Gedaan met laden. U bevindt zich op: VB 18010 - Beding van aanwas Vlaamse Belastingdienst

VB 18010 - Beding van aanwas

Voorafgaande beslissing
Nummer
18010
Datum beslissing
19 maart 2018
Publicatiedatum
28 maart 2018

Heffing

  • Erfbelasting
  • Schenkbelasting

Wettelijke basis

  • art. 2.7.1.0.3. VCF
  • art. 2.7.1.0.5. VCF
  • art. 2.8.1.0.1. VCF
  • art. 2.8.4.1.1. VCF

I. Voorwerp van de aanvraag

1. De aanvraag strekt er toe bevestiging te verkrijgen dat de voorgelegde overeenkomst van aanwas tussen de heer A en mevrouw B rechtsgeldig is en kwalificeert als een kanscontract onder bezwarende titel en dat op het ogenblik van de aanbieding ter registratie, het niet valt onder de toepassing van artikel 2.8.1.0.1 VCF, juncto artikel 2.8.4.1.1.§2 VCF en dat er bijgevolg geen schenkbelasting verschuldigd zal zijn en dat - op het ogenblik van de aanbieding ter registratie, respectievelijk bij overlijden van één van de partijen - evenmin artikel 2.7.1.0.3.,3° VCF noch artikel 2.7.1.0.5. VCF van toepassing zal zijn, zodat geen erfbelasting verschuldigd is.

II. Identiteit van de aanvrager en de partijen

2. De aanvraag wordt ingediend door de echtgenoten A-B.

III. Beschrijving van de voorgenomen verrichtingen

3. Partijen zijn gehuwd luidens de overeenkomst verleden in 1985 voor notaris X, waaruit blijkt dat zij gehuwd zijn onder het volgende stelsel: het wettelijk stelsel zoals bepaald in artikel 1398 burgerlijk wetboek, onder voorbehoud van een aantal afwijkingen.

“In afwijking van hetgeen bepaald is in artikel 1399 tot en met 1408 burgerlijk wetboek, betreffende de samenstelling van de vermogens en de wederbelegging, zullen eigen blijven aan elk der echtgenoten:

-de voorwerpen en toestellen, die in de meest ruime zin van het woord, rechtstreeks of onrechtstreeks dienstig zijn tot de uitoefening van het beroep

-de vruchten, inkomsten en interesten van eigen goederen, op voorwaarde dat zij binnen een termijn van zes maanden dat zij verworven werden, belegd worden op naam van de echtgenoot die ze genoten heeft

-de interesten van eigen schulden van één der echtgenoten.”.

4. Partijen hebben sedert hun geboorte en dus alleszins ruim meer dan vijf jaar hun woonplaats in het Vlaams Gewest.

5. Partijen hebben geen kinderen noch heeft één van hen kinderen uit een vorige relatie.

6. Naast het gemeenschappelijk vermogen beschikken partijen over een onverdeeld vermogen, voor ieder individu een eigen vermogen, in gelijke delen, welke geplaatst is op een (beleggings)rekening in onverdeeldheid bij de bank Y, met het nummer IBAN ……., BIC ……….

Het eigen karakter van deze tegoeden is perfect aantoonbaar ingevolge schenkingen en successie, vanuit ieders familiale zijde.

7. Het beding van aanwas zal beperkt blijven tot de portefeuillewaarden en gelden welke figureren op bovenvermelde rekening, met derhalve uitsluiting van andere eigen goederen en van gemeenschapsgoederen.

In de overeenkomst wordt wel voorzien dat beide partijen, ieder voor gelijke delen en in gemeen overleg, aanvullende stortingen met eigen goederen kunnen doen op voormelde rekening, welke dan ook automatisch sorteren onder het beding van aanwas.

8. Met het oog op de bescherming van de langstlevende in geval van overlijden van de andere echtgenoot en de mogelijke aanspraken van ieders familie, is de wens geuit een beding van aanwas aan te gaan. Gelet op het feit dat dergelijk beding van aanwas als consensuele overeenkomst slechts wijzigbaar is mits beider toestemming, wat niet zo is in geval van testament of schenking, vormt dit beding tot aanwas een uiterst geschikt instrument.

9. De overeenkomst van aanwas zal als volgt luiden:

Artikel 1

de heer A en mevrouw B zijn gehuwd onder het wettelijk stelsel met enkele afwijkingen, blijkens de akte van het jaar 1985, verleden voor notaris X.

Hieruit volgt dat familiaal geschonken en geërfde goederen, een eigen karakter behouden.

Artikel 2

Partijen verklaren dat het onverdeeld vermogen volgende eigen roerende goederen omvat die hun voor de geheelheid in volle eigendom toebehoren, ieder van hen voor de onverdeelde helft: een rekening in onverdeeldheid bij de bank Y, met het nummer IBAN ……. BIC ……..

Artikel 3

De partijen sluiten hierbij onderling de volgende overeenkomst van aanwas.

De partijen, bij wijze van kanscontract onder bezwarende titel, komen overeen dat bij het overlijden van de eerststervende van hen, zijn of haar aandeel in volle eigendom in de vermelde roerende goederen zal toekomen aan de langstlevende. De partijen komen met name overeen dat, bij het overlijden van de eerststervende onder hen en zonder terugwerkende kracht, de volle eigendom van het deel van de eerststervende in het goed zal aanwassen bij het deel van de overlevende.

Aldus staat ieder van de partijen zijn of haar aandeel in volle eigendom in de roerende goederen af aan de andere partij, onder de opschortende voorwaarde van zijn of haar voor¬ overlijden, en verkrijgt ieder van hen als tegenprestatie voor deze afstand een gelijke kans om de roerende goederen toebehorend, aan de andere te verwerven, indien hij of zij het langst leeft.

Beide partijen schatten voor zichzelf de kans om te overleven gelijk in, gelet op de gelijke leeftijd en gezondheidstoestand.

Artikel 4

Deze overeenkomst is wederkerig toegestaan en aanvaard ten bezwarende titel, als kanscontract, onder de hierna volgende modaliteiten en voorwaarden.

De aanwas zal gebeuren ten voordele van de langstlevende onder hen voor het volledige aandeel van de eerststervende in die roerende goederen, met ingang van het overlijden van de eerststervende, zonder terugwerkende kracht. Indien de heer A als eerste overlijdt, zal mevrouw B bij zijn overlijden bijgevolg de volle eigendom bekomen van het onverdeeld aandeel van de heer A in de roerende goederen. Indien mevrouw B als eerste overlijdt, zal de heer A bij haar overlijden bijgevolg de volle eigendom bekomen van het onverdeeld aandeel van mevrouw B in de roerende goederen.

De aanwas zal niet alleen slaan op de roerende goederen voorzien in dit aanwascontract maar eveneens op de aangroei van deze roerende goederen zoals interesten, dividenden, meerwaarden en andere opbrengsten. De aanwas zal kunnen uitgebreid worden tot nieuwe roerende goederen door toevoeging van nieuwe eigen gelden of effecten aan de rekening mits de uitdrukkelijke toestemming van beide partijen.

Artikel 5

De partijen komen overeen dat zolang deze overeenkomst van aanwas geldt en zij beiden in leven zijn, zij noch die roerende goederen, noch hun aandeel in die roerende goederen mogen vervreemden, in pand geven of met andere zakelijke rechten bezwaren, tenzij met uitdrukkelijke instemming van de andere partij bij deze overeenkomst.

De partijen komen eveneens overeen dat, behoudens onderling akkoord, de overeenkomst van aanwas de vervroegde uitonverdeeldheidtreding in de weg staat, zolang deze overeenkomst van aanwas geldt.

Tevens hebben de partijen, zolang deze overeenkomst van kracht blijft tussen hen, het gezamenlijk genot van de roerende goederen op last gezamenlijk de lasten ervan te dragen, elk in verhouding tot zijn eigendomsrechten.

Artikel 6

Het is partijen niet toegestaan tijdens de duur van deze overeenkomst van aanwas de hoger vermelde roerende goederen te vervreemden zonder het akkoord van de andere partij.

Wel kunnen zij, mits het akkoord van de andere partij, overgaan tot de vervreemding van de roerende goederen en de vervanging daarvan door andere die in de plaats van de vervreemde roerende goederen zullen treden ingevolge eventuele zaakvervanging, belegging en wederbelegging en aan het beding van aanwas zullen onderworpen zijn.

Zij kunnen eveneens gelden beleggen en de al dan niet vervallen obligaties, kasbons, dividenden in andere effecten herbeleggen, doch enkel met het akkoord van de andere partij. Het akkoord van de andere partij met de vervreemding en herbelegging van deze roerende goederen impliceert het akkoord van de partijen dat het beding van aanwas wordt uitgebreid tot de effecten die in de plaats komen van de vorige effecten.

Artikel 7

Vermits beide partijen mede-eigenaar zijn elk voor de onverdeelde helft, is het uitdrukkelijk akkoord van beide titularissen van de effectenrekening vereist voor alle verrichtingen betreffende die rekening. Het verlenen van een volmacht aan de andere partij is daarbij uitdrukkelijk uitgesloten. Dit zou immers betekenen dat een partij zonder de uitdrukkelijke toestemming van de andere partij effecten zou kunnen vervreemden, in pand geven of met andere zakelijke rechten bezwaren, hetgeen onverenigbaar is met de aangegane verbintenissen in deze overeenkomst van aanwas. Daarom zullen extra stortingen of overschrijvingen op de rekening evenals iedere afhaling van dezelfde rekening door beide partijen in onderling akkoord moeten gebeuren om geldig te zijn. Hetzelfde geldt voor iedere uitbreiding van het aanwasbeding tot nieuwe effecten door toevoeging van nieuwe effecten aan de rekening, hetgeen eveneens slechts mogelijk is mits de uitdrukkelijke toestemming van beide partijen. In dit geval zal ook de aangroei en dus de opbrengst van deze nieuwe effecten onder de aanwas vallen.

Het verbod van het verlenen van een volmacht vervalt enkel in het geval dat een van de contractpartijen handelingsonbekwaam wordt. In dit geval kan een zogenaamde beschermingsvolmacht opgemaakt worden.

Artikel 8

Tussen de partijen is overeengekomen dat, indien deze overeenkomst van aanwas een nietige bepaling zou bevatten, deze nietige bepaling voor niet geschreven zal worden gehouden, zodat zij volgens de uitdrukkelijke wil van de partijen niet de nietigheid van de volledige overeenkomst van aanwas tot gevolg kan hebben. Tussen de partijen is aldus onder meer overeengekomen dat, indien deze overeenkomst van aanwas een bepaling zou bevatten die de overeenkomst strijdig maakt met het verbod van bedingen betreffende toekomstige nalatenschappen deze bepaling voor niet geschreven moet worden gehouden, zodat een dergelijke bepaling niet tot de nietigheid van de volledige overeenkomst van aanwas kan leiden.

Artikel 9

De langstlevende van beide partijen in wiens voordeel de aanwas tot stand komt, zal aan de erfgenamen of rechtsopvolgers van de eerststervende geen enkele vergoeding verschuldigd zijn uit hoofde van deze overeenkomst, gezien het hier om een kanscontract gaat. Het bezwarend karakter van deze overeenkomst wordt onderstreept door het oogmerk van elke partij om te worden beschermd voor het geval hij de langstlevende zou zijn.

Artikel 10

Deze overeenkomst is tussen partijen afgesloten vanaf heden voor onbepaalde duur en kan enkel verbroken met uitdrukkelijke instemming van beide partijen.

Artikel 11

Deze overeenkomst wordt notarieel opgemaakt.

10. Ofschoon zulks niet vereist voorafgaandelijk aan 1 september 2018, zijn partijen akkoord om voormelde overeenkomst te laten vatten in een notariële akte (standpunt VLABEL 17044 dd0 8/1/2018).

IV. Motivering van de aanvraag

11. De voormelde overeenkomst van aanwas is dermate opgesteld als een kanscontract onder bezwarende titel, met het oog op het vermijden bestempeld te worden als een overeenkomst over een niet-opengevallen nalatenschap (pactum successionis), verboden via het artikel 1130 Burgerlijk Wetboek.

Geen der partijen heeft dus alleen beschikkingsbevoegdheid over diens aandeel.

Het verkoopverbod tussen echtgenoten dat voortvloeit in welbepaalde omstandigheden uit artikel 1595 burgerlijk wetboek, doet op generlei wijze afbreuk aan voormeld beding tot aanwas. Immers deze overeenkomst van aanwas doet de gevolgen afhangen van een onzekere gebeurtenis en biedt beide echtgenoten dezelfde kans om het goed te verkrijgen.

Een overeenkomst van aanwas is mogelijk, zelfs bij huwelijk onder gemeenschap van goederen doch dient beperkt te worden tot de eigen goederen zoals dit in casu zich voordoet. Zoals hoger geschetst is het eigen karakter van de deelgerechtigdheden perfect aantoonbaar ingevolge schenkingen en successie van de respectievelijke families. Er wordt derhalve geenszins enig beding van aanwas opgesteld ten aanzien van de goederen welke tot de gemeenschap behoren of andere eigen goederen dan deze welke het voorwerp uitmaken van het beding van aanwas.

12. De overeenkomst van aanwas wordt gekwalificeerd als een overeenkomst onder bezwarende titel, wat volgt uit het feit dat beide partijen gelijke kansen bezitten om het goed in totaliteit te verkrijgen.

De effectieve gelijkheid van kansen tussen beide partijen op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst is logischerwijze afhankelijk van de levensverwachting van elk der partijen.

In onderhavig geval zijn

  • de beide partijen op vier maanden na precies even oud,
  • zijn van een zelfde goede gezondheid en
  • de inbreng op de portefeuillerekening, voorwerp van het beding van aanwas, is geheel gelijkwaardig.

Het beding van aanwas is niet in tijd beperkt en kan slechts gewijzigd of opgeheven worden met wederzijds akkoord van beide echtgenoten.

V. Beslissing

Gelet op artikel 3.22.0.0.1 VCF komt het besluitvormingsorgaan tot de volgende voorafgaande beslissing:

13. Het beding van aanwas is niet wettelijk gedefinieerd maar kan in casu omschreven worden als een overeenkomst tussen twee of meerdere partijen waarbij overeengekomen wordt dat het onverdeelde aandeel van de eerststervende in volle eigendom- of in vruchtgebruik- op een bepaald goed, dat zij reeds in onverdeeldheid bezitten, onder opschortende voorwaarde van het overlijden van de eerststervende, van rechtswege zal aanwassen en dus verkregen zal worden door de overlevende deelgenoten. De tegenprestatie bestaat in een evenwichtige kans voor elke partij de in het contract specifiek opgesomde goederen te verwerven, indien hij/zij de langstlevende is/zijn.

14. Het feit dat een beding van aanwas tussen echtgenoten wordt afgesloten maakt dit beding op zich niet ongeldig. Wanneer een beding van aanwas wordt afgesloten tussen echtgenoten, zoals in casu moet het slaan op de eigen goederen van de echtgenoten die ze in onverdeeldheid bezitten.

15. Er wordt vanuit fiscaal oogpunt aanvaard dat de betrokken goederen niet zijn onderworpen aan de erfbelasting of schenkbelasting (maar bij onroerende goederen wel aan het verkooprecht) mits voldaan is aan de volgende voorwaarden:

16. Het kanscontract moet :

  • beperkt zijn, via beschikking onder bijzondere titel
  • ten bezwarende titel zijn

17. Het kanscontract is onder bijzondere titel, wanneer de overeenkomst of het beding niet de algemeenheid van de goederen betreft die de partij bij zijn overlijden zal nalaten, en evenmin een evenredig deel van de goederen die de partij zal nalaten, noch al zijn onroerende goederen, al zijn roerende goederen, of een evenredig deel van al zijn onroerende goederen of van al zijn roerende goederen bij zijn overlijden.

Vermits een effectenportefeuille beschouwd wordt als een universaliteit, aanvaardt Vlabel dat het beding betrekking heeft op de effectenportefeuille in haar geheel, zonder dat hiermee afbreuk wordt gedaan aan de vereiste dat het beding onder bijzondere titel moet zijn.

18. Zaakvervanging is mogelijk binnen een beding van aanwas. Het vervanggoed volgt dan dezelfde regels/bestemming als het goed dat het vervangt. Hetzelfde geldt voor meerwaarden.

In beide gevallen gelden volgende (bijkomende) voorwaarden:

  • er moet in de akte conventionele zaakvervanging voorzien worden
  • als er zaakvervanging is, moet dit nog bevestigd worden op het moment van de verwerving van het nieuwe zaakvervangende goed

19. Er is sprake van een kanscontract ten bezwarende titel wanneer de kansen evenwichtig zijn. Er wordt niet vereist dat de kansen gelijk zijn. Er dient wel sprake te zijn van een gelijkaardige levensverwachting van de betrokken partijen en er dient een gelijkwaardige inleg te zijn.

20. Een gelijkwaardige levensverwachting kan niet enkel worden beoordeeld op basis van sterftetabellen maar kan ook worden beïnvloed door specifieke factoren zoals de gezondheidstoestand van de partijen, bepaalde activiteiten die ze uitvoeren, een overlijden dat kort volgt op het sluiten van het beding van aanwas etc...

De gelijkaardigheid van de levensverwachting dient aanwezig te zijn bij het afsluiten van het kanscontract.

Op basis van de elementen en feiten vermeld in de aanvraag tot voorafgaande beslissing, kan worden besloten dat het in casu om een kanscontract ten bezwarende titel gaat.

Enkel indien zou blijken dat de voorstelling van de feiten onjuist of onvolledig was, zal deze kwalificatie herzien worden, rekening houdende met de werkelijke feitelijke situatie.

21. De gelijkwaardigheid van inleg wordt beoordeeld bij het afsluiten van het beding, niet bij het realiseren (een goed kan in waarde stijgen of dalen). In casu heeft, volgens de gegevens in de aanvraag, de inleg van iedere echtgenoot betrekking op een onverdeeld vermogen, voor ieder individu een eigen vermogen, dat in gelijke delen, werd geplaatst op een (beleggings)rekening in onverdeeldheid. Er is aldus sprake van gelijkwaardigheid van inleg.

22. Indien het beding van aanwas in een contract is opgenomen vanaf 1 juni 2012 kan het afgetoetst worden aan de anti-misbruikbepalingen. Het beding van aanwas maakt geen fiscaal misbruik uit indien er ook niet-fiscale motieven aan ten grondslag liggen. Herkwalificatie is mogelijk indien de belastingplichtige niet kan aantonen dat de geviseerde verrichting ook niet-fiscale doelstellingen heeft, en dat deze niet-fiscale doelstellingen voldoende opwegen tegen de fiscale motieven

De vooropgestelde verrichting maakt geen fiscaal misbruik uit in de zin van art. 3.17.0.0.2 VCF nu er ook niet-fiscale motieven, opgenomen onder punt 8, aan het beding ten grondslag liggen die voldoende opwegen tegen de fiscale motieven.

23. Uit fiscaal oogpunt aanvaardt de Vlaamse belastingdienst het principe dat bij de realisatie van een kanscontract ten bijzondere en ten bezwarende titel de betrokken roerende goederen niet zijn onderworpen aan de schenkbelasting of de erfbelasting.