Gedaan met laden. U bevindt zich op: Ontslag of einde benoeming vastbenoemd hogeschoolpersoneel Einde tewerkstelling in het onderwijs

Ontslag of einde benoeming vastbenoemd hogeschoolpersoneel

De benoeming van een personeelslid in een hogeschool kan op verschillende manieren eindigen.

Voor wie?

Deze informatie is voor hogescholen.

Einde benoeming van rechtswege

Je benoeming eindigt van rechtswege en zonder opzegtermijn als:

  • Je niet meer aan bepaalde toelatingsvoorwaarden voldoet
  • Je gedurende een ononderbroken periode van meer dan 10 kalenderdagen ongewettigd afwezig blijft
  • De toepassing van de burgerlijke wetten en van de strafwetten de ambtsneerlegging als gevolg heeft
  • Je onder een erkende blijvende arbeidsongeschiktheid valt
  • Je met pensioen gaat
  • Je overlijdt
  • Je aanspraak kan maken op een rustpensioen, 30 dienstjaren telt die in aanmerking komen voor de berekening van het rustpensioen, en je je volledig in de stand non-activiteit of terbeschikkingstelling(opent in nieuw venster) bevindt.
  • Je door de integratie van de opleidingen hoger beroepsonderwijs of specifieke lerarenopleiding van een centrum voor volwassenenonderwijs (CVO) bent overgegaan naar de hogeschool maar op 1 september 2020 of 2021 een mutatie kreeg naar een vacante betrekking als leraar secundair volwassenenonderwijs in een CVO.

Ontslag om dringende redenen

Je hogeschool kan je om dringende redenen ontslaan. Een dringende reden is een ernstige tekortkoming die de voortzetting van je benoeming onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt.

Er is dan geen opzegtermijn of verbrekingsvergoeding. Je hogeschool betaalt wel de werkgevers- en werknemersbijdragen die nodig zijn voor de opname in:

  • De werkloosheidsverzekering
  • De ziekteverzekering met inbegrip van de sector uitkeringen
  • De moederschapsbescherming

De hogeschool meldt het ontslag en de dringende redenen die er aanleiding toe gaven, binnen 3 werkdagen nadat de feiten bij hen bekend waren. Je kan via een bepaalde procedure binnen 3 werkdagen bezwaar aantekenen bij het college van beroep inzake tucht.

Vrijwillig einde benoeming

Je kan zelf je benoeming vrijwillig beëindigen.

Als benoemd personeelslid moet je dan een opzegtermijn van ten minste 60 dagen respecteren, tenzij je met je hogeschool een andere termijn overeenkomt.

Je opzegtermijn gaat in op de 1ste dag van de maand die volgt op de kennisgeving van je ontslag. De kennisgeving vermeldt het begin en de duur van je opzegtermijn en gebeurt op 1 van de volgende 3 manieren:

  • Door afgifte van een geschrift waarop je hogeschool moet tekenen voor ontvangst
  • Met een aangetekende brief die uitwerking heeft de 3de werkdag na verzending
  • Bij deurwaardersexploot

Einde benoeming door de hogeschool

Een definitieve ambtsneerlegging kan ook als je ontslag het gevolg is van een:

  • Tuchtmaatregel
  • Evaluatie ‘onvoldoende

In dat geval is er wel een opzegtermijn. Die bedraagt 3 maanden als je minder dan 5 jaar anciënniteit hebt in je hogeschool of haar rechtsvoorganger. De termijn wordt verhoogd met 3 maanden per begonnen schijf van 5 jaar anciënniteit. Je kan met je hogeschool een langere of kortere opzegtermijn overeenkomen.

De opzegtermijn gaat in op de 1ste dag van de maand die volgt op de betekening van het ontslag. Je ontslag wordt betekend met een aangetekende brief en heeft uitwerking op de 3de dag na verzending.

Je hogeschool kan beslissen dat het ontslag onmiddellijk ingaat. In dat geval betaalt je hogeschool een verbrekingsvergoeding die gelijk is aan het salaris dat overeenstemt met de duur van de berekende opzegtermijn.

Met het oog op je opname in de werkloosheidsverzekering, de ziekteverzekering (sector uitkeringen) en de moederschapsverzekering, worden tijdens de opzegtermijn of op de verbrekingsvergoeding de nodige werknemersbijdragen ingehouden en samen met de werkgeversbijdragen gestort. Als die bijdragen niet volstaan, betaalt je hogeschool de nog benodigde werkgevers- en werknemersbijdragen.

Voor directies, administraties en besturen

  • Je meldt het einde van de benoeming via een RL-4 met ontslagcode ‘afdanking of ontslag’.
  • Een RL-4 maakt alleen een einde aan de lopende opdracht. Als je al opdrachten met een datum in de toekomst in het elektronisch personeelsdossier (EPD) verstuurde, moet je die ook stopzetten met een RL-4. De RL-4 heeft dan als geldigheidsdatum de datum van die toekomstige opdracht.
  • Dienstonderbrekingen die met een RL-2 voor de toekomst werden gestuurd, moet je annuleren met een RL-2.