COLUMN. “Denk en ontwerp als een ecosysteem” - Erik Rombaut (KU Leuven)
Elke plek maakt deel uit van een groter geheel. Wie ruimtelijk ontwerpt, heeft invloed op dat systeem. Toch komt de ecologie vaak te laat of helemaal niet aan bod, terwijl het net de sleutel is tot veerkrachtige, toekomstbestendige projecten. Volgens Erik Rombaut, voormalig docent ecologie en milieukunde aan de KU Leuven, zou het de basis moeten vormen van elk ontwerp.
Het ecosysteem: netwerk van onderlinge relaties op elke schaal
Ecologie is de wetenschap die ecosystemen bestudeert. Ze ontstond pas halverwege de 19de eeuw. Tot dan lag de nadruk binnen de biologie vooral op het inventariseren van planten en dieren. Maar geleidelijk groeide het besef dat soorten niet op zichzelf staan. Sommige komen net vaak samen voor, andere sluiten elkaar uit.
Ecologen onderzoeken die verbanden. Daarbij werd duidelijk dat de niet-levende omgeving – zoals bodem, water en klimaat – sterk bepaalt welke organismen waar kunnen leven. De relaties tussen soorten én tussen levende en dode elementen staan centraal.
Elk ecosysteem vormt een netwerk van zulke relaties tussen levende organismen en hun omgeving. Het draait om drie kernprocessen: productie, consumptie en afbraak. Die processen vind je terug op elke schaal. Van een stadstuin tot een zeegebied, van een heide tot het tropisch regenwoud. In elk ecosysteem spelen dezelfde kernprocessen, alleen de soorten die ze uitvoeren verschillen van plek tot plek.
De stad als ecosysteem
Door de toenemende druk op biodiversiteit en de klimaatverandering begon men vanaf de 20ste eeuw ook steden als ecosystemen te beschouwen. Steden verbruiken enorme hoeveelheden water, energie, grondstoffen en materialen die ze halen uit het buitengebied. Tegelijk produceren ze afval en vervuiling. Die belanden vaak terug op het platteland of in waterlopen, waardoor die hun natuurlijke functies dreigen te verliezen.
Om die vicieuze cirkel te doorbreken, introduceerde men het ecosysteemconcept in stedenbouw en ruimtelijke planning. De focus ligt daarbij op het beperken van input en output op alle niveaus: het gebouw, de buurt, de wijk, het dorp en de stad. Dat gebeurt onder andere via regenwaterhergebruik, recyclage, deeleconomie en circulaire hergebruik-systemen. Zo beschermt men de natuurlijke herstelcapaciteit van het omliggende landschap, ook wel regeneratieve stedenbouw genoemd.
Ecosysteemdiensten blijven vaak onzichtbaar
Elke dag maakt onze samenleving gebruik van ‘gratis’ ecosysteemdiensten, vaak zonder het zelf te beseffen. Denk aan klimaatregulatie, waterbuffering, voorkomen van erosie, bestuiving, voedselproductie en de zuivering van lucht en water. Die ‘natuurdiensten’ zijn essentieel, maar hun waarde wordt zelden erkend. Pas als ze verdwijnen, komt er reactie.
Daarom is het belangrijk dat ontwerpers verder kijken dan de pure esthetiek van een wadi of groendak. Zulke elementen spelen wel degelijk een actieve rol in het functioneren en herstellen van het urbane ecosysteem. Ze dragen bij aan verkoeling, biodiversiteit, infiltratie en opvang van regenwater.
Natuurlijke systemen leveren ook financiële meerwaarde
Wie ecosysteemdiensten goed in kaart brengt en kwantificeert, kan ze ook afwegen tegenover technische alternatieven. Vaak blijkt dan dat investeren in een gezond ecosysteem vele malen voordeliger is dan grootschalige ingrepen achteraf om water te bufferen, temperatuur te regelen of de natuur te herstellen. Want wat een ecosysteem vanzelf doet, is gratis. Wat verloren gaat, vraagt daarentegen veel technische en financiële inspanning om te vervangen.
Een voorbeeld is de recente uitbreiding van het Verdronken Land van Saeftinghe. Door ontpoldering kreeg de Schelde meer ruimte, zodat de haven en het centrum van Antwerpen beter beschermd zijn tegen het getij, stormtij en de stijgende zeespiegel. Tegelijk ontstond een waardevol natuurgebied dat leeft, ademt en bijdraagt aan de biodiversiteit en klimaatbestendigheid. Bovendien vinden recreanten en natuurliefhebbers er rust en ruimte. Dit toont hoe ecologische logica het verschil maakt voor natuur én mens.
Conclusie: ontwerp met de natuur, niet ertegen
Een ecosysteem is geen randvoorwaarde, het vormt de basis. Door ecologie als fundament te gebruiken, ontwerp en bouw je projecten die niet alleen standhouden, maar ook de biodiversiteit versterken. Zo kunnen we een toekomst vormgeven waarin ruimte niet alleen klimaatbestendig benut wordt, maar ook bijdraagt aan herstel, evenwicht en veerkracht: Dat heet regeneratief en natuurinclusief ontwerpen.
Deze column weerspiegelt de persoonlijke mening van de auteur en niet noodzakelijk het standpunt van de overheid.