarbij men een gemeenschappelijke voorouder heeft. verwantschap in rechte lijn: de ene persoon stamt af van de andere, bijvoorbeeld ouder en dochter, grootouder en kleinkind.verwantschap in de zijlijn: beide personen stammen af van dezelfde voorouder, bijvoorbeeld broer en zus. Gelijkschakeling rechte lijn . Adoptie Er zijn twee soorten adoptie: de volle adoptie: de persoon die geadopteerd werd heeft een statuut met dezelfde rechten en verplichtingen als bloedverwanteneen verkrijging tussen de adoptieouders en het adoptiekind wordt gelijkgesteld met een verkrijging in rechte lijn;de gewone adoptieOok een verkrijging die voortkomt uit een verwantschapsband door gewone adoptie kan worden gelijkgesteld met een verkrijging in rechte lijn, maar enkel als er sprake is van één van de volgende situaties en op voorwaarde dat daarvan de nodige bewijsstukken worden aangebracht: het adoptiekind was op het ogenblik van de adoptie onder de voogdij van de openbare onderstand of van een Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of van een vergelijkbare instelling binnen de Europese Economische Ruimte, of was wees van een voor het vaderland gestorven vader of moeder;het adoptiekind heeft, vóór de leeftijd van eenentwintig jaar, gedurende drie achtereenvolgende jaren hoofdzakelijk van de adoptant, of van de adoptant en zijn partner samen, de hulp en verzorging gekregen die kinderen normaal van hun ouders krijgen;het kind is geadopteerd door een persoon van wie al de afstammelingen voor het vaderland gestorven zijn.het adoptiekind is een kind van de partner van de adoptant Stiefouders en stiefkinderen Verkrijgingen tussen stiefouders en stiefkinderen worden gelijkgesteld met verkrijgingen in rechte lijn. Deze gelijkstelling kan worden toegepast bij een verkrijging tussen een persoon en het kind van zijn partner, ongeacht of de verkrijging plaatsvindt voor of na het overlijden van de ouder van het kind. Om te kunnen worden beschouwd als stiefouder, moet deze persoon zijn hoedanigheid van partner gehad hebben op datum van het overlijden van de ouder van het kind of, als de partner als eerste overlijdt, op datum van zijn overlijden. Let wel: deze vorm van vererving gebeurt niet automatisch, maar moet u regelen bij testament. Voor meer informatie hierover, kan u steeds een notaris raadplegen. Zorgouders en zorgkinderen Verkrijgingen tussen zorgouders en zorgkinderen worden gelijkgesteld met verkrijgingen in rechte lijn. De voorwaarden voor die gelijkstelling zijn: het kind moet voor de leeftijd van 21 jaar minstens 3 achtereenvolgende jaren bij de andere persoon hebben ingewoond;het kind moet tijdens deze periode van de zorgouder (al dan niet samen met zijn levenspartner), de hulp en verzorging gekregen hebben die kinderen normaal van hun ouders krijgen.De inschrijving van het zorgkind in het bevolkings- of vreemdelingenregister op het adres van de zorgouder geldt als weerlegbaar vermoeden van inwoning bij de zorgouder. De gelijkschakeling is beperkt tot het zorgkind en de zorgouder, en geldt enkel op het vlak van het tarief en de verminderingen. Bloedverwanten van het zorgkind of de zorgouder komen dus niet in aanmerking voor deze gelijkschakeling. Let wel: deze vorm van vererving gebeurt niet automatisch, maar moet u regelen bij testament. Voor meer informatie hierover, kan u steeds een notaris raadplegen. Voorbeeld . U erft in de nalatenschap van uw moeder een netto-verkrijging van 200.000 euro. Deze verkrijging bestaat voor 150.000 euro uit onroerende, en voor 50.000 euro uit roerende goederen. De toepassing van de tarieven gebeurt als volgt: roerend gedeelte: 50.000 euro. Op deze 50.000 euro is het tarief van 3% van toepassing. De successierechten op dit gedeelte bedragen dus 1.500 euro.onroerend gedeelte: 150.000 euro. Op de eerste schijf van 50.000 euro is het tarief van 3% van toepassing. Op de resterende schijf van 100.000 euro is het tarief van 9% van toepassing. De erfbelasting op het onroerende gedeelte bedragen 1.500 + 9.000 = 10.500 euro.In totaal moet u dus 12.000 euro erfbelasting betalen. Mocht er geen opsplitsing gemaakt worden, dan zou de verschuldigde erfbelasting 15.000 euro bedragen. Tarief tussen broers en zussen . Het tarief wordt toegepast: op de netto-verkrijging van elke broer of zuster afzonderlijk.Bij erfenissen in de zijlijn wordt dus geen opsplitsing gemaakt tussen het roerend en het onroerend gedeelte, in tegenstelling tot erfenissen in rechte lijn en tussen partners. Het tarief werd aangepast vanaf 1 september 2018. In onderstaande tabellen vindt u de aanslagvoeten die van toepassing zijn op overlijdens voor en vanaf 1 september 2018. Voor overlijdens VANAF 1 september 2018: Schijf in euro%vanaf 0,01 tot en met 35.00025vanaf 35.000,01 tot en met 75.00030vanaf 75.000,0155Voor overlijdens VOOR 1 september 2018: Schijf in euro%vanaf 0,01 tot en met 75.00030vanaf 75.000,01 tot en met 125.00055vanaf 125.000,0165 . Een voorbeeld (tarieven overeenkomstig overlijden VANAF 1 september 2018) . Twee broers erven elk 150.000 euro van hun zus. De erfbelasting wordt als volgt berekend: 35.000 euro x 25% = 8.750 euro40.000 euro x 30% = 12.000 euro75.000 euro x 55% = 41.250 euro Elke erfgenaam moet dus in totaal 62.000 euro aan erfbelasting betalen. Een voorbeeld (tarieven overeenkomstig overlijden VOOR 1 september 2018) . Twee broers erven elk 150.000 euro van hun zus. De erfbelasting wordt als volgt berekend: 75.000 euro x 30% = 22.500 euro50.000 euro x 55% = 27.500 euro25.000 euro x 65% = 16.250 euro Elke erfgenaam moet dus in totaal 66.250 euro aan erfbelasting betalen. Tarief tussen andere personen . Het tarief wordt toegepast: op het totaal van de nettoverkrijgingen van die erfopvolgers, in tegenstelling tot de erfenissen in rechte lijn en tussen partners; en tussen broers en zussen. Elke erfopvolger betaalt een deel van de globaal berekende erfenisrechten in verhouding tot de ontvangen nettoverkrijging.Het tarief werd aangepast vanaf 1 september 2018. In onderstaande tabellen vindt u de tarieven die van toepassing zijn op overlijdens voor en vanaf 1 september 2018. Tarieven voor overlijdens VANAF 1 september 2018 Schijf in euro%vanaf 0,01 tot en met 35.00025vanaf 35.000,01 tot en met 75.00045vanaf 75.000,0155Tarieven voor overlijdens VOOR 1 september 2018 Schijf in euro%vanaf 0,01 tot en met 75.00045vanaf 75.000,01 tot en met 125.00055vanaf 125.000,0165 . Een voorbeeld (tarieven overeenkomstig overlijden VANAF 1 september 2018) . Een erfenis van 100.000 wordt verdeeld onder 2 neven. De eerste krijgt 40.000 euro, de tweede 60.000 euro. De erfbelasting wordt berekend op de som van de nettoverkrijgingen, in dit geval 100.000 euro. Dat betekent dat de verschuldigde erfbelasting 40.500 euro bedraagt: 35.000 euro x 25% = 8.750 euro40.000 euro x 45% = 18.000 euro25.000 euro x 55% = 13.750 euro Dit bedrag wordt verdeeld volgens de grootte van de nettoverkrijging. Voor de eerste erfgenaam betekent dat hij 40% van 40.500 euro moet betalen, of 16.200 euro. De tweede erfgenaam betaalt 60% of 24.300 euro. Een voorbeeld (tarieven overeenkomstig overlijden VOOR 1 september 2018) . Een erfenis van 100.000 wordt verdeeld onder 2 neven. De eerste krijgt 40.000 euro, de tweede 60.000 euro. De erfbelasting wordt berekend op de som van de nettoverkrijgingen, in dit geval 100.000 euro. Dat betekent dat de verschuldigde erfbelasting 47.500 euro bedraagt: 75.000 euro x 45% = 33.750 euro25.000 euro x 55% = 13.750 euro Dit bedrag wordt verdeeld volgens de grootte van de nettoverkrijging. Voor de eerste erfgenaam betekent dat hij 40% van 47.500 euro moet betalen, of 19.000 euro. De tweede erfgenaam betaalt 60% of 28.500 euro.