Gedaan met laden. U bevindt zich op: Uitzonderlijk recht op collectief leerlingenvervoer in OV3 en OV4

Uitzonderlijk recht op collectief leerlingenvervoer in OV3 en OV4

In volgende gevallen kan je kind na de opleidingsfase in OV3 of het 3de leerjaar in OV4 uitzonderlijk collectief leerlingenvervoer gebruiken:

  • Je kind heeft een ernstige motorische handicap.
  • Je kind heeft een attest type 6 of 7.
  • Je woonplaats ligt op meer dan 500 meter van de opstapplaats voor het openbaar vervoer.
  • De school ligt op meer dan 500 meter van de opstapplaats voor het openbaar vervoer.
  • De rit van je woonplaats naar de school (en omgekeerd) duurt langer dan 1 uur.
  • Je kind moet minstens 2 keer overstappen als hij of zij het openbaar vervoer gebruikt.
  • Er zijn niet genoeg garanties dat het voertuig van het openbaar vervoer groot genoeg is om alle leerlingen te vervoeren die aan de halte staan te wachten.
  • Door elementen van psychosociale aard zou het gebruik van het openbaar vervoer een negatieve invloed hebben op je kind. Die beslissing wordt genomen door de klassenraad, bijgestaan door het CLB.
  • Je hebt een medisch attest waarin de arts verklaart dat je kind geen openbaar vervoer mag gebruiken.