Gedaan met laden. U bevindt zich op: VB 19025 - Kanscontract Vlaamse Belastingdienst

VB 19025 - Kanscontract

Voorafgaande beslissing
Nummer
19025
Datum beslissing
24 juni 2019
Publicatiedatum
22 augustus 2019

Heffing

  • Erfbelasting
  • Schenkbelasting

Wettelijke basis

  • art. 2.7.1.0.3. VCF
  • art. 2.8.1.0.1. VCF
  • art. 3.17.0.0.2. VCF

I. Voorwerp van de aanvraag

1. De aanvragers wensen onderling een kanscontract te sluiten onder bezwarende titel en daarover het volgende bevestigd te zien:

1.1. Dat de Vlaamse Belastingdienst deze transactie niet zal belasten met schenkbelasting (art. 2.8.1.0.1 VCF).

1.2. Dat de Vlaamse Belastingdienst deze transactie niet zal belasten met erfbelasting op basis van de fictiebepaling gestipuleerd in artikel 2.7.1.0.3, 3° VCF.

1.3. Dat deze transactie voor de Vlaamse Belastingdienst geen fiscaal misbruik vormt in de zin van artikel 3.17.0.0.2 VCF.

II. Omschrijving van de verrichtingen

II. A. Identiteit van de aanvrager en de partijen

2. De aanvraag wordt ingediend door de heer […], te […], namens:

2.1. De heer X, geboren te […] op xx.xx.1959, RR […] en zijn echtgenote;

2.2. Mevrouw Y, geboren te […] op xx.xx.1959, RR […], samenwonende te […].

3. De voornoemde echtgenoten X-Y zijn gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen blijkens huwelijkscontract verleden voor notaris […] te […] op xx.xx.1982, ongewijzigd tot op heden.

II. B. Beschrijving van de voorgenomen verrichting(en)

4. De aanvragers bezitten samen 6.920 aandelen, zijnde de totaliteit van de bestaande aandelen van de vennootschap A, met zetel te […] en BTW-nummer BE […], in de volgende verhouding:

  • de heer X : 3.460 aandelen in volle eigendom, behorend tot zijn eigen vermogen;
  • mevrouw Y: 3.460 aandelen in volle eigendom, behorend tot haar eigen vermogen.

5. De aanvragers wensen onderling een kanscontract te sluiten betreffende de voormelde aandelen waarbij zij bij wijze van kanscontract onder bezwarende titel overeenkomen dat bij het overlijden van de eerststervende van hen, zijn of haar aandelenpakket (3.460 aandelen van de vennootschap A) in volle eigendom zal toekomen aan de langstlevende onder hen.

Elk van de partijen staat aldus zijn 3.460 aandelen van de vennootschap A in volle eigendom af aan de andere, onder de opschortende voorwaarde van vooroverlijden, en elk van de partijen verkrijgt als tegenprestatie voor deze afstand een gelijke kans om de 3.460 aandelen van de vennootschap A toebehorend aan de andere, te verwerven indien hij of zij het langst leeft.

6. Dit kanscontract zal worden gesloten onder de volgende modaliteiten en voorwaarden (ontwerp van de overeenkomst werd als bijlage bij de aanvraag gevoegd):

  • De verwerving ten voordele van de langstlevende van de partijen zal gebeuren met ingang van het overlijden van de eerststervende, zonder terugwerkende kracht;
  • De overeenkomst wordt aangegaan voor een termijn die eindigt na het overlijden van de eerststervende van de partijen, behoudens andersluidend akkoord tussen de partijen. De partijen sluiten de overeenkomst evenwel onder de uitdrukkelijk ontbindende voorwaarde van beëindiging van de samenwoning tussen hen door de inleiding van een vordering tot echtscheiding door één van hen of indien zij meer dan zes maanden feitelijk gescheiden leven;
  • Zolang het kanscontract geldt en beide partijen in leven zijn, mogen zij de 6.920 aandelen van de vennootschap A, voorwerp van het kanscontract, niet vervreemden (noch ten bezwarende titel, noch om niet), in pand geven, in betaling geven of op enigerlei andere wijze (met zakelijke rechten) bezwaren, behoudens uitdrukkelijke en schriftelijke goedkeuring van de andere partij. Wel kunnen zij, mits het akkoord van de andere partij, overgaan tot de vervreemding van de aandelen en de vervanging ervan door andere vermogensbestanddelen die in de plaats van de vervreemde aandelen zullen treden en aan het kanscontract zullen onderworpen zijn (= zaakvervangingsclausule).

III. Motivering van de aanvraag

7. Het te sluiten contract is ingegeven vanuit de intentie om de langstlevende der echtgenoten zo veel mogelijk te beveiligen tegen een mogelijke inmenging van hun kinderen. Vandaar dat geopteerd wordt voor een kanscontract, waarmee de mogelijke gevolgen van de wettelijke reserve van deze kinderen kunnen worden uitgesloten.

8. Rekening houdend met de beschreven modaliteiten en voorwaarden enerzijds en onderstaande feitelijke gegevens anderzijds, menen de aanvragers dat er geconcludeerd dient te worden dat het kanscontract een overeenkomst ten bezwarende titel betreft:

  • Het bezwarend karakter wordt duidelijk in de overeenkomst weergegeven en beide partijen verklaren hun kansen gelijkwaardig te achten om het deel van de andere te verwerven.
  • Beide partijen zijn financieel gelijkwaardig (ze onderwerpen beiden eenzelfde aantal aandelen van dezelfde vennootschap met eenzelfde waarde) en zij hebben elk een gelijke kans om het langst te leven, zoals dit ook blijkt uit hun medisch getuigschrift van 9 mei 2019 en hun amper verschillende leeftijd (zelfde geboortejaar).

IV. Beslissing

Gelet op artikel 3.22.0.0.1 VCF komt het besluitvormingsorgaan tot de volgende voorafgaande beslissing:

9. Volgende artikelen uit de VCF worden onderzocht:

  • Artikel 2.8.1.0.1 VCF dat luidt als volgt:
    “Overeenkomstig artikel 1, artikel 19 en artikel 31 van het federale Wetboek van Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten wordt de schenkbelasting gevestigd naar aanleiding van de registratie of de verplichting tot registratie van akten of geschriften die tot bewijs strekken van een schenking onder de levenden.”
  • Artikel 2.7.1.0.3 VCF dat luidt als volgt:
    “Worden met het oog op de heffing van het successierecht als legaten beschouwd:
    1° alle schulden die uitsluitend bij uiterste wil erkend zijn;
    2° alle schuldbekentenissen van sommen die voorkomen als een contract onder bezwarende titel, maar die een bevoordeling inhouden en die niet aan de schenkbelasting of het registratierecht op de schenkingen zijn onderworpen;
    3° alle schenkingen van roerende goederen die de erflater heeft gedaan onder de opschortende voorwaarde of termijn die vervuld wordt ingevolge het overlijden van de schenker.”

  • Artikel 3.17.0.0.2 VCF dat luidt als volgt:
    “Aan de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie kan niet worden tegengeworpen, de rechtshandeling noch het geheel van rechtshandelingen dat een zelfde verrichting tot stand brengt, wanneer die entiteit door vermoedens of door andere bewijsmiddelen, vermeld in artikel 3.17.0.0.1, en aan de hand van objectieve omstandigheden aantoont dat er sprake is van fiscaal misbruik.
    Er is sprake van fiscaal misbruik wanneer de belastingplichtige door middel van de door hem gestelde rechtshandeling of het geheel van rechtshandelingen één van de volgende verrichtingen tot stand brengt:
    1° hetzij een verrichting waarbij hij zichzelf in strijd met de doelstellingen van een bepaling van deze codex of de ter uitvoering daarvan genomen besluiten buiten het toepassingsgebied van die bepaling plaatst;
    2° hetzij een verrichting waarbij aanspraak wordt gemaakt op een belastingvoordeel, voorzien door een bepaling van deze codex of de ter uitvoering daarvan genomen besluiten, en de toekenning van dit voordeel in strijd zou zijn met de doelstellingen van die bepaling en die in wezen het verkrijgen van dit voordeel tot doel heeft.
    Het komt aan de belastingplichtige toe te bewijzen dat de keuze voor zijn rechtshandeling of het geheel van rechtshandelingen door andere motieven verantwoord is dan het ontwijken van de belasting. Als de belastingplichtige het tegenbewijs niet levert, dan wordt de verrichting aan een belastingheffing overeenkomstig het doel van deze codex onderworpen alsof het misbruik niet heeft plaatsgevonden.”.

10. Het feit dat een beding van aanwas tussen echtgenoten wordt afgesloten maakt dit contract op zich niet ongeldig. Wanneer een dergelijk beding van aanwas wordt afgesloten tussen echtgenoten, zoals in onderhavig geval, moet het slaan op de eigen goederen van de echtgenoten die ze in onverdeeldheid bezitten. Het kan geen betrekking hebben op goederen die tot de huwgemeenschap behoren. Het beding van aanwas moet enkel in een notariële akte zijn opgenomen indien het beding betrekking heeft op onroerende goederen, wat in casu niet het geval is.

11. Een kanscontract (ten bezwarende en ten bijzondere titel) met betrekking tot niet-onverdeelde goederen, in casu aandelen van de vennootschap A, valt onder dezelfde fiscale regeling als een beding van aanwas, waarvoor onderstaande redenering kan worden gevolgd.

12. Er wordt vanuit fiscaal oogpunt aanvaard dat de betrokken goederen niet zijn onderworpen aan de erfbelasting of schenkbelasting (maar bij onroerende goederen wel aan het verkooprecht) mits het contract beperkt is, via beschikking onder bijzondere titel, en ten bezwarende titel is.

13. Het contract is onder bijzondere titel, wanneer de overeenkomst niet de algemeenheid van de goederen betreft die de partij bij zijn overlijden zal nalaten, en evenmin een evenredig deel van de goederen die de partij zal nalaten, noch al zijn onroerende goederen, al zijn roerende goederen, of een evenredig deel van al zijn onroerende goederen of van al zijn roerende goederen bij zijn overlijden.

Het te sluiten contract in casu is onder bijzondere titel nu het beperkt is tot de aandelen van de vennootschap A.

14. Zaakvervanging is mogelijk binnen een beding van aanwas. Het vervanggoed volgt dan dezelfde regels/bestemming als het goed dat het vervangt. Hetzelfde geldt voor meerwaarden.

In beide gevallen gelden volgende (bijkomende) voorwaarden:

  • er moet in de akte conventionele zaakvervanging voorzien worden
  • als er zaakvervanging is, moet dit nog bevestigd worden op het moment van de verwerving van het nieuwe zaakvervangende goed

15. Het contract wordt aanzien als een kanscontract ten bezwarende titel wanneer de kansen evenwichtig zijn. Er wordt niet vereist dat de kansen gelijk zijn. Er dient wel sprake te zijn van een gelijkaardige levensverwachting van de betrokken partijen en er dient een gelijkwaardige inleg te zijn.

16. Een gelijkwaardige levensverwachting kan niet enkel worden beoordeeld op basis van sterftetabellen maar kan ook worden beïnvloed door specifieke factoren zoals de gezondheidstoestand van de partijen, bepaalde activiteiten die ze uitvoeren, een overlijden dat kort volgt op het sluiten van het contract etc...

De gelijkaardigheid van de levensverwachting dient aanwezig te zijn bij het afsluiten van het contract. Het is evenwel mogelijk dat pas bij de realisatie van het contract blijkt dat bij het afsluiten van het contract niet aan deze voorwaarde was voldaan.

Uit de gegevens vermeld in de aanvraag blijkt dat er sprake is van een gelijkaardige levensverwachting.

17. De gelijkaardigheid van inleg wordt beoordeeld bij het afsluiten van het contract, niet bij het realiseren van de opschortende voorwaarde (een goed kan in waarde stijgen of dalen).

Uit de gegevens vermeld in de aanvraag blijkt de inleg van de aanvragers gelijkwaardig is.

18. Op basis van de elementen en feiten vermeld in de aanvraag tot voorafgaande beslissing, kan worden besloten dat het in casu om een kanscontract ten bezwarende titel gaat.

Enkel indien zou blijken dat de voorstelling van de feiten onjuist of onvolledig was, zal deze kwalificatie herzien worden, rekening houdende met de werkelijke feitelijke situatie.

19. Indien het contract is gesloten vanaf 1 juni 2012 kan het afgetoetst worden aan de anti-misbruikbepalingen. Het contract maakt geen fiscaal misbruik uit indien er ook niet-fiscale motieven aan ten grondslag liggen. Herkwalificatie is mogelijk indien de belastingplichtige niet kan aantonen dat de geviseerde verrichting ook niet-fiscale doelstellingen heeft, en dat deze niet-fiscale doelstellingen voldoende opwegen tegen de fiscale motieven.

De voorgenomen verrichting maakt geen fiscaal misbruik uit in de zin van art. 3.17.0.0.2 VCF aangezien er ook niet-fiscale motieven (zie punt 7) aan het contract ten grondslag liggen die voldoende opwegen tegen de fiscale motieven.

20. Uit fiscaal oogpunt aanvaardt de Vlaamse belastingdienst het principe dat bij de realisatie van een kanscontract ten bijzondere en ten bezwarende titel de betrokken roerende goederen niet zijn onderworpen aan de schenkbelasting of de erfbelasting.

21. Deze beslissing heeft alleen betrekking op de registratie- en de erfbelasting en doet geen uitspraak over andere belastingen.