Regel 1 - Reduplicaties
Schrijf reduplicaties en bijna-reduplicaties aaneen.
Een reduplicatie is een herhaling van een lettergreep of een woorddeel in een woord. Als er een klinker- of medeklinkerwisseling is, spreken we van een bijna-reduplicatie.
Woorden die met dezelfde betekenis ter versterking herhaald worden, zijn niet als reduplicaties te beschouwen (kom kom, snel snel, vlug vlug, waf waf).
Regel 2 - Zelfnoemfunctie
Schrijf in samenstellingen waarin een deel zelfnoemfunctie is, een koppelteken tussen het deel met zelfnoemfunctie en het andere deel.
Een woord heeft zelfnoemfunctie als het naar zichzelf als gesproken of geschreven woord of woorddeel verwijst.
Zie ook
Aaneenschrijven - 01. Hoofdregels (los of aaneen, koppelteken of trema)
Aaneenschrijven - 02. Klinkerbotsing (koppelteken of trema)
Aaneenschrijven - 03. Samenkoppelingen (koppelteken)
Aaneenschrijven - 04. Samenstellingen met gelijkwaardige delen (koppelteken)
Aaneenschrijven - 05. Combinaties met eigennamen
Aaneenschrijven - 06. Namen van talen en dialecten
Aaneenschrijven - 07. Getallen, telwoorden en breuken
Aaneenschrijven - 08. Combinaties met cijfers, letters en symbolen
Aaneenschrijven - 09. Combinaties met initiaalwoorden, letterwoorden en verkortingen
Aaneenschrijven - 10. Bijzondere voor- en nabepalingen
Aaneenschrijven - 11. Combinaties met voorzetsels en bijwoorden
Aaneenschrijven - 12. Woordgroepen uit andere talen (behalve het Engels)
Aaneenschrijven - 13. Samentrekking (weglatingsstreepje)
Aaneenschrijven - 14. Vervoegde vormen van samengestelde werkwoorden
Aaneenschrijven - 15. Woordgroep of samenstelling?