Signaaldetectie: onrustwekkende signalen of hulpvragen bij je leerlingen
Signaleer ongewoon gedrag, onrustwekkende signalen of hulpvragen van je leerlingen aan het centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB).
Voor wie?
Deze informatie is voor basis- en secundair onderwijs en CLB’s.
Wat doe je als leraar?
Als leraar merk je vaak als eerste:
- Ongewoon gedrag of onrustwekkende signalen bij een leerling
- Een hulpvraag van een leerling
Neem een open houding aan
Reageer rustig en discreet als een leerling jou aanspreekt. Oordeel niet. Luister open en aandachtig.
Weeg de situatie af
Weeg de ernst van de situatie af. Vraag je af of de veiligheid van je leerling in gevaar is.
Zijn de schoolresultaten plots opvallend lager? Pols dan even bij de leerling of ouders.
Denk je dat de veiligheid ernstig bedreigd is, zoals bij huiselijk geweld?
- Betrek dan de zorgverantwoordelijke van de school.
- De school beslist samen met leerling en/of ouders of een aanmelding bij het CLB nodig is.
Wat doet het CLB?
Na een aanmelding zoekt het CLB samen met de school, de leerling en de ouders naar gepaste hulp.
Het CLB vraagt altijd eerst toestemming: aan de ouders voor leerlingen jonger dan 12, of aan de leerling zelf vanaf 12 jaar (richtleeftijd).
Samen met de leerling, ouders en school:
- Verheldert het CLB de hulpvraag.
- Bekijkt het wat goed loopt.
- Maakt het afspraken over wie wat doet.
- Beslist het of extra hulp nodig is, door het CLB zelf of via een doorverwijzing naar gespecialiseerde hulp.
Het CLB heeft ook een signaalfunctie.