Gedaan met laden. U bevindt zich op: zij / hen Taaladviezen

zij / hen

Het is aan te bevelen om in vergelijkingen de vorm zij te gebruiken na dan en als. U kunt die vorm vinden door de zin aan te vullen met een werkwoordsvorm. Bijvoorbeeld: Wij zijn jonger dan zij (zijn), en niet Wij zijn jonger dan hen (zijn)*.

  • Wij zijn jonger dan zij.
  • Jullie hebben een andere auto dan zij.
  • Ik ben even blij als zij.
  • Jullie zijn (net) zo belangrijk als zij.
  • Koen en Steven verdienen evenveel als zij.
  • Jij denkt hetzelfde als zij.

Na zoals heeft de vorm zij de voorkeur. U kunt die vorm ook in dit geval vinden door de zin aan te vullen met een werkwoordsvorm. Bijvoorbeeld: Wij zijn niet zoals zij (zijn), en niet Wij zijn niet zoals hen (zijn)*.

  • Wij zingen niet zoals zij.
  • We zijn al jaren op zoek naar acteurs zoals zij.

Bij werkwoorden die een oordeel of waardering uitdrukken – zoals vinden, appreciëren, achten – is zowel zij als hen mogelijk, maar dan is er een betekenisverschil.

  • Hij apprecieert jullie meer dan zij. (= meer dan zij jullie appreciëren)
  • Hij apprecieert jullie meer dan hen. (= meer dan hij hen apprecieert)
  • Hij apprecieert jullie niet zoals zij. (= zoals zij jullie appreciëren)
  • Hij apprecieert jullie niet zoals hen. (= zoals hij hen apprecieert)