De wettelijke antwoorden op parkeerinbreuken: retributie/belasting, GAS-boete en strafsanctie
Gemeenten hebben verschillende mogelijkheden om zelf inbreuken op parkeerregels te handhaven. Afhankelijk van het type en de ernst van de inbreuk kunnen ze kiezen voor een retributie, een belasting of een GAS-boete. Bepaalde inbreuken kunnen ook strafrechtelijk gesanctioneerd worden. Deze variatie in aanpak biedt gemeenten de flexibiliteit om hun parkeerbeleid effectief te beheren en af te stemmen op de lokale omstandigheden en noden.
Parkeerinbreuken die niet leiden tot hinder voor de vlotheid van het verkeer of niet een bijzonder gevaar vormen zijn gedepenaliseerd. Het gaat hierbij om:
- het niet gebruiken van een parkeerschijf in blauwe zones
- het langer parkeren dan toegestaan in betalende zones
- het parkeren op plaatsen voorbehouden aan houders van een gemeentelijke parkeerkaart
Dit betekent dat deze inbreuken niet langer strafrechtelijk vervolgd worden. Gemeenten hebben de mogelijkheid om deze inbreuken af te handelen met een retributie of belasting of een GAS-boete.
Ernstigere inbreuken die een gevaar kunnen vormen voor voetgangers of andere voertuigen zijn wel strafrechtelijk sanctioneerbaar. Het gaat dan bijvoorbeeld om parkeren in een voetgangerszone of misbruik van de parkeerschijf. Gemeenten kunnen in samenwerking met het parket ervoor kiezen om bepaalde strafrechtelijk sanctioneerbare parkeerinbreuken ook met een GAS-boete te behandelen. Het heffen van een retributie of belasting is voor deze inbreuken niet mogelijk.
In de nota ‘De wettelijke antwoorden op parkeerinbreuken: retributie/belasting, GAS-boete en strafsanctie’ gaan we dieper in op het wettelijk kader en de algemene principes voor de handhaving van parkeerinbreuken.
Je vindt er een overzicht van situaties waarin gemeenten:
- een retributie, belasting of GAS-boete kunnen toepassen.
- soms nog een retributie of belasting heffen, waar dit juridisch gezien niet mogelijk is.