Gedaan met laden. U bevindt zich op: afname / afneming Taaladviezen

afname / afneming

Afname en afneming zijn synoniem in de betekenissen ‘vermindering, daling', ‘het laten afleggen van, het onderwerpen aan (bijvoorbeeld een examen)' en ‘onttrekking, het aftappen (bijvoorbeeld van bloed)'. In die betekenissen is afname het gebruikelijkst. Naast afname en afneming is ook het verzelfstandigde werkwoord (het) afnemen mogelijk.

  • De daling van de huisvestingskosten is te danken aan de verdere afname / afneming van de schoonmaakkosten en de energiekosten.
  • Tijdens de afname / afneming / het afnemen van een examenonderdeel mag u het lokaal niet verlaten.
  • Er zijn ernstige ethische bezwaren tegen de afname / de afneming / het afnemen van DNA bij pasgeborenen.

Daarnaast heeft afname de betekenissen ‘aankoop' en ‘verkoop, afzet'. Afneming heeft die betekenissen niet.

  • Professionele haarverf te koop voor de prijs van € 2,5/stuk bij een minimale afname van 500 stuks.
  • Bij de afname van de goederen moet de klant of zijn gevolmachtigde aanwezig zijn om de verzendnota te ondertekenen.
  • Belgische supermarkten lopen achter in de afname van streekproducten.