In Nederland was de term doctoraalscriptie gebruikelijk voordat de bachelor-masterstructuur in het hoger onderwijs werd ingevoerd. Het was de scriptie waarmee iemand een universitaire studie afrondde en de graad van doctorandus kreeg. Het woord verwees dus niet naar een proefschrift of dissertatie voor het behalen van de graad van doctor.
In België werd de doctoraalscriptie vroeger de licentiaatsverhandeling genoemd. In de Vlaamse onderwijswetgeving wordt daarvoor nu het woord masterproef gebruikt. Gebruikelijke synoniemen voor dat woord zijn afstudeerscriptie en masterscriptie.