Deze informatie is voor basis- en secundair onderwijs, deeltijds kunstonderwijs, CLB’s, leersteuncentra, onderwijsinternaten en volwassenenonderwijs.

Als actief personeelslid in het onderwijs heb je een bepaald statuut. Dat wordt ook je administratieve toestand (ATO) genoemd. Er zijn verschillende administratieve toestanden voor je opdracht in het onderwijs.

Een administratieve toestand is niet hetzelfde als een administratieve stand.

• ATO 1: tijdelijke aanstelling in niet-vacante uren waarin je niet vastbenoemd bent. Je vervangt een afwezig personeelslid. De opdracht behoort toe aan dat personeelslid. Je kan in die uren niet benoemd worden.
• ATO 2: tijdelijke aanstelling in vacante uren waarin je niet vastbenoemd bent. Je opdracht behoort niet toe aan een ander personeelslid. Als de uren vacant verklaard worden, kan de onderwijsinstelling iemand in deze uren benoemen.
• ATO 4: aanstelling waarin je vastbenoemd bent

• ATO 3 : alleen in het gemeenschapsonderwijs, voor personeelsleden die zijn toegelaten tot de proeftijd in een selectie- of bevorderingsambt.
• ATO 8 : voor een gesubsidieerde contractueel (= geco) of een contractueel betaald door het departement Onderwijs en Vorming (= CODO) die een geco of CODO vervangt.
• ATO 9: voor een geco of CODO zonder dat deze een andere geco of CODO vervangt.

Regelgeving

• Decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs(opent in nieuw venster) (27 maart 1991)
• Decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs(opent in nieuw venster)  (27 maart 1991)

Verwante pagina’s

• Statuut in het basis- tot volwassenenonderwijs
• Administratieve stand